Onderwerp: Ontwerp verlengde vergunning op basis van de geconsolideerde versie van
de vergunning voor het gebruik van frequentieruimte in de band 1959,7–1969,7 en 2149,7–2159,7
MHz ten behoeve van het aanbieden van openbare elektronische communicatiediensten
Plaats: Groningen
Datum: Oktober2014
Nummer: AT-EZ/6781557 – E2 gepaard 1964,7 MHz–1969,7 MHz met 2154,7–2159,7 MHz
DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN,
Gelezen de aanvraag van Vodafone Libertel B.V.;
Gelet op artikel 3.3 en 3.5 van de Telecommunicatiewet en op artikel 16 van het Frequentiebesluit;
BESLUIT:
§ 1. Begripsbepalingen
Artikel 1
In deze beschikking wordt verstaan onder:
-
a.
basisstation: radiozendapparaat of een samenstel van radiozendapparaten dat op één en dezelfde
vaste plaats is opgesteld;
-
b.
e.i.r.p. (Equivalent Isotropically Radiated Power): het uitgestraalde vermogen in de hoofdstraalrichting ten opzichte van een isotrope
straler;
-
c.
maximale gemiddelde e.i.r.p.: maximum van de gemiddelde e.i.r.p. van de signalen in de gespecificeerde bandbreedte;
-
d.
HCM-overeenkomst: overeenkomst, getiteld: Agreement between the Administrations of Austria, Belgium,
the Czech Republic, Germany, France, Hungary, the Netherlands, Croatia, Italy, Liechtenstein,
Lithuania, Luxembourg, Poland, Romania, the Slovak Republic, Slovenia and Switzerland
on the co-ordination of frequencies between 29.7 MHz and 43,5 GHz for the fixed service
and the land mobile service;
-
e.
bilaterale overeenkomst: overeenkomst getiteld ‘Agreement between the administrations of Belgium, France,
Germany, Luxembourg, The Netherlands, and Switzerland on border coordination of UMTS/IMT-2000
systems in the frequency bands 1900–1980 MHz, 2010–2025 MHz and 2110–2170 MHz’;
-
f.
multilaterale overeenkomst: overeenkomst, getiteld ‘Agreement between the Telecommunications Administrations
of Belgium, France, Germany, Luxembourg, the Netherlands and Switzerland concerning
the approval of arrangements between operators of mobile radio communication networks’;
-
g.
gepaarde frequentieruimte: frequentieruimte met een omvang van 2 x 5 MHz waartussen een afstand is van 190 MHz;
-
h.
aaneengesloten blok frequentieruimte: aaneengesloten gepaarde frequentieruimte in de band 1920–1980 MHz met 2110–2170 MHz
waarvoor vergunningen zijn verleend aan de in artikel 2 genoemde vergunninghouder;
-
i.
aangrenzende banden: De frequentieruimte beneden 1920 MHz, tussen 1980 en 2110 MHz en boven 2170 MHz.
§ 2. Verlening
Artikel 2
-
1. De verlengde vergunning van Vodafone Libertel B.V. te Maastricht, ingeschreven in
het handelsregister bij de Kamer van Koophandel Limburg onder nummer 14052264, hierna
te noemen: de vergunninghouder, betreft het gebruik van frequentieruimte binnen het
frequentiebereik 1964,7 MHz–1969,7 MHz en 2154,7–2159,7 MHz ten behoeve van terrestrische
systemen waarmee openbare elektronische communicatiediensten worden aangeboden.
-
2. De vergunninghouder gebruikt de in het eerste lid genoemde frequentieruimte slechts
in overeenstemming met de bestemming in het geldende nationaal frequentieplan.
§ 3. Voorschriften en beperkingen
Artikel 3
-
1. De vergunninghouder biedt binnen twee jaar in een gebied van ten minste 28 vierkante
kilometer een openbare elektronische communicatiedienst aan, waarbij gebruik wordt
gemaakt van de frequentieruimte, bedoeld in artikel 2;
-
2. indien de vergunninghouder beschikt over meer dan één vergunning in de band 1959,7–1969,7
en 2149,7–2159,7 MHz verschillen de in het eerste lid genoemde gebieden per vergunning
en overlappen deze elkaar niet.
Artikel 4
-
1. Het gebruik van de frequentieruimte vindt plaats met inachtneming van de in de bijlage
opgenomen frequentietechnische voorwaarden.
-
2. Het gebruik van de frequentieruimte vindt zodanig plaats dat er passende bescherming
wordt geboden aan systemen in aangrenzende banden;
-
3. Het bepaalde in het eerste lid blijft buiten toepassing voor zover:
-
a. de vergunninghouder een overeenkomst heeft gesloten met één of meer andere houders
van een vergunning in het frequentiebereik 1920 MHz–1980 MHz en 2110 MHz–2170 MHz
omtrent de frequentietechnische gebruiksvoorwaarden van de vergunde frequentieruimte,
en die andere houders een hoger signaalniveau in de aan hen vergunde frequentieruimte
gaan ondervinden dan dat bij de toepassing van het eerste en tweede lid door de vergunninghouder
het geval zou zijn, en
-
b. door de in deze overeenkomst(en) opgenomen bepalingen wordt gewaarborgd dat interferentie
op anderen dan die partij zijn bij de overeenkomst(en), wordt voorkomen.
-
4. Het gebruik vindt plaats in overeenstemming met de bilaterale overeenkomst.
-
5. De vergunninghouder mag afwijken van het vierde lid voor zover wordt voldaan aan de
voorwaarden, vermeld in de geldende multilaterale overeenkomst.
Artikel 5
De vergunninghouder veroorzaakt:
-
1. geen ontoelaatbare belemmeringen door het gewenste signaal van radiozendapparaten
in andere radiozend- of ontvangstapparaten of in elektrische of elektronische inrichtingen,
en
-
2. in het frequentiegebied van 100 kHz tot en met 2,5 GHz in ziekenhuizen alsmede op
de percelen waar deze ziekenhuizen staan geen piekwaarde van de elektrische veldsterkte
die gelijk is aan of hoger is dan 5,4 volt per meter.
§ 4. Slotbepaling
Artikel 6
Deze beschikking treedt in werking met ingang van 3 januari 2013 en geldt tot en met
31 december 2020.
Van dit besluit wordt mededeling gedaan in de Staatscourant.
De Minister van Economische Zaken,
namens deze,
Agentschap Telecom
Ingevolge het bepaalde in artikel 7:1 van de Algemene wet bestuursrecht kunnen belanghebbenden tegen deze beschikking binnen zes weken na de dag waarop zij
is verzonden een bezwaarschrift indienen bij de afdeling Juridische Zaken van Agentschap
Telecom van het ministerie van Economische Zaken, Postbus 450, 9700 AL te Groningen.
Het bezwaarschrift dient te zijn ondertekend en ten minste de naam en het adres van
de indiener, de dagtekening, een omschrijving van de beschikking waartegen het is
gericht, en de gronden van het bezwaar te bevatten.
Bijlage frequentietechnische voorwaarden
De frequentietechnische voorwaarden bedoeld in artikel 4, eerste lid van de vergunning
zijn:
-
1. De zendsignalen van de basisstations gebruiken de frequentieband 2154,7–2159,7 MHz.
Voor de zendsignalen van basisstations gelden de volgende maximale gemiddelde e.i.r.p.
waarden van het zendsignaal per antenne:
-
a. indien de frequentieband 2154,7–2159,7 MHz de laagste 5 MHz is van een aaneengesloten
blok frequentieruimte dan gelden de volgende waarden:
-
1° van 2144,7 MHz tot 2149,7 MHz: 11 dBm/5 MHz
-
2° van 2149,7 MHz tot 2154,7 MHz: 16,3 dBm/5 MHz
-
3° van 2154,7 MHz tot 2159,7 MHz: 65 dBm/5 MHz
-
b. indien de frequentieband 2154,7–2159,7 MHz de hoogste 5 MHz is van een aaneengesloten
blok frequentieruimte dan gelden de volgende waarden:
-
1° van 2154,7 MHz tot 2159,7 MHz: 65 dBm/5 MHz
-
2° van 2159,7 MHz tot 2164,7 MHz: 16,3 dBm/5 MHz
-
3° van 2164,7 MHz tot 2169,7 MHz: 11 dBm/5 MHz
-
c. Indien de frequentieband 2154,7–2159,7 MHz niet de laagste of de hoogste 5 MHz is
van een aaneengesloten blok frequentieruimte dan geldt een waarde van: 65 dBm/5 MHz.
-
2. Voor frequentieruimte waarvoor aan de vergunninghouder geen vergunning is verleend
en waarop het gestelde onder 1 niet van toepassing is, geldt voor zendsignalen van
de basisstations een maximale gemiddelde e.i.r.p. van 9 dBm/5 MHz per antenne.