Besluit waardevaststelling netten voor elektriciteit en voor gastransport

Geraadpleegd op 19-04-2024.
Geldend van 28-09-2013 t/m heden

Besluit van 17 september 2013 tot vaststelling van de waarde van de economische eigendom bij overdracht van een net voor transport van elektriciteit of een gastransportnet (Besluit waardevaststelling netten voor elektriciteit en voor gastransport)

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Economische Zaken van 15 juli 2013, nr. WJZ / 13121812;

Gelet op de artikelen 13, achtste lid, van de Elektriciteitswet 1998 en artikel 5, achtste lid, van de Gaswet;

De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van 14 augustus 2013, nr. W. 15.13.0244IV);

Gezien het nader rapport van Onze Minister van Economische Zaken van 12 september 2013, nr. WJZ / 13152081;

Hebben goedgevonden en verstaan:

§ 1. Begripsbepalingen

Artikel 1

In dit besluit wordt verstaan onder:

  • advies: een door één of meer deskundigen uitgebracht advies aan een door Onze Minister voor een net aangewezen netbeheerder en aan degene die ten tijde van die aanwijzing over de economische eigendom van dat net beschikt over de vaststelling van de hoogte van de tegenprestatie voor de overdracht van de economische eigendom van het net aan die aangewezen netbeheerder;

  • net: een net als bedoeld in artikel 1, onderdeel i, van de Elektriciteitswet 1998 of een gastransportnet als bedoeld in artikel 1, onderdeel d, van de Gaswet;

  • partijen: de door Onze Minister voor een net aangewezen netbeheerder en degene die ten tijde van die aanwijzing over de economische eigendom van dat net beschikt;

  • voorlopig deskundigenbericht: een bericht van deskundigen als bedoeld in artikel 2, eerste lid, onderdeel c.

§ 2. Mogelijkheden en termijnen tot vaststelling van de tegenprestatie

Artikel 2

  • 1 Indien partijen geen overeenstemming bereiken over de vaststelling van de tegenprestatie voor de overdracht van de economische eigendom van het net waarop de aanwijzing van een netbeheerder door Onze Minister betrekking heeft, dragen zij binnen een termijn van twaalf weken na de beschikking tot aanwijzing zorg voor het:

    • a. gezamenlijk verstrekken van een opdracht aan één of meer deskundigen tot het geven van een bindend advies tot vaststelling van de waarde van de tegenprestatie,

    • b. tussen hen beiden aangaan van een overeenkomst tot arbitrage met een aanduiding van het compromis tot vaststelling van de waarde van de tegenprestatie,

    • c. door één van hen beiden indienen van een verzoek als bedoeld in artikel 202 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering bij de ter zake bevoegde rechter tot het bevelen van een voorlopig bericht van deskundigen over de waarde van de tegenprestatie of

    • d. door één van hen aanhangig maken van een geding bij de ter zake bevoegde rechter tot vaststelling van de waarde van de tegenprestatie.

  • 2 Partijen dragen er zorg voor dat een door hen gezamenlijk verstrekte opdracht als bedoeld in het eerste lid, onderdeel a, uiterlijk binnen twaalf weken na het verlenen daarvan tot het uitbrengen van een advies leidt.

Artikel 3

Indien artikel 2 van toepassing is en partijen geen overeenstemming bereiken over de uitvoering daarvan, geeft de partij die over de economische eigendom van het net beschikt binnen een termijn van achttien weken na verzending van een beschikking tot aanwijzing van een netbeheerder voor dat net uitvoering aan artikel 2, eerste lid, onderdeel c of d, tenzij de andere partij dit reeds heeft gedaan.

Artikel 4

  • 1 Indien een uitgebracht voorlopig deskundigenbericht als bedoeld in artikel 2, eerste lid onderdeel c, niet of niet volledig tot overeenstemming tussen partijen leidt over de waarde van de tegenprestatie voor de overdracht van de economische eigendom, geven partijen uiterlijk binnen zes weken na verzending van het voorlopig deskundigenbericht alsnog uitvoering aan artikel 2, eerste lid, onderdeel a, b of d, voor zover dat voor een vaststelling van de waarde noodzakelijk is.

  • 2 Indien partijen op grond van het eerste lid gehouden zijn uitvoering te geven aan artikel 2, eerste lid, onderdeel a, b of d, maar daar geen overeenstemming over bereiken, draagt de partij die het voorlopig deskundigenbericht heeft verzocht binnen twaalf weken na ontvangst daarvan zorg voor het aanhangig maken van een geding als bedoeld in artikel 2, eerste lid, onderdeel d.

  • 3 In afwijking van het tweede lid, is de verplichting tot het aanhangig maken van een geding van toepassing op de partij die niet het voorlopig deskundigenbericht heeft verzocht, indien tussen partijen vaststaat dat deze partij de enige partij is die geheel of gedeeltelijk niet met de vaststelling van de waarde in het voorlopig deskundigenbericht kan instemmen.

§ 3. Inschakeling deskundigen tot vaststelling van de tegenprestatie

Artikel 5

Partijen dragen bij het verstrekken van een adviesopdracht als bedoeld in artikel 2, eerste lid, onderdeel a, zorg voor de inschakeling van enige deskundige die in staat is werkzaamheden als deskundige onafhankelijk, onpartijdig, zorgvuldig, vakbekwaam en integer te verrichten.

Artikel 6

Indien partijen een opdracht voor een advies als bedoeld in artikel 2, eerste lid, onderdeel a, aan meerdere deskundigen verstrekken, dragen partijen er zorg voor dat die deskundigen een gezamenlijk advies uitbrengen. Het aantal in te schakelen deskundigen is oneven.

Artikel 7

  • 1 Degene die over de economische eigendom van het net beschikt, draagt bij de verstrekking van een gezamenlijke opdracht tot bindend advies als bedoeld in artikel 2, eerste lid, onderdeel a, zorg voor de beschikbaarheid van een dossier met zo gedetailleerd mogelijke bescheiden en gegevens over het net, met inbegrip van de boekhouding betreffende het net.

  • 2 Partijen verlenen medewerking aan een onderzoek door de deskundige of deskundigen, bij gebreke waarvan de deskundige of deskundigen in een advies zijn of hun conclusies daaraan mogen verbinden ten aanzien van de hoogte van de tegenprestatie voor de overdracht van de economische eigendom van het net.

§ 4. Criteria tot vaststelling van de tegenprestatie

Artikel 9

  • 1 De tegenprestatie voor de overdracht van de economische eigendom van een net waarvoor artikel 2 van toepassing is, wordt vastgesteld met inachtneming van algemeen aanvaarde vaktechnische en bedrijfseconomische methoden en uitgangspunten, waarbij voorts in ieder geval rekening wordt gehouden met:

    • a. de mate waarin het over te dragen net voldoet aan de eisen die bij of krachtens de wet zijn gesteld met betrekking tot de door dat net te vervullen functies en de kwaliteit van dat net;

    • b. de noodzakelijk te maken kosten om het net aan de eisen, bedoeld in onderdeel a, te laten voldoen;

    • c. de omvang van het net gemeten naar het aantal aangesloten afnemers en de netcapaciteit;

    • d. de onderhoudstoestand;

    • e. de ouderdom, de te verwachten restlevensduur en de te verwachten kosten voor noodzakelijk onderhoud en vervangingen;

    • f. onzekerheden ten aanzien van factoren die relevant zijn voor de hoogte van de tegenprestatie.

  • 2 De hoogte van de tegenprestatie hangt niet af van de mate waarin het net waarvoor Onze Minister een netbeheerder heeft aangewezen in technische zin, dan wel met betrekking tot de gebruikte constructies en materialen, afwijkt of overeenstemt met een ander net dat de netbeheerder reeds in beheer heeft.

  • 3 Het tweede lid is niet van toepassing voor zover de netbeheerder, bedoeld in dat lid, bewijst dat die niet-toepasselijkheid een grotere doelmatigheid tot gevolg heeft.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

Wassenaar, 17 september 2013

Willem-Alexander

De Minister van Economische Zaken,

H.G.J. Kamp

Uitgegeven de zevenentwintigste september 2013

De Minister van Veiligheid en Justitie,

I.W. Opstelten

Naar boven