Deelregeling stimulering cultuureducatie in het VMBO Fonds voor Cultuurparticipatie

[Regeling vervallen per 01-01-2019.]
Geraadpleegd op 28-03-2024.
Geldend van 26-11-2014 t/m 31-12-2018

Deelregeling stimulering cultuureducatie in het VMBO Fonds voor Cultuurparticipatie

Het bestuur van het Fonds voor Cultuurparticipatie,

Gelet op de overeengekomen samenwerking met het bestuur van het Prins Bernhard Cultuurfonds;

Gelet op artikel 10 lid 4 van de Wet op het specifiek cultuurbeleid,

Besluit:

Paragraaf 1. : Algemene bepalingen

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

Artikel 1.1. Definities

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

  • Fonds voor Cultuurparticipatie: Stichting Fonds voor Cultuurparticipatie

  • Prins Bernhard Cultuurfonds: Stichting Prins Bernhard Cultuurfonds

  • Bestuur: Het bestuur van het Fonds voor Cultuurparticipatie

  • VMBO: Door het Ministerie van OCW bekostigd Voorbereidend Middelbaar Beroeps Onderwijs

  • Cultuureducatie: Activiteiten gericht op het leergebied kunst en cultuur, het vak Culturele en Kunstzinnige Vorming of een van de Kunstvakken 2 voor het VMBO en de daaraan verbonden kerndoelen en eindtermen.

  • Doorgaande Leerlijn: de uitwerking per leerjaar van wat een kind moet kennen en kunnen. Deze uitwerking is gebaseerd op de kerndoelen en eindtermen voor de kunstvakken in het VMBO en geeft daarnaast zicht op de plaats van cultuur binnen andere vakken, de aansluiting tussen primair en voortgezet onderwijs en de aansluiting tussen binnenschools en buitenschools leren.

Artikel 1.2. Doel

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

Tweejarige stimuleringssubsidies kunnen worden verstrekt voor het ontwikkelen en uitvoeren van activiteiten op het gebied van cultuureducatie specifiek gericht op het vergroten van de beschikbaarheid van een kwalitatief hoogwaardig aanbod voor cultuureducatie activiteiten in het VMBO.

Artikel 1.3. Subsidieperiode

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

  • 1 Subsidie wordt verstrekt voor een periode van twee jaar.

  • 2 Op basis van deze regeling kan subsidie worden verstrekt voor de periode augustus 2013–juli 2015 en voor de periode augustus 2015–juli 2017.

Artikel 1.4. Beschikbare subsidiebedragen

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

  • 1 Voor de uitvoering is in totaal € 1.800.000 beschikbaar voor het verstrekken van subsidies vanuit het Fonds voor Cultuurparticipatie.

  • 2 Voor de eerste aanvraagronde is maximaal € 600.000 of maximaal 50% van het totaal beschikbare bedrag beschikbaar vanuit het Fonds voor Cultuurparticipatie. Een eventueel overschot uit de eerste ronde wordt besteed aan de verhoging van het plafond van de tweede ronde.

  • 3 Voor de tweede aanvraagronde is maximaal € 1.200.000 of maximaal 66,6% van het totaal beschikbare bedrag beschikbaar vanuit het Fonds voor Cultuurparticipatie;

  • 4 De in het eerste en tweede lid genoemde bedragen gelden als subsidieplafond. Het bestuur kan eerder vastgestelde subsidieplafonds verlagen.

  • 5 Besluiten als bedoeld in het tweede en derde lid worden bekendgemaakt via de website van het Fonds voor Cultuurparticipatie.

Artikel 1.5. Weigeringsgronden

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

  • 1 Het bestuur weigert, onverminderd het bepaalde in artikel 4:35 van de Algemene wet bestuursrecht, subsidie

    • a. als de aanvrager reeds een instellingssubsidie van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap ontvangt;

    • b. als de aanvrager voor dezelfde activiteiten reeds een meerjarige subsidie ontvangt van een van de rijkscultuurfondsen;

    • c. als de aanvraag onvoldoende concreet is met betrekking tot de uit te voeren activiteiten;

    • d. als de aanvrager in de voorgaande twee jaar niet heeft voldaan aan een of meer door het Fonds voor Cultuurparticipatie aan een subsidie verbonden voorwaarden of verplichtingen, waaronder in elk geval ook vallen het juist en tijdig afronden van de gesubsidieerde activiteiten, het tijdig melden van relevante veranderingen in de uitvoering en het juist en tijdig verantwoorden van de activiteiten;

    • e. als de aanvraag niet aan het bepaalde in deze regeling voldoet

    • f. als de aanvraag redelijkerwijs gefinancierd kan worden uit het reguliere taakstellingbudget van de aanvrager of als de aanvraag activiteiten betreft die tot de reguliere taakstelling van de aanvrager horen.

Artikel 1.6. Beperking

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

Een instelling kan nooit over enige periode tegelijkertijd meerdere subsidies voor dezelfde activiteiten ontvangen op basis van deze of andere deelregelingen van het Fonds voor Cultuurparticipatie.

Artikel 1.7. Vereisten ten aanzien van de aanvrager

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

  • 1 Een aanvraag voor een subsidie kan uitsluitend worden gedaan door een instelling met rechtspersoonlijkheid zonder winstoogmerk en met een culturele doelstelling die aantoonbaar ervaring heeft met het ontwikkelen en uitvoeren van activiteiten op het gebied van cultuureducatie die specifiek gericht zijn op het VMBO.

  • 2 Een aanvragende instelling dient middels jaarverslagen danwel projectverslagen te kunnen aantonen dat deze in de periode van drie schooljaren voorafgaand aan het indienen van de aanvraag, in ten minste twee schooljaren cultuureducatieve activiteiten heeft ontwikkeld die specifiek gericht zijn op het VMBO en zijn uitgevoerd met een school voor VMBO.

  • 3 De aanvrager dient te voldoen aan de voor de betreffende instelling gebruikelijke normen met betrekking tot good governance op het terrein van goed bestuur, adequaat toezicht en transparante verantwoording.

  • 4 Indien aan het bepaalde in artikel 1.7, lid 1 tot en met 3 niet wordt voldaan, wordt subsidie geweigerd en zal de aanvraag niet inhoudelijk worden beoordeeld.

Artikel 1.8. Waarvoor kan worden aangevraagd

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

  • 1 Een aanvraag voor subsidie kan worden ingediend voor het uitvoeren van een project:

    • met een looptijd van twee schooljaren, startend in het eerstvolgende schooljaar na indiening van de aanvraag, en

    • dat is gericht op een doorgaande leerlijn, waarbij een intensieve samenwerking tussen culturele instelling en één of meerdere scholen de basis vormt en

    • dat wordt opgezet en uitgevoerd in samenwerking met ten minste één school voor VMBO, en

    • dat wordt gemonitord en geëvalueerd.

  • 2 Gehonoreerden uit de eerste ronde kunnen een aanvraag indienen voor de tweede ronde indien het plan een andere aanpak betreft dan het eerste plan danwel een vervolgplan is waarbij de uitkomsten van het eerder uitgevoerde plan, het beginpunt zijn voor het vervolgplan.

  • 3 Indien aan het voorgaande niet wordt voldaan wordt subsidie geweigerd zonder een verdere inhoudelijke beoordeling van de aanvraag.

  • 4 Een aanvrager zendt bij de aanvraag ten minste één samenwerkingsovereenkomst mee waaruit de samenwerking met een school blijkt. In de samenwerkingsovereenkomst dient in ieder geval het volgende te worden vastgelegd:

    • het doel van de samenwerking;

    • afspraken over taken en verantwoordelijkheden van de betrokken personen tijdens de ontwikkeling en uitvoering van de activiteiten;

    • de wijze van ondersteuning door de directie en het bestuur;

    • op welke wijze en momenten afstemming plaatsvindt, en

    • afspraken over de inzet van uren en financiële middelen.

Paragraaf 2. : Procedure

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

Artikel 2.1. Aanvraagformulier en bijlagen

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

  • 1 Een aanvraag voor subsidie wordt in beginsel digitaal ingediend via de website van het Fonds voor Cultuurparticipatie met behulp van een hiervoor opgesteld formulier voor de betreffende periode.

  • 2 Een aanvraag wordt alleen in behandeling genomen als het volledig ingevulde aanvraagformulier tijdig is ontvangen door het Fonds voor Cultuurparticipatie en vergezeld gaat van de gevraagde bijlagen zoals op het formulier gemeld.

  • 3 Een aanvrager zendt bij de aanvraag in ieder geval complete jaarverslagen, danwel projectverslagen in waaruit de omvang en reikwijdte van eerdere projecten blijkt alsmede een overzicht van de scholen en klassen waar eerdere projecten plaatsvonden. De informatie dient te voldoen aan de voorwaarden zoals die zijn opgenomen in het aanvraagformulier.

Artikel 2.2. Termijnen indiening aanvraag

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

  • 1 Aanvragen voor de periode augustus 2013–juli 2015 dienen uiterlijk 15 april 2013 om 17:00 uur te zijn ontvangen.

  • 2 Aanvragen voor de periode augustus 2015–juli 2017 dienen uiterlijk 3 februari 2015 om 13.00 uur te zijn ontvangen.

  • 3 Indien het bestuur besluit om een derde ronde te organiseren binnen de looptijd van de tweede ronde wordt het moment van indiening via de website van het Fonds voor Cultuurparticipatie bekend gemaakt.

Artikel 2.3. Hoogte subsidie

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

  • 1 De subsidie bedraagt ten minste € 25.000 per jaar en maximaal € 50.000 per jaar.

  • 2 De subsidie van het Fonds voor Cultuurparticipatie bedraagt niet meer dan 40% van de variabele projectkosten.

  • 3 Het Prins Bernhard Cultuurfonds is voornemens het door het Fonds voor Cultuurparticipatie gesubsidieerde bedrag voor 50% te matchen.

Artikel 2.4. Besluit

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

Het bestuur van het Fonds voor Cultuurparticipatie informeert de aanvrager binnen 13 weken na de uiterlijke indiendatum schriftelijk over het besluit. Als voor de motivering van het besluit wordt verwezen naar een over de aanvraag uitgebracht advies wordt de tekst van het advies aan de aanvrager toegezonden.

Paragraaf 3. : inhoudelijke beoordeling

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

Artikel 3.1. Beoordeling

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

  • 1 Aanvragers waarvan de aanvraag voldoet aan de vereisten om voor subsidie in aanmerking te komen kunnen worden uitgenodigd voor een gesprek om hun aanvraag toe te lichten aan een onafhankelijke commissie.

  • 2 De commissie beoordeelt de aanvragen aan de hand van de criteria in deze regeling.

  • 3 De commissie stelt een advies op over het honoreren van een aanvraag op basis van de informatie uit de aanvraag en het gesprek.

  • 4 De commissie adviseert over de subsidiehoogte met in achtneming van het bepaalde in deze regeling.

Artikel 3.2. Inhoudelijke beoordelingscriteria

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

  • 1 Aanvragen worden beoordeeld aan de hand van de volgende criteria:

    • a. cultuureducatieve kwaliteit;

    • b. organisatorische kwaliteit;

    • c. mate van betrokkenheid van het onderwijs;

    • d. plaats waar de activiteit wordt uitgevoerd, waarbij de regio’s of plaatsen waar weinig aanbod is voor het VMBO voorrang krijgen. Het betreft dan regio’s of plaatsen in de provincies Groningen, Friesland, Drenthe, Overijssel, Flevoland, Zeeland, Noord-Brabant, Limburg.

  • 2 Van de in het eerste lid genoemde criteria zal criterium a het zwaarst wegen in de beoordeling, gevolgd door criterium c en d, en weegt criterium b het minst zwaar.

Artikel 3.3. Verdeelsleutel

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

Het beschikbare bedrag wordt verdeeld over aanvragen die ten minste een voldoende scoren voor criterium a, b en c als benoemd in artikel 3.2. Wanneer er meer aanvragen zijn dan er budget is, zal in het kader van de tender een prioritering worden aangebracht door de commissie uitgaande van de mate waarin aan de criteria uit artikel 3.2. is voldaan.

Paragraaf 4. : Verplichtingen en verantwoording

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

Artikel 4.1. Aan de subsidie verbonden verplichtingen

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

  • 1 De subsidieontvanger meldt onverwijld aan het bestuur als:

    • a. de activiteiten waarvoor subsidie is verstrekt niet of niet geheel zullen doorgaan;

    • b. niet geheel aan de aan het subsidie verbonden verplichtingen zal worden voldaan; of

    • c. er aanzienlijke artistieke of zakelijke wijzigingen zijn ten opzichte van het plan op basis waarvan subsidie is verstrekt.

  • 2 Het bestuur kan bij beschikking andere dan de in het eerste lid opgenomen aanvullende verplichtingen aan de subsidie verbinden.

Artikel 4.2. Verantwoording

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

  • 1 De subsidieontvanger toont aan de hand van de verantwoording aan dat de activiteiten waarvoor subsidie is verstrekt, zijn verricht en dat is voldaan aan de aan de subsidie verbonden verplichtingen.

  • 2 De verantwoording wordt ingediend binnen dertien weken na afloop van de periode waarvoor de subsidie is verstrekt, zoals die is bepaald in de beschikking.

  • 3 De verantwoording omvat een inhoudelijk en een financieel deel.

  • 4 De inhoudelijke verantwoording bestaat uit een activiteitenverslag dat de volgende onderdelen bevat

    • a. een overzicht van de werkzaamheden waarvoor subsidie is verstrekt en van de daarmee bereikte resultaten, en

    • b. voor zover van toepassing, een analyse van en toelichting op verschillen tussen de voorgenomen activiteiten en beoogde resultaten zoals vermeld in het activiteitenplan, en de feitelijke realisatie

  • 5 De inrichting van het verslag komt overeen met de inrichting van het activiteitenplan.

  • 6 De inrichting van de financiële verantwoording sluit aan op de ingediende begroting

  • 7 Wanneer de financiële realisatie afwijkt van de begroting dient dat te worden toegelicht.

  • 8 Het bestuur kan nadere voorwaarden aan de inrichting van de verantwoording stellen.

Artikel 4.3. Vaststelling subsidie

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

  • 1 Het bestuur stelt de subsidie vast na ontvangst van de complete verantwoording over de subsidieperiode.

  • 2 Als de activiteiten volgens plan zijn uitgevoerd en is voldaan aan alle aan de subsidie verbonden verplichtingen stelt het bestuur de subsidie binnen 22 weken overeenkomstig de verlening vast.

Paragraaf 5. : Overige bepalingen

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

Artikel 5.1. Begrotingsvoorbehoud

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

Subsidie wordt verleend onder voorbehoud van verstrekking van de middelen door de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap

Artikel 5.2. Inwerkingtreding en vervaldatum

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

  • 1 Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

  • 2 Deze regeling vervalt met ingang van januari 2019. Op bezwaar- en beroepsprocedures die op dat moment nog niet zijn afgerond, blijft het bepaalde in deze regeling van overeenkomstige toepassing.

Artikel 5.3. Algemeen Reglement

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

Op deze deelregeling is tevens van toepassing het Algemeen Reglement van het Fonds voor Cultuurparticipatie.

Artikel 5.4. Citeertitel

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

Deze regeling wordt aangehaald als: Deelregeling stimulering cultuureducatie in het VMBO Fonds voor Cultuurparticipatie

Het bestuur van het Fonds voor Cultuurparticipatie,
namens deze:

J.J. Knol,

directeur-bestuurder.

Naar boven