Aanwijzing ex artikel 7 Wet marktordening gezondheidszorg (nacalculatie 2013 en opbrengstverrekening [...] geestelijke gezondheidszorg)

Geraadpleegd op 01-11-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 01-01-2018 en zichtdatum 16-05-2024.
Geldend van 01-04-2014 t/m heden

Aanwijzing van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 11 december 2012, MC-U-3146470, op grond van artikel 7 van de Wet marktordening gezondheidszorg, inzake de nacalculatie 2013 en de opbrengstverrekening afwikkeling oude bekostigingssysteem geneeskundige geestelijke gezondheidszorg

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport;

Gelet op artikel 7 van de Wet marktordening gezondheidszorg;

Na op 9 november schriftelijk mededeling te hebben gedaan aan de Eerste en Tweede Kamer der Staten-Generaal (Kamerstukken II 2013/14, 25 424, nr. 191) als bedoeld in artikel 8 van de Wet marktordening gezondheidszorg;

Besluit:

Hoofdstuk I. Algemene bepalingen

Artikel 1. definities

In deze aanwijzing wordt verstaan onder:

  • a. minister: minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport;

  • b. wet: Wet marktordening gezondheidszorg;

  • c. zorgautoriteit: Nederlandse Zorgautoriteit, genoemd in artikel 3 van de wet;

  • d. Zorginstituut: het Zorginstituut Nederland, genoemd in artikel 58, eerste lid, van de Zorgverzekeringswet;

  • e. geneeskundige geestelijke gezondheidszorg: zorg als bedoeld in de wet van 2 november 2006 tot wijziging van het tijdstip waarop die zorg deel uitmaakt van de aanspraken ingevolge een zorgverzekering als bedoeld in de Zorgverzekeringswet (Stb. 2006, 630, artikel III);

  • f. gebudgetteerde instelling: instelling voor geneeskundige geestelijke gezondheidszorg waarvoor de zorgautoriteit de aanvaardbare kosten op basis van AWBZ-parameters heeft vastgesteld;

  • g. aanwijzing opbrengstverrekening: Aanwijzing van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, van 22 september 2011, MC-U-3082225, inzake opbrengstverrekening cggz-instellingen en enkele andere opbrengstverrekening aangelegenheden (Stcrt. 2011, 17600);

  • h. dbc: diagnose behandeling combinatie;

  • i. passend budget: door de zorgautoriteit nader vast te stellen budget dat zoveel mogelijk aansluit bij de situatie in 2012, voor dbc’s die in 2012 zijn geopend en in 2013 worden gesloten, rekening houdend met de door de zorgautoriteit vast te stellen waarde van het onderhanden werk per 31 december 2012;

  • j. opbrengst van overloop dbc’s: opbrengst van dbc’s die in 2012 zijn geopend en in 2013 worden gesloten verminderd met de door de zorgautoriteit vast te stellen waarde van het onderhanden werk per 31 december 2012;

  • k. vereveningsbijdrage: bijdrage, bedoeld in artikel 32 van de Zorgverzekeringswet.

Artikel 2. werkingssfeer

Deze aanwijzing is van toepassing op geneeskundige geestelijke gezondheidszorg geleverd door gebudgetteerde instellingen. Van deze aanwijzing is uitgezonderd zorg waarvoor vrije tarieven gelden als bedoeld in artikel 50, eerste lid, aanhef en onder a, van de wet.

Artikel 3. opdracht

De zorgautoriteit stelt ter uitvoering van deze aanwijzing tijdig vóór 1 januari 2013 regels of beleidsregels vast.

Hoofdstuk II. Nacalculatie 2013

Artikel 4. nacalculatie 2013

De zorgautoriteit stelt voor het jaar 2013 per instelling het verschil vast tussen de door de instelling met de representerende verzekeraar afgesproken dbc-productie en de door de instelling daadwerkelijk gerealiseerde dbc-productie. Indien de gerealiseerde dbc-productie hoger is dan de dbc-productieafspraak voorziet de zorgautoriteit in verrekening van dit verschil via een vereffeningbedrag als bedoeld in artikel 56b van de wet.

Hoofdstuk III. Opbrengstverschil en opbrengstverrekening

Artikel 5. opbrengstverschil afwikkeling oude bekostigingssysteem

  • 1 In aanvulling op de aanwijzing opbrengstverrekening voorziet de zorgautoriteit in een opbrengstverrekening afwikkeling oude bekostigingssysteem. Met het oog daarop stelt de zorgautoriteit per instelling een passend budget vast.

  • 2 De zorgautoriteit berekent ambtshalve het verschil tussen het passend budget en de daadwerkelijke opbrengst van overloop dbc’s, verder te noemen het opbrengstverschil afwikkeling oude bekostigingssysteem.

Artikel 6. toerekening opbrengstverschil en opbrengstverrekening

  • 1 De zorgautoriteit stelt voor de afrekening van de afwikkeling oude bekostigingssysteem, mede op basis van door het Zorginstituut verstrekte gegevens, per instelling ambtshalve vast, welk deel van het opbrengstverschil, zoals genoemd in artikel 5, tweede lid, is toe te rekenen aan te onderscheiden individuele zorgverzekeraars als bedoeld in de Zorgverzekeringswet.

Van deze aanwijzing wordt mededeling gedaan door plaatsing met de toelichting in de Staatscourant.

De

Minister

van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

E.I. Schippers.