Instellingsbesluit bestuurlijk afstemmingsoverleg zoönosen

Geraadpleegd op 25-04-2024.
Geldend van 01-08-2018 t/m heden

Besluit van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 13 april 2012, houdende instelling van een bestuurlijk afstemmingsoverleg zoönosen

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

in overeenstemming met de staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie,

Besluit:

Artikel 2

  • 1 In het geval van een (potentiële) crisis op het terrein van zoönosen beoordeelt het BAO-Z de maatregelen die worden geadviseerd door de directeur van het Centrum infectieziektebestrijding van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (hierna resp.: het Centrum infectieziektebestrijding en het ministerie van VWS), op bestuurlijke haalbaarheid en wenselijkheid.

  • 2 In overige gevallen pleegt het BAO-Z overleg over de bestuurlijke aspecten betreffende de bestrijding van zoönosen,

  • 3 Naar aanleiding van het overleg, bedoeld in het eerste en tweede lid, brengt het BAO-Z zijn bevindingen over aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (hierna: de minister van VWS), en de Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie (hierna: de minister van EL&I).

Artikel 3

  • 1 Het BAO-Z bestaat uit de volgende leden:

    • a. de Directeur-Generaal Volksgezondheid van het ministerie van VWS, tevens voorzitter;

    • b. de Directeur Publieke Gezondheid van het ministerie van VWS, tevens plaatsvervangend voorzitter;

    • c. de Directeur-Generaal AGRO van het ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie (hierna: Ministerie van EL&I);

    • d. de directeur van het Centrum infectieziektebestrijding;

    • e. een vertegenwoordiger van de Directie Publieke Gezondheid van het ministerie van VWS, tevens secretaris;

    • f. de Chief Veterinary Officer van het Ministerie van EL&I;

    • g. een vertegenwoordiger van de Inspectie gezondheidszorg en jeugd;

    • h. een vertegenwoordiger van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit;

    • i. door de minister te benoemen vertegenwoordiger van het Veiligheidsberaad, GGD-Nederland en de Vereniging van Nederlandse Gemeenten;

    • j. de bij het onderwerp van de vergadering betrokken decentrale bestuurders;

    • k. zij die op uitnodiging van de voorzitter van het BAO-Z de vergaderingen bijwonen.

  • 2 De minister benoemt de in het eerste lid, onderdeel i, genoemde personen en hun plaatsvervangers, op voordracht van de organisaties die zij vertegenwoordigen, voor een periode van vier jaar, met de mogelijkheid van herbenoeming. Bij eventuele tussentijdse benoeming wegens vervanging geldt de benoeming voor de resterende periode.

  • 3 De Directeur-Generaal Volksgezondheid van het ministerie van VWS kan worden vervangen door de Directeur Publieke Gezondheid van het ministerie van VWS. De directeur van het Centrum infectieziektebestrijding kan worden vervangen door een andere deelnemer van het Outbreak Management Team Zoönosen (OMT-Z). In dat geval neemt ook het hoofd van de afdeling Landelijke Coordinatie Infectieziektebestrijding van het CIb deel aan het BAO-Z.

Artikel 4

  • 1 Het BAO-Z komt op verzoek van de voorzitter bijeen als de directeur van het Centrum infectieziektebestrijding naar aanleiding van een (potentiële) crisis op het terrein van zoönosen een advies als bedoeld in artikel 2 heeft uitgebracht.

  • 2 Buiten de situatie, bedoeld in het eerste lid, komt het BAO-Z op verzoek van de voorzitter bijeen:

    • a. indien de voorzitter daartoe besluit naar aanleiding van een verzoek van een burgemeester of een voorzitter van een veiligheidsregio;

    • b. om overleg te plegen over de bestuurlijke aspecten betreffende de zoönosenbestrijding.

  • 3 Het BAO-Z vergadert zo nodig telefonisch.

  • 4 Vertegenwoordigers van de betrokken veehouderijsectoren of het bedrijfsleven zullen worden gevraagd om bij het begin van de BAO-Z-vergadering hun expertise in te brengen. De voorzitter van het BAO-Z kan ook expertise inroepen van vertegenwoordigers van een patiëntenorganisatie.

Artikel 5

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst.

Artikel 6

Dit besluit wordt aangehaald als: Instellingsbesluit bestuurlijk afstemmingsoverleg zoönosen.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De

Minister

van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

E.I. Schippers

Naar boven