Besluit buitengewoon opsporingsambtenaar van de regiopolitie Limburg-Zuid 2011

[Regeling vervallen per 03-03-2016.]
Geraadpleegd op 16-04-2024.
Geldend van 01-06-2011 t/m 31-12-2012

Besluit van de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie van 12 mei 2011, nr. 5695687/Justis/11, strekkende tot aanwijzing van buitengewoon opsporingsambtenaren bij het regionale politiekorps Limburg-Zuid

De Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie,

Gelezen het verzoek van de korpschef van de regiopolitie Limburg-Zuid van 4 mei 2011 en het daaropvolgende advies van de hoofdofficier van justitie van het Arrondissementsparket te Maastricht;

Gelet op artikel 142, eerste lid, aanhef en onder b en derde lid, van het Wetboek van Strafvordering;

Besluit:

Artikel 1

[Regeling vervallen per 03-03-2016]

In dit besluit wordt verstaan onder buitengewoon opsporingsambtenaar: de persoon als bedoeld in artikel 2.

Artikel 2

[Regeling vervallen per 03-03-2016]

De personen, werkzaam in de functie van ambtenaar van politie, als bedoeld in artikel 3, eerste lid, onder b, van de Politiewet 1993, in dienst van de regiopolitie Limburg-Zuid, zijn aangewezen als buitengewoon opsporingsambtenaar.

Artikel 3

[Regeling vervallen per 03-03-2016]

  • 2 De opsporingsbevoegdheid, bedoeld in het eerste lid, geldt voor het grondgebied van Nederland, voor zover noodzakelijk voor een goede vervulling van de aan de functie gerelateerde taken.

  • 3 De buitengewoon opsporingsambtenaar vermeldt in zijn processen-verbaal en schriftelijke verslagleggingen het in het eerste lid genoemde domein.

Artikel 4

[Regeling vervallen per 03-03-2016]

Op grond van dit besluit kunnen maximaal 350 personen als buitengewoon opsporingsambtenaar worden beëdigd.

Artikel 5

[Regeling vervallen per 03-03-2016]

Artikel 6

[Regeling vervallen per 03-03-2016]

De buitengewoon opsporingsambtenaar kan de in artikel 8, eerste en derde lid, van de Politiewet 1993 omschreven bevoegdheden uitoefenen en daarbij gebruikmaken van handboeien, korte wapenstok, pepperspray en vuurwapen.

Artikel 7

[Regeling vervallen per 03-03-2016]

  • 1 De korpschef van de regiopolitie Limburg-Zuid brengt jaarlijks, voor 1 april, verslag uit over:

    • a. het aantal buitengewoon opsporingsambtenaren werkzaam in de in artikel 2 genoemde functie;

    • b. de door die buitengewoon opsporingsambtenaren verrichte activiteiten;

    • c. de stand van zaken met betrekking tot de opleiding van die buitengewoon opsporingsambtenaren, waarbij in ieder geval wordt aangegeven hoeveel personen in het verslagjaar zijn aangemeld voor het door de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie goedgekeurde examen en hoeveel personen in dat jaar voor dat examen zijn geslaagd.

  • 2 Dit verslag wordt toegezonden aan in artikel 5 bedoelde toezichthouder en aan het Ministerie van Veiligheid en Justitie, dienst Justis, afdeling BTR, postbus 20300, 2500 EH Den Haag.

Artikel 8

[Regeling vervallen per 03-03-2016]

De op naam gestelde akten van opsporingsbevoegdheid en beëdiging en de overige benoemingsbescheiden, afgegeven mede op basis van het besluit van 18 mei 2006 nr. 5421882/506/CBK, worden voor de duur van hun geldigheid geacht mede te zijn afgegeven op basis van het onderhavige besluit.

Artikel 9

[Regeling vervallen per 03-03-2016]

Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 juni 2011 en vervalt met ingang van 1 juni 2016.

Artikel 10

[Regeling vervallen per 03-03-2016]

Dit besluit wordt aangehaald als: Besluit buitengewoon opsporingsambtenaar van de regiopolitie Limburg-Zuid 2011.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 12 mei 2011

Hoogachtend,
De

Staatssecretaris

van Veiligheid en Justitie,
namens deze:

J. Gankema,

Teammanager BTR.

Naar boven