Subsidieregeling ziekenhuisopleidingen

[Regeling vervallen per 01-08-2014.]
Geraadpleegd op 29-03-2024.
Geldend van 07-12-2011 t/m 31-07-2012

Regeling van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 24 februari 2011, nr. MEVA/ABA-3051040, houdende regels voor subsidiëring van ziekenhuisopleidingen (Subsidieregeling ziekenhuisopleidingen)

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

Gelet op de artikelen 3 en 5 van de Kaderwet VWS-subsidies;

Besluit:

Artikel 1

[Regeling vervallen per 01-08-2014]

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a. minister: Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport;

  • b. CZO: stichting College Zorg Opleidingen statutair gevestigd te Utrecht;

  • c. instelling: rechtspersoon die een algemeen ziekenhuis, academisch ziekenhuis, radiotherapeutisch instituut of dialysecentrum in stand houdt;

  • d. studiejaar: tijdvak dat aanvangt op 1 augustus en eindigt op 31 juli in het daarop volgende kalenderjaar;

  • e. ziekenhuisopleiding: opleiding, genoemd in bijlage bij deze regeling, die door de CZO is erkend en die niet geheel of gedeeltelijk wordt bekostigd op grond van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek of de Wet educatie en beroepsonderwijs;

  • f. instromer: natuurlijke persoon die voor de eerste keer aanvangt met een volledige ziekenhuisopleiding waarvoor op het moment van aanvang door de natuurlijke persoon een erkenning door de CZO is afgegeven;

  • g. gediplomeerde: natuurlijke persoon die blijkens een diploma van de CZO met goed gevolg heeft voltooid een volledige ziekenhuisopleiding waarvoor op het moment van voltooiing door de natuurlijke persoon een erkenning door de CZO is afgegeven.

Artikel 2

[Regeling vervallen per 01-08-2014]

  • 1 De minister kan met ingang van het studiejaar 2010/2011 aan een instelling een subsidie verstrekken ten behoeve van het verzorgen van een ziekenhuisopleiding.

  • 2 De subsidie wordt per studiejaar verstrekt.

Artikel 3

[Regeling vervallen per 01-08-2014]

  • 1 De subsidie wordt op aanvraag verleend.

  • 2 Voor de aanvraag wordt een door de minister vastgesteld formulier gebruikt.

  • 3 De aanvraag wordt uiterlijk voor aanvang van het studiejaar ontvangen.

  • 4 Indien er bij aanvang van het studiejaar geen enkele erkenning door CZO is afgegeven voor een ziekenhuisopleiding van de instelling, wordt de aanvraag in afwijking van het vorige lid uiterlijk op de laatste dag van het studiejaar ontvangen.

  • 5 Een aanvraag die na de termijn, bedoeld in het derde of vierde lid, wordt ontvangen, wordt afgewezen.

  • 6 De aanvraag wordt ondertekend door een persoon die bevoegd is de instelling te vertegenwoordigen.

  • 7 Op verzoek van de minister legt de instelling over:

    • a. een afschrift van de oprichtingsakte van de instelling dan wel van de statuten zoals deze laatstelijk zijn gewijzigd;

    • b. de laatst opgemaakte jaarrekening dan wel de balans en de staat van kosten en opbrengsten en de toelichting daarop of, indien deze bescheiden ontbreken, een verslag over de financiële positie van de instelling op het moment van de aanvraag.

  • 8 Indien de aanvrager niet heeft voldaan aan enig wettelijk voorschrift voor het in behandeling nemen van de aanvraag of indien de verstrekte gegevens en bescheiden onvoldoende zijn voor de beoordeling van de aanvraag of de voorbereiding van de beschikking stelt de minister de aanvrager in de gelegenheid de aanvraag binnen drie weken aan te vullen. De minister besluit de aanvraag niet te behandelen indien de aanvraag binnen die termijn niet of niet voldoende is aangevuld.

Artikel 4

[Regeling vervallen per 01-08-2014]

  • 1 De minister besluit binnen dertien weken na aanvang van het studiejaar of, indien het een aanvraag als bedoeld in artikel 3, vierde lid, betreft, binnen dertien weken na ontvangst van de aanvraag over de verlening van de subsidie.

  • 2 Het besluit tot verlening van de subsidie vermeldt de wijze waarop het bedrag van de subsidie wordt bepaald.

  • 3 De minister kan bij de verlening van de subsidie verplichtingen opleggen die strekken tot verwezenlijking van het doel van de subsidie.

Artikel 5

[Regeling vervallen per 01-08-2014]

  • 1 Indien de aanvraag van de subsidie voor aanvang van het studiejaar is ontvangen, verleent de minister bij het besluit tot verlening van de subsidie ambtshalve tevens een voorschot.

  • 2 Het voorschot wordt bepaald aan de hand het aantal instromers en gediplomeerden in het voorafgaande studiejaar bij de instelling zoals opgenomen in de registratie van de CZO op 31 augustus na het voorafgaande studiejaar.

  • 3 Voor het verlenen van voorschotten is voor het studiejaar 2011/2012 € 47.788.000, voor het studiejaar 2012/2013 € 48.830.000 en vanaf het studiejaar 2013/2014 € 49.872.000 beschikbaar.

Artikel 6

[Regeling vervallen per 01-08-2014]

  • 1 De instelling zorgt ervoor dat:

    • a. daadwerkelijk volledige ziekenhuisopleidingen worden gevolgd,

    • b. de erkenningen van de CZO voor de zorgopleidingen behouden blijven en de ziekenhuisopleidingen worden verzorgd in overeenstemming met de voorwaarden die aan de erkenningen van CZO verbonden zijn,

    • c. een doelmatige wijze van verzorgen van de zorgopleidingen wordt nagestreefd,

    • d. het verzorgen van zorgopleidingen op verantwoorde wijze wordt bestuurd en

    • e. de voor de uitvoering van de zorgopleidingen benodigde middelen op verantwoorde wijze worden beheerd.

  • 2 De instelling houdt een deugdelijke registratie bij van het aantal instromers en gediplomeerden.

Artikel 7

[Regeling vervallen per 01-08-2014]

  • 1 De minister besluit binnen dertien weken na afloop van het studiejaar ambtshalve over de vaststelling van een verleende subsidie.

  • 2 De subsidie wordt vastgesteld aan de hand van het aantal instromers en gediplomeerden in het studiejaar bij de instelling zoals opgenomen in de registratie van de CZO op 31 augustus na het studiejaar.

  • 3 Voor het vaststellen van subsidies is een budget beschikbaar van € 67.006.000 voor het studiejaar 2010/2011, van € 116.252.000 voor het studiejaar 2011/2012, van € 118.752.000 voor het studiejaar 2012/2013 en van € 119.794.000 vanaf het studiejaar 2013/2014. Het budget wordt als volgt verdeeld:

    • a. 82% van het budget wordt zodanig verdeeld naar het aantal gediplomeerden bij instellingen waaraan subsidie is verleend dat het subsidiebedrag per gediplomeerde een gelijk percentage, doch niet meer dan 100%, is van het maximale subsidiebedrag per gediplomeerde dat in bijlage is genoemd bij de desbetreffende ziekenhuisopleiding;

    • b. 18% van het budget wordt zodanig verdeeld naar het aantal instromers bij instellingen waaraan subsidie is verleend dat het subsidiebedrag per instromer een gelijk percentage, doch niet meer dan 100%, is van het maximale subsidiebedrag per instromer dat in bijlage is genoemd bij de desbetreffende ziekenhuisopleiding;

    • c. uitsluitend indien één van beide onder a of b genoemde deelbudgetten niet volledig kan worden verdeeld, wordt het resterende bedrag toegevoegd aan het andere deelbudget. Het verhoogde deelbudget wordt opnieuw verdeeld volgens dezelfde verdeelregel als uit hoofde van onderdeel a of b geldt voor het oorspronkelijk deelbudget.

Artikel 8

[Regeling vervallen per 01-08-2014]

  • 1 De instelling doet onverwijld aan de minister schriftelijk melding zodra:

    • a. het tijdens de periode waarin de subsidiabele activiteiten worden uitgevoerd aannemelijk is dat de activiteiten waarvoor de subsidie is verleend niet zullen worden verricht,

    • b. het aannemelijk is dat niet of niet geheel aan de subsidieverplichtingen zal worden voldaan of

    • c. zich andere omstandigheden zullen voordoen die van belang kunnen zijn voor een beslissing tot wijziging, intrekking of vaststelling van de subsidie.

  • 2 Bij de melding, bedoeld in het eerste lid, worden de relevante stukken overgelegd en wordt de oorzaak toegelicht.

  • 3 De instelling werkt, onder meer door het verschaffen van de daartoe benodigde inlichtingen, gegevens en bescheiden, mee aan door of namens de minister ingestelde onderzoekingen die erop zijn gericht de minister inlichtingen te verschaffen:

    • a. die van belang zijn voor het geven van een beschikking met betrekking tot het verstrekken van de subsidie;

    • b. ten behoeve van de ontwikkeling van het beleid van de minister;

    • c. ten behoeve van het opstellen van landelijke en regionale ramingen van ziekenhuisopleidingen.

  • 4 De instelling bevordert dat de gegevens over de instromers en de gediplomeerden bij de instelling in de registratie van de CZO compleet, accuraat en actueel zijn.

Artikel 9

[Regeling vervallen per 01-08-2014]

  • 1 In afwijking van artikel 3, derde lid, wordt de aanvraag van de subsidie ten behoeve van het studiejaar 2010/2011 uiterlijk 31 mei 2011 ontvangen.

  • 2 In afwijking van artikel 4, eerste lid, besluit de minister uiterlijk 30 juni 2011 op de aanvraag van de subsidie ten behoeve van het studiejaar 2010/2011.

  • 3 Ten behoeve van het studiejaar 2010/2011 wordt geen voorschot verstrekt.

  • 4 In afwijking van artikel 7, derde lid, bedraagt het subsidiebedrag per gediplomeerde of instromer niet meer dan zeventwaalfde deel van het desbetreffende maximale subsidiebedrag.

Artikel 10

[Regeling vervallen per 01-08-2014]

De minister kan een of meer bepalingen van deze regeling buiten toepassing laten of daarvan afwijken voor zover toepassing gelet op het belang dat de desbetreffende bepaling beoogt te beschermen zal leiden tot een onbillijkheid van overwegende aard.

Artikel 11

[Regeling vervallen per 01-08-2014]

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Artikel 12

[Regeling vervallen per 01-08-2014]

Deze regeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling ziekenhuisopleidingen.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De

Minister

van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

E.I. Schippers

Bijlage

[Regeling vervallen per 01-08-2014]

Ziekenhuisopleiding

Maximale subsidie per instromer

Maximale subsidie per gediplomeerde

IC-verpleegkundige

€ 66.800

IC-neonatologie verpleegkundige

€ 41.100

IC-kinderverpleegkundige

€ 41.100

kinderverpleegkundige

€ 36.000

dialyseverpleegkundige

€ 51.400

oncologieverpleegkundige

€ 41.100

SEH-verpleegkundige

€ 41.100

obstetrieverpleegkundige

€ 41.100

operatieassistent

€ 45.200

€ 90.400

anesthesiemedewerker

€ 45.200

€ 90.400

radiodiagnostisch laborant

€ 33.900

€ 67.800

radiotherapeutisch laborant

€ 33.900

€ 67.800

klinisch perfusionist

€ 45.200

€ 90.400

Naar boven