Regeling vordering tot stilhouden Belastingdienst/Caribisch Nederland

Geraadpleegd op 25-04-2024.
Geldend van 01-01-2011 t/m heden

Regeling van de Minister van Veiligheid en Justitie van 1 december 2010, nr. 5677200/10/6, houdende de vordering tot stilhouden door de inspecteur van de Belastingdienst/ Caribisch Nederland (Regeling vordering tot stilhouden Belastingdienst/Caribisch Nederland)

De Minister van Veiligheid en Justitie,

Gelet op de artikelen 2.59 en 2.61, telkens vierde lid, van de Douane- en Accijnswet BES;

Besluit:

Artikel 1

  • 1 De vordering ten behoeve van de visitatie van een schip of een luchtvaartuig tot het doen vaart minderen, bijdraaien, stilhouden, naar een door hem aangewezen plaats overbrengen, aanleggen of landen en de motor buiten werking stellen, indien het schip of luchtvaartuig zich bevindt in zee, in een zeegat, in een haven, of op een meer, dan wel het luchtvaartuig zich bevindt op een luchthaven, wordt gedaan in duidelijke en op het schip of in het luchtvaartuig goed verstaanbare bewoordingen. Hierbij kan gebruik worden gemaakt van radiotelefonie of een dergelijk hulpmiddel. Bij de vordering wordt meegedeeld dat deze wordt gedaan door de douane.

  • 2 De inspecteur die de vordering doet, dient, indien hij geen gebruik maakt van radiotelefonie of een dergelijk hulpmiddel en hij zich niet bevindt op een vaartuig of in een ander vervoermiddel van de Belastingdienst/Caribisch Nederland dat als zodanig kenbaar is, in uniform te zijn.

  • 3 Een vaartuig van de Belastingdienst/Caribisch Nederland is als zodanig kenbaar indien het een vlag voert met daarop duidelijk zichtbaar ‘DOUANE’ in witte letters of indien een op andere wijze op dat vaartuig aangebracht opschrift ‘DOUANE’ duidelijk zichtbaar is.

  • 4 De vordering, bedoeld in het eerste lid, kan in zee, in een haven, in een zeegat of op een meer vanaf een vaartuig van de Belastingdienst/Caribisch Nederland dat als zodanig kenbaar is, ook worden gedaan door middel van het door de Internationale Maritieme Organisatie (IMO) vastgestelde en in het Internationaal Seinboek (Stcrt. 1969, 52) vermelde sein met de betekenis ‘U moet stoppen of bijdraaien. Ik zal bij u aan boord komen’.

Artikel 2

  • 1 De vordering, bedoeld in artikel 1, van een ander vervoermiddel dan een schip of een luchtvaartuig wordt gedaan:

    • a. bij dag door middel van een stopteken, bestaande uit een ronde witte schijf met rode rand, waarop in het wit van de schijf met zwarte letters ‘DOUANE’ is vermeld;

    • b. bij nacht door de in uniform geklede inspecteur, door middel van een stopteken, bestaande uit een rood licht dat snel verticaal op en neer wordt bewogen;

    • c. bij de controle met detectiepoorten op radioactieve inhoud van containers, met een matrixbord dat oplicht met het opschrift ‘STOP DOUANE’.

  • 2 De inspecteur kan de vordering, bedoeld in het eerste lid, aanhef, eveneens doen door het opsteken van de rechterhand mits hij de vordering doet in uniform.

  • 3 De in het eerste lid bedoelde vordering kan ook worden gedaan door in rood licht afwisselend de woorden ‘VOLGEN’ en ‘DOUANE’, onderscheidenlijk de woorden ‘STOP’ en ‘DOUANE’ te tonen:

    • a. bij een motorvoertuig, waarmee wordt gereden voor het vervoermiddel waarop de vordering ziet;

    • b. in spiegelschrift, bij een motorvoertuig, waarmee wordt gereden achter het vervoermiddel waarop de vordering ziet.

  • 4 De vordering tot het buiten werking stellen van de motor van het in het eerste lid bedoelde vervoermiddel wordt gedaan in voor de bestuurder goed verstaanbare bewoordingen.

Artikel 3

  • 1 Het doen van de vordering tot het stilstaan van personen die goederen vervoeren welke zich niet in of op een vervoermiddel bevinden, alsmede van personen die ingevolge een wettelijk voorschrift aan lijfsvisitatie zijn onderworpen, geschiedt in voor hen goed verstaanbare bewoordingen.

  • 2 De inspecteur maakt zijn kwaliteit bekend indien hij niet in uniform is, en toont zijn legitimatiebewijs.

Artikel 5

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling vordering tot stilhouden Belastingdienst/Caribisch Nederland.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 1 december 2010

De

Minister

van Veiligheid en Justitie,

I.W. Opstelten

Naar boven