Besluit tot regeling van het toezicht op krankzinnigen BES

Geraadpleegd op 19-04-2024.
Geldend van 10-10-2010 t/m heden

Besluit tot regeling van het toezicht op krankzinnigen BES

§ 2. Het toezicht

Artikel 2

  • 1 De procureur-generaal stelt, telkens wanneer de Minister van Justitie zulks nodig oordeelt, in de inrichting een plaatselijk onderzoek in.

  • 2 Dit plaatselijk onderzoek omvat een controle van de bescheiden, welke de wettigheid van de opneming van de verpleegden in de inrichting bepalen.

  • 3 De procureur-generaal doet verslag van zijn bevindingen aan de Minister van Justitie.

§ 4. De voorwaarden voor opneming en verpleging

Artikel 4

Bij aanvraag tot opneming van een patiënt in de inrichting moet worden overgelegd:

  • 1. voor alle patiënten: de in de wet gevorderde stukken;

  • 2. voor personen die voor rekening van derden worden opgenomen: een verklaring waaruit blijkt, wie voor de betaling der verpleeggelden aansprakelijk is;

  • 3. voor de in artikel 37A van de wet bedoelde onvermogenden: een bewijs van onvermogen, afgegeven door of vanwege de gezaghebber van het openbaar lichaam waar de betrokkene woonplaats heeft.

Artikel 5

Met uitsluiting van alle andere kosten zijn in de verpleeggelden begrepen:

  • a. verpleging en verzorging in de inrichting, alsmede de voeding der patiënten;

  • b. geneeskundige behandeling, voor zover deze wordt verstrekt door geneeskundigen, verbonden aan de inrichting of door hun vervangers;

  • c. genees- en verbandmiddelen, voorgeschreven door geneeskundigen verbonden aan de inrichting of door hun vervangers.

Artikel 7

  • 1 De verpleeggelden voor de inrichting dienen voor elke maand vooruitbetaald te worden.

  • 2 De voor betaling ontvangen kwitantie wordt onverwijld aan de directeur van de inrichting gezonden. In geval van niet tijdige toezending dezer kwitantie kan de betrokken patiënt ontslagen worden dan wel niet langer als betalend patiënt worden behandeld, zonder dat het recht van vordering tot betaling der verpleeggelden op degene, te wiens laste de betrokken patiënt werd opgenomen, verloren gaat.

  • 3 Bij ontslag of overlijden van een patiënt worden de verpleeggelden berekend tot en met de laatste dag van verpleging.

  • 4 Wat na het ontslag of overlijden van de vooruitbetaalde verpleeggelden overblijft wordt op verzoek terugbetaald.

§ 5. De aanwijzing der plaatsen tot voorlopige opneming en de voorschriften waaraan in die plaatsen moet worden voldaan

Artikel 8

  • 1 Plaatsen tot voorlopige opneming van krankzinnigen zijn:

    • a. krankzinnigengestichten, bedoeld in de artikelen 1a, eerste en tweede lid, en 2 van de wet.

    • b. bij regeling van Onze Minister, handelende in overeenstemming met Onze Minister van Justitie, aangewezen huizen van bewaring, landsinrichtingen voor ter beschikking gestelden en cellen van politiebureaus.

  • 2 In deze plaatsen worden de krankzinnigen van de overige daarin opgenomen personen afgezonderd, met dien verstande dat opneming in de inrichting zoveel mogelijk geschiedt in een afzonderlijke afdeling.

§ 6. De modellen van registers

Artikel 9

De chefs van de korpsen politie en de directeuren der huizen van bewaring houden een register aan van de personen, die voorlopig worden opgenomen, welk register wordt ingericht volgens een bij dit besluit behorend model I.

Artikel 10

  • 3 Aan het register volgens model III wordt een foto van iedere verpleegde gehecht.

Model I. behorend bij artikel 9 van het Besluit toezicht op krankzinnigen BES Register van voorlopige opneming

Volgno.

naam

voornamen

leeftijd

beroep

woonplaats

datum en uur van opneming en ontslag

door wie ingezonden en gebracht

toegepaste dwangmiddelen

aanmerkingen

           

Model II. behorend bij artikel 10, eerste lid, van het Besluit toezicht op krankzinnigen BES Register ter voldoening aan artikel 10 van de wet

naam van de verpleegde

volgno.

datum

toegepaste dwangmiddelen

       

De geneesheer-directeur te,

     

Model III. behorend bij artikel 10, tweede lid, van het Besluit toezicht op krankzinnigen BES Register ter voldoening aan de artikelen 19 lid 3 en 21 lid 1 van de wet

 

naam

..........................................................................

 

voornamen

..........................................................................

 

leeftijd

..........................................................................

 

godsdienst

..........................................................................

foto

woonplaats

..........................................................................

 

geboorteplaats

..........................................................................

 

dagtekening van opneming

..........................................................................

 

datum van eventueel vonnis

..........................................................................

geneeskundige, die patiënt krankzinnig verklaarde

.......................................................................

   

redenen (opgegeven redenen)

.......................................................................

   

aard der krankzinnigheid (diagnose, zo mogelijk),

 

Benevens verkregen inlichtingen omtrent de oorzaak der ziekte

........................................................................

   

opmerkte verschijnselen (artikel 21 van de wet)

........................................................................

   

aanmerkingen

........................................................................

   

De ondergetekende, verklaart hierbij dat hij een verder verblijf in de inrichting van bovengenoemde persoon noodzakelijk acht om de hierna vermelde redenen:

In het belang van de openbare orde

Ter voorkoming van ongelukken

Wegens ernstige verwaarlozing van de patiënt.

 

De geneesheer-directeur te

Naar boven