Besluit additieven in levensmiddelen BES

Geraadpleegd op 20-04-2024.
Geldend van 10-10-2010 t/m heden

Besluit additieven in levensmiddelen BES

Artikel 1

  • 1 In dit besluit wordt verstaan onder:

    • a. additieven: levensmiddelenadditieven met uitzondering van kleurstoffen en zoetstoffen;

    • b. quantum satis: een hoeveelheid van een additief toegevoegd aan eet- en drinkwaren overeenkomstig goede productiemethoden, die niet groter is dan voor het beoogde doel nodig is, onder de voorwaarde dat de consument niet wordt misleid;

    • c. onverwerkte eet- of drinkwaar: een eet- of drinkwaar die geen behandeling heeft ondergaan welke een ingrijpende wijziging veroorzaakt in de oorspronkelijke staat daarvan, met dien verstande dat die eet- of drinkwaar gesneden, verdeeld, uitgebeend, gehakt, gepeld, geschild, gewassen, gemalen, schoongemaakt, diepgevroren, ingevroren, gekoeld, ontkorst, gedopt, verpakt of niet-verpakt kan zijn;

    • d. conserveermiddelen: stoffen die de houdbaarheid van eet- en drinkwaren vergroten door deze te beschermen tegen bederf door micro-organismen;

    • e. anti-oxidanten: stoffen die de houdbaarheid van eet- en drinkwaren vergroten door deze te beschermen tegen bederf door oxidatie;

    • f. draagstoffen: stoffen, met inbegrip van oplosmiddelen die als draagstoffen fungeren die gebruikt worden om een additief op te lossen, te verdunnen, te dispergeren of op een andere wijze fysisch te wijzigen zonder de technologische functie daarvan te veranderen en zonder zelf enig technologisch effect uit te oefenen ten einde de verwerking, de toepassing of het gebruik van het additief te vergemakkelijken;

    • g. voedingszuren: stoffen die de zuurtegraad van eet- en drinkwaren verhogen of er een zure smaak aan geven;

    • h. zuurteregelaars: stoffen die de zuurte of alkaliteit van eet- en drinkwaren veranderen of regelen;

    • i. antiklontermiddelen: stoffen die de neiging van afzonderlijke deeltjes van eet- en drinkwaren om aan elkaar te kleven verkleinen;

    • j. antischuimmiddelen: stoffen die schuimvorming verhinderen of verminderen;

    • k. vulstoffen: stoffen die het volume van een eet- of drinkwaar vergroten zonder noemenswaardig tot de beschikbare energiewaarde ervan bij te dragen;

    • l. emulgatoren: stoffen die een homogene menging van twee of meer onmengbare fasen in een eet- of drinkwaar mogelijk maken of instandhouden;

    • m. smeltzouten: stoffen die de kaaseiwitten in gedispergeerde vorm omzetten en zodoende een homogene verdeling van vet en andere bestanddelen bewerkstelligen;

    • n. verstevigingsmiddelen: stoffen die de vezels van fruit en groeten stevig of knapperig maken of houden, of een wisselwerking met geleermiddelen aangaan om een gel te vormen of te verstevigen;

    • o. smaakversterkers: stoffen die de karakteristieke smaak of geur van een eet- of drinkwaar versterken;

    • p. schuimmiddelen: stoffen die het mogelijk maken een homogene dispersie van een gasvormige fase in een vloeibare of vaste eet- of drinkwaar te vormen;

    • q. geleermiddelen: stoffen die een eet- of drinkwaar vorm geven door de vorming van een gel;

    • r. glansmiddelen: stoffen, met inbegrip van glijmiddelen die, wanneer zij worden aangebracht op het oppervlak van een eet- of drinkwaar, daaraan een glanzend uiterlijk geven, of daarop een beschermende deklaag vormen;

    • s. bevochtigingsmiddelen: stoffen die uitdroging van eet- en drinkwaren beletten door de gevolgen van een lage luchtvochtigheid tegen te gaan, of de oplossing van een poeder in een waterig medium bevorderen;

    • t. gemodificeerde zetmelen: stoffen die door één of meer chemische behandelingen worden verkregen uit zemelen, die een fysische of enzymatische behandeling kunnen hebben ondergaan, en die met zuur of loog mogen zijn verdund of gebleekt;

    • u. verpakkingsgassen: gassen, met uitzondering van lucht die vóór, tijdens of na het in de verpakking brengen van een eet- of drinkwaar in die verpakking worden gebracht;

    • v. drijfgassen: gassen met uitzondering van lucht die een eet- of drinkwaar uit zijn recipiënt drukken;

    • w. rijsmiddelen: stoffen of mengels van stoffen die gas vrijmaken en daardoor het volume van deeg of beslag vergroten;

    • x. complexvormers: stoffen die chemische complexen vormen met metaalionen;

    • y. stabilisatoren: stoffen die het mogelijk maken de fysisch-chemische toestand van een eet- of drinkwaar in stand te houden door een homogene dispersie van twee of meer onmengbare stoffen in een eet- of drinkwaar in stand te houden, of een karakteristieke kleur van een eet- of drinkwaar te stabiliseren, fixeren of intensiveren;

    • z. verdikkingsmiddelen: stoffen die de viscositeit van een eet- of drinkwaar vergroten;

    • aa. meelverbeteraars: stoffen, met uitzondering van emulgatoren, die aan meel of deeg worden toegevoegd om de bakeigenschappen te verbeteren.

  • 2 Dit besluit is niet van toepassing op:

    • a. stoffen die gebruikt worden voor de behandeling van drinkwater;

    • b. producten die pectine bevatten en die verkregen worden uit gedroogde appelpulp, schillen van citrusvruchten of een mengsel daarvan, door middel van een behandeling met verdund zuur, gevolgd door een gedeeltelijke neutralisatie met natrium- of kaliumzouten;

    • c. kauwgombasis;

    • d. witte of gele dextrine, geroost of gedextrineerd zetmeel, zetmeel dat gemodificeerd is door een behandeling met zuur of base, gebleekt zetmeel, fysisch gemodificeerd zetmeel en zetmeel dat behandeld is met enzymen die zetmeel afbreken;

    • e. ammoniumchloride;

    • f. bloedplasma;

    • g. voedingsgelatine;

    • h. eiwithydrolysaten en hun zouten;

    • i. melkeiwit, caseïnaten en caseïne;

    • j. gluten;

    • k. aminozuren en hun zouten, met uitzondering van glutaminezuur, glycine, cysteïne en cystine en hun zouten voorzover zij geen functie als additief hebben;

    • l. inuline;

    • m. niet in de bijlagen genoemde enzymen.

  • 3 De in dit besluit genoemde maximumconcentraties hebben, tenzij in dit besluit anders is bepaald, betrekking op eet- en drinkwaren zoals die verhandeld worden.

Artikel 2

  • 2 De in bijlage 1 genoemde additieven mogen ad quantum satis zijn toegevoegd aan eet- en drinkwaren, voor zover die eet- en drinkwaren niet zijn genoemd in bijlage 2.

  • 3 De in bijlage 1 genoemde additieven mogen, tenzij in dit besluit anders is bepaald, niet zijn toegevoegd aan:

    • a. onverwerkte eet- of drinkwaar;

    • b. honing;

    • c. niet-geëmulgeerde oliën en vetten van dierlijke of plantaardige oorsprong;

    • d. boter;

    • e. gepasteuriseerde en gesteriliseerde (inclusief UHT) melk (inclusief volle, halfvolle en magere melk) en volle gepasteuriseerde room;

    • f. niet-gearomatiseerde met levende fermenten gefermenteerde melkproducten;

    • g. natuurlijk mineraalwater en bronwater;

    • h. koffie, met uitzondering van gearomatiseerde oploskoffie, en koffie-extract;

    • i. niet-gearomatiseerde thee;

    • j. suikers, bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder c. van het Besluit zoetstoffen in levensmiddelen BES;

    • k. droge deegwaren met uitzondering van glutenvrije deegwaren of deegwaren voor diëten met een laag proteïnegehalte;

    • l. niet-gearomatiseerde natuurlijke karnemelk, met uitzondering van gesteriliseerde karnemelk;

    • m. zuigelingenvoeding, en eet- en drinkwaren bestemd voor peuters, alsmede de daaraan wat betreft samenstelling identieke eet- en drinkwaren, bestemd voor niet gezonde zuigelingen onderscheidenlijk niet gezonde peuters;

    • n. de in bijlage 2I genoemde eet- en drinkwaren.

  • 4 Onverminderd het derde lid mogen de stoffen E290, E938, E939, E941, E942 en E948 aanwezig zijn in de in dat lid genoemde eet- en drinkwaren.

  • 5 Onverminderd het tweede lid zijn de stoffen E410, E412, E415 en E417 niet aanwezig in gedehydrateerde eet- en drinkwaren die rehydrateren bij inname door de eindverbruiker.

  • 6 De stoffen E407 en E440 mogen met suikers worden gestandaardiseerd onder de voorwaarde dat dit tezamen met hun nummer en aanduiding wordt vermeld.

Artikel 3

In de in bijlage 2 genoemde eet- en drinkwaren zijn geen andere additieven aanwezig dan de in de bijlagen 2 en 3 genoemde additieven, onder de in die bijlagen vermelde voorwaarden.

Artikel 4

De in de bijlage 3 genoemde additieven mogen uitsluitend worden toegevoegd aan de in die bijlage genoemde eet- en drinkwaren, onder de in die bijlage vermelde voorwaarden.

Artikel 5

Uitsluitend de in bijlage 4 genoemde additieven mogen worden toegevoegd als draagstoffen of als oplosmiddelen die als draagstof fungeren, onder de in die bijlage vermelde voorwaarden.

Artikel 6

In de in artikel 2, derde lid, onder m, bedoelde eet- en drinkwaren, bestemd voor zuigelingen en peuters, zijn additieven slechts aanwezig met inachtneming van bijlage 5.

Artikel 7

  • 1 Additieven mogen aanwezig zijn:

    • a. in samengestelde eet- en drinkwaren, voor zover niet genoemd in artikel 2, derde lid, en voor zover dat additief aanwezig mag zijn in een ingrediënt van de desbetreffende samengestelde waar; of

    • b. in een eet- of drinkwaar die uitsluitend bestemd is voor gebruik bij de bereiding van een samengestelde eet- of drinkwaar, voor zover die samengestelde eet- of drinkwaar voldoet aan dit besluit.

  • 2 Het eerste lid is, tenzij in dit besluit anders is bepaald, niet van toepassing op zuigelingenvoeding, en babyvoeding.

Artikel 8

Dit besluit treedt in werking de dag na de uitgifte van het Publicatieblad waarin het geplaatst is, en werkt terug tot en met 25 november 2004.

Naar boven