Regeling kwaliteitszorg en de evaluatie van de kwaliteitszorg bij de politie van Curaçao, van Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba

Geraadpleegd op 16-04-2024.
Geldend van 01-05-2010 t/m heden

Regeling kwaliteitszorg en de evaluatie van de kwaliteitszorg bij de politie van Curaçao, van Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba

Nederland, Curaçao, Sint Maarten,

Overwegende dat op grond van artikel 50, derde lid, van de Rijkswet politie van Curaçao, van Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba de landen onderling een regeling treffen houdende regels voor de kwaliteitszorg en de evaluatie daarvan;

Gelet op artikel 38, eerste lid, van het Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden en artikel 50, derde lid, van de Rijkswet politie van Curaçao, van Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba;

Komen het volgende overeen:

Artikel 1

De kwaliteitszorg omvat de systematische bewaking, beheersing en verbetering van de kwaliteit van de taakuitvoering, de resultaten (output) en het beheer van het politiekorps.

Artikel 2

  • 1 De korpsbeheerder draagt zorg voor de regelmatige evaluatie van de kwaliteitszorg van het politiekorps.

  • 2 De evaluatie bestaat uit het op systematische wijze en onderling vergelijkbare wijze uitvoeren van:

    • a. zelfevaluaties van korpsonderdelen;

    • b. korpsonderzoeken van de taakuitvoering, de resultaten en het beheer van het politiekorps;

    • c. kennisoverdracht en informatie-uitwisseling met andere korpsen.

  • 3 Bij de evaluatie wordt in het bijzonder ingegaan op de taakgebieden, genoemd in artikel 7, tweede lid, onder a tot en met c, van de Rijkswet politie van Curaçao, van Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba, de politietaken, bedoeld in artikel 20, derde lid, van deze rijkswet, en de diensten, bedoeld in artikel 26 van deze rijkswet.

  • 4 De korpsbeheerder draagt ervoor zorg dat elke afdeling of elk organisatieonderdeel van het korps ten minste eenmaal per twee jaar een zelfevaluatie uitvoert.

  • 5 De korpsbeheerder draagt ervoor zorg dat het politiekorps eenmaal per vier jaar door een externe auditcommissie een korpsonderzoek laat uitvoeren bestaande uit daarvoor gekwalificeerde politiedeskundigen, die niet in dienst zijn van het eigen politiekorps. De korpsbeheerder kan waarnemers uitnodigen uit andere landen binnen en buiten het Koninkrijk om deel te nemen aan het korpsonderzoek.

  • 6 De auditcommissie is belast met het doen van voorstellen ter verbetering van de kwaliteitszorg.

  • 7 Het rapport van de auditcommissie wordt met de daaraan ten grondslag liggende zelfevaluatie, samen met de visie van de korpschef op het rapport van de auditcommissie, door de auditcommissie en de korpschef aangeboden aan de korpsbeheerder.

  • 8 De korpsbeheerder draagt ervoor zorg dat het korps ten minste eenmaal per twee jaar op basis van de zelfevaluaties en het rapport van de auditcommissies informatie uitwisselt over de taakuitvoering, de resultaten en het beheer van het politiekorps met de overige korpsen binnen het Caribisch deel van het Koninkrijk.

Artikel 3

  • 1 In het beleidsplan en jaarverslag van de korpsen wordt inzicht verschaft in het te voeren beleid ten aanzien van de kwaliteitszorg respectievelijk in de bevindingen die het resultaat zijn van het terzake gevoerde beleid. Daarbij wordt in het bijzonder ingegaan op taakgebieden, genoemd in artikel 7, tweede lid, onder a tot en met c, van de Rijkswet politie van Curaçao, van Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba, de politietaken, bedoeld in artikel 20, derde lid, van deze rijkswet, en de diensten, bedoeld in artikel 26 van deze rijkswet.

  • 2 Uit het beleidsplan blijkt welke korpsonderdelen op welk moment een zelfevaluatie zullen uitvoeren. In het jaarverslag wordt verslag gedaan over de zelfevaluaties die zijn uitgevoerd bij de korpsonderdelen.

  • 3 Uit het beleidsplan blijkt wanneer het korpsonderzoek van het politiekorps zal worden uitgevoerd. In het jaarverslag wordt verslag gedaan over de uitvoering van het korpsonderzoek. Voorts wordt in het jaarverslag aangegeven of en zo ja welke maatregelen als gevolg van het korpsonderzoek zijn genomen of zullen worden genomen.

Artikel 4

De regeling wordt aangehaald als: Regeling kwaliteitszorg en de evaluatie van de kwaliteitszorg bij de politie van Curaçao, van Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba.

Deze regeling wordt binnen 30 dagen na ondertekening geplaatst in de Staatscourant en de Curaçaosche Courant.

Willemstad, 11 februari 2010

De

Minister

van Justitie van Nederland,

E.M.H. Hirsch Ballin

De

Minister

van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van Nederland,

G. ter Horst

De

Staatssecretaris

van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van Nederland,

A.Th.B. Bijleveld-Schouten

De

gedeputeerde

van Constitutionele Zaken van Curaçao,

Z.A.M. Jesus-Leito

De

gedeputeerde

van Constitutionele Zaken van Sint Maarten,

W. Marlin

Naar boven