Mandaatbesluit bewaarders van het kadaster en de openbare registers

[Regeling vervallen per 30-11-2023.]
Geraadpleegd op 28-03-2024.
Geldend van 18-09-2009 t/m 29-11-2023

Mandaatbesluit bewaarders van het kadaster en de openbare registers

De bewaarders van het kadaster en de openbare registers,

Gelet op de artikelen 10:1, 10:2,10:3, 10:4, 10:5, 10:6, 10:7, 10:8, 10:9 en 10:12 van de Algemene wet bestuursrecht;

Besluiten:

Artikel 1. Begripsbepalingen

[Regeling vervallen per 30-11-2023]

In dit besluit wordt verstaan onder:

  • a. de Dienst: de Dienst voor het kadaster en de openbare registers, bedoeld in artikel 2 van de Organisatiewet Kadaster;

  • b. de bewaarder: de bewaarder van het kadaster en de openbare registers, bedoeld in artikel 6 van de Kadasterwet;

  • c. mandaat: bevoegdheid om in naam van de bewaarder besluiten te nemen;

  • d. machtiging: bevoegdheid om in naam van de bewaarder handelingen te verrichten die noch een besluit noch een privaatrechtelijke rechtshandeling zijn;

  • e. gemandateerde: persoon behorend tot het personeel van de Dienst aan wie mandaat is verleend;

  • f. gemachtigde: persoon behorend tot het personeel van de Dienst aan wie machtiging is verleend.

Artikel 2. Omvang van de mandaten en machtigingen (algemeen)

[Regeling vervallen per 30-11-2023]

De machtigingen en mandaten, omschreven in de artikelen 3 en 4, betreffen bij wettelijk voorschrift aan de bewaarders toegekende bevoegdheden en opgedragen werkzaamheden.

Artikel 3. Inhoud van de machtiging met betrekking tot aangelegenheden inzake openbare registers

[Regeling vervallen per 30-11-2023]

  • 1 De bewaarders verlenen, wat betreft inschrijvingen in de openbare registers voor registergoederen, machtiging tot:

    • a. het toewijzend beslissen op verzoeken tot inschrijving in de openbare registers voor onroerende zaken van daartoe aangeboden stukken en het verrichten van alle handelingen verband houdend met de inschrijving van daartoe aangeboden stukken;

    • b. het toewijzend beslissen op verzoeken tot inschrijving in de openbare registers voor schepen van daartoe aangeboden stukken, met uitzondering echter van het toewijzend beslissen op een verzoek tot teboekstelling ingeval blijkt dat het schip waarvan de teboekstelling wordt verzocht, reeds te boek staat, alsmede het verrichten van alle handelingen verband houdend met de inschrijving van daartoe aangeboden stukken;

    • c. het toewijzend beslissen op verzoeken tot inschrijving in de openbare registers voor luchtvaartuigen van daartoe aangeboden stukken, met uitzondering echter van het toewijzend beslissen op verzoeken tot teboekstelling ingeval blijkt dat het luchtvaartuig waarvan de teboekstelling wordt verzocht, reeds te boek staat, alsmede het verrichten van alle handelingen verband houdend met de inschrijving van daartoe aangeboden stukken;

    • d. het stellen van aantekeningen in de openbare registers, bedoeld onder a tot en met c.

  • 2 De bewaarders verlenen machtiging tot het verrichten van de handelingen, bedoeld in:

    • a. artikel 147, derde lid, van de Kadasterregeling 1994;

    • b. artikel 27 van de Regeling teboekgestelde schepen 1994 juncto artikel 147, derde lid, van de Kadasterwet;

    • c. artikel 16 van de Regeling teboekgestelde luchtvaartuigen 2005 juncto artikel 147, derde lid, van de Kadasterwet.

Artikel 4. Inhoud van het mandaat en de machtiging met betrekking tot aangelegenheden inzake de kadastrale registratie en kadastrale kaarten

[Regeling vervallen per 30-11-2023]

  • 1 De bewaarders verlenen, wat betreft de in artikel 3 lid 1 onder a t/m c bedoelde inschrijving in de openbare registers, mandaat en machtiging aan de in bijlage 1 van dit besluit genoemde persoon.

  • 2 De bewaarders verlenen, wat betreft de in artikel 3 onder a t/m bedoelde inschrijving in de openbare registers, aan de gemandateerde en gemachtigde de bevoegdheid aan de daartoe gekwalificeerde personen submandaat en submachtiging verlenen.

Artikel 5. Algemene aanwijzingen voor de uitoefening van het (sub)mandaat en (sub)machtiging

[Regeling vervallen per 30-11-2023]

  • 1 De uitoefening van de bevoegdheid verkregen bij de mandaten en machtigingen geschiedt door de gemandateerde en gemachtigde binnen de grenzen van de hem opgedragen taken.

  • 2 De gemandateerde en gemachtigde neemt bij de uitoefening van de aan hem verleende mandaten en machtigingen de van toepassing zijnde wettelijke voorschriften en de instructies van bewaarder in acht, alsmede de bepalingen van dit besluit.

  • 3 Alle gevallen waarin de gebruikmaking van de in dit besluit omschreven mandaten en machtigingen zou leiden tot het nemen van een beslissing waarvan de juistheid of redelijkheid kan worden betwijfeld, dienen aan de bewaarder te worden voorgelegd.

  • 4 Indien toepassing van de in dit besluit omschreven mandaten en machtigingen zou leiden tot het nemen van een beslissing die niet in overeenstemming zou zijn met de door de bewaarders vastgestelde instructies, omdat ter zake onduidelijke instructies zijn vastgesteld, dient het geval aan de betrokken bewaarder te worden voorgelegd voor het (nader) vaststellen van instructies, op grond waarvan de gemandateerde en gemachtigde vervolgens een beslissing neemt.

Artikel 6. (Sub)Mandaat- en machtigingsregister

[Regeling vervallen per 30-11-2023]

  • 1 Er is een openbaar mandaat- en machtigingregister, waarin alle door de bewaarders verleende mandaten, submandaten, machtigingen en submachtigingen en wijzigingen daarin worden opgenomen.

  • 2 De bewaarder die tevens hoofd van de afdeling openbare register en kadaster van de concernstaf van de Dienst is, is belast met:

    • a. het opzetten, houden en bijhouden van het (sub) mandaat- en (sub)machtigingsregister, en

    • b. het op schriftelijk verzoek verstrekken van informatie uit dat register aan personen buiten de Dienst.

  • 3 De gemandateerde is verantwoordelijk voor een juiste, volledige en tijdige aanlevering van de gegevens die in het submandaat- en submachtigingsregister moeten worden opgenomen.

Artikel 7. Intrekking (sub)mandaat en (sub)machtiging

[Regeling vervallen per 30-11-2023]

Intrekking van een (sub)mandaat en een (sub)machtiging geschiedt bij een afzonderlijk, schriftelijk besluit, waarin de minimaal vereiste persoonsgegevens ter identificatie en de functie van de in artikel 1, onder e onderscheidenlijk f, bedoelde functionaris worden vermeld onder toevoeging van de ingetrokken (sub)mandaten en (sub)machtigingen.

Apeldoorn, 7 september 2009

De

bewaarders van het kadaster en de openbare registers

,

hoofdbewaarder van het kadaster en de openbare registers

,

W. Louwman

bewaarder van het kadaster en de openbare registers

,

E. Kleefkens

bewaarder van het kadaster en de openbare registers

,

B.H.J. Roes

bewaarder van het kadaster en de openbare registers

,

J. Vos

bewaarder van het kadaster en de openbare registers

,

I. J. Kloek-Tromp

Naar boven