Circulaire Woon-werkverkeer: aanvullende afspraken

[Regeling vervallen per 01-01-2019.]
Geraadpleegd op 28-03-2024.
Geldend van 29-05-2009 t/m 31-12-2018

Circulaire Woon-werkverkeer: aanvullende afspraken

Inleiding

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

Met de Samenwerkende Centrales voor Overheidspersoneel is vorig jaar een voorzieningenstelsel voor het woon-werkverkeer van rijksambtenaren overeengekomen, dat op 1 juli 2008 in werking is getreden.

In januari 2009 zijn, naar aanleiding van de ervaringen met het nieuwe voorzieningenstelsel, twee aanvullende afspraken met de centrales gemaakt.

In deze circulaire worden de aanvullende afspraken toegelicht. In een bijlage zijn een aantal berekeningsvoorbeelden opgenomen.

1. Kilometervergoeding van en naar de opstapplaats openbaar vervoer

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

Veel ambtenaren die voor hun woon-werkverkeer gebruik maken van het openbaar vervoer geven er de voorkeur aan om met eigen vervoer naar de opstapplaats te reizen.

Met de centrales van overheidspersoneel is afgesproken om voor de met eigen vervoer afgelegde afstand van de woning naar de opstapplaats van het openbaar vervoer en/ of van de plek van aankomst van het openbaar vervoer naar de plaats van tewerkstelling een tegemoetkoming te verlenen in de kosten per kilometer. Deze afspraak treedt met ingang van 1 september 2009 in werking. Onderdeel van de afspraak is, dat vanaf 1 september 2009 de mogelijkheid tot vergoeding van de stallingkosten van een fiets vervalt. Ook de ambtenaar die zich lopend naar of van de opstaphalte van het openbaar vervoer verplaatst maakt gebruik van ‘eigen vervoer’.

De tegemoetkoming per kilometer is gelijk aan de tegemoetkoming die geldt voor het gebruik van eigen vervoer in situaties dat openbaar vervoer beschikbaar is, namelijk de lage kilometervergoeding van thans € 0,05 per kilometer en is onafhankelijk van het soort eigen vervoer, dat de ambtenaar gebruikt.

De berekening van de tegemoetkoming, zoals die sinds juli 2008 toegepast wordt voor werknemers die voor de gehele afstand van het woon-werkverkeer gebruik maken van eigen vervoer, niet zijnde de fiets, is van overeenkomstige toepassing op de afstand naar of van de opstapplaats van het openbaar vervoer. Ook de maximering van thans € 47,44 per maand of € 2,66 per dag is bij deze tegemoetkoming aan de orde.

Voor de afstand van het woonadres naar de opstaphalte van het openbaar vervoer bestaat slechts aanspraak op deze tegemoetkoming als deze meer dan een kilometer bedraagt. Dit geldt ook voor de afstand van de halte van het openbaar vervoer naar de plaats van tewerkstelling.

De afstand wordt bepaald met de ter beschikking gestelde routeplanner en in beginsel berekend aan de hand van de postcodes, hoewel wellicht niet van iedere opstapplaats een postcode bekend is, in welk geval het bevoegd gezag beslist over het in aanmerking te nemen aantal kilometers.

De kilometers, waarvoor de ambtenaar een tegemoetkoming ontvangt, worden betrokken in de fiscale saldering en/of kunnen via de IKAP-regeling rijkspersoneel belastingvrij aangevuld worden.

1.1. Vervallen van de tegemoetkoming voor stallingkosten

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

Met ingang van 1 september 2009 komt, zoals hiervoor is aangegeven, het recht op de tegemoetkoming in de stallingkosten van een fiets te vervallen. De kosten die de ambtenaar voor 1 september 2009 heeft gemaakt voor de stalling, ook als deze vooruit betaald zijn en betrekking hebben op de periode na 1 september 2009, komen nog voor vergoeding in aanmerking, met dien verstande, dat de vergoeding bij beëindiging van het dienstverband verrekend kan worden, voorzover het vooruitbetaalde deel betrekking heeft op de periode daarna. Er kan aldus over een bepaalde periode sprake zijn van een combinatie van vergoedingen, namelijk de stallingkosten en de tegemoetkoming in de kosten per kilometer.

1.2. Zones aansluitend openbaar vervoer

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

Maakt de ambtenaar gebruik van de mogelijkheid om zowel aan de zijde van de woonplaats als aan de zijde van de plaats van tewerkstelling in aanmerking te komen voor de tegemoetkoming voor eigen vervoer, dan dient te worden afgezien van de verstrekte of vergoede zones voor het op de trein aansluitende openbaar vervoer. De keuze voor de tegemoetkoming voor het eigen vervoer of voor (zones voor) aansluitend openbaar vervoer kan slechts worden gewijzigd bij wijziging van de reisroute of bij een tariefwijziging van het openbaar vervoer.

De ambtenaar, die uitsluitend aan één kant van het traject van het door hem te gebruiken openbaar vervoer gebruik maakt van eigen vervoer, komt in aanmerking voor tegemoetkoming per kilometer zonder dat hoeft te worden afgezien van de (vergoeding voor de) zones voor op de trein aansluitend openbaar vervoer. Deze bepaling houdt verband met de wijze waarop de Nederlandse Spoorwegen abonnementen combineert met aanvullende stad- en streekabonnementen voor bussen, trams en metro's.

2. Afwisselend gebruik van fiets en auto

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

Sinds 1 juli 2008 kan de ambtenaar die de gehele afstand van de woning tot de plaats van tewerkstelling op alle reisdagen met de fiets aflegt in aanmerking komen voor een hoge tegemoetkoming per kilometer (sinds 1-1-2009: € 0,16).

Veel ambtenaren maken graag een aantal dagen per week gebruik van de fiets, maar zien zich, al dan niet door privéomstandigheden, genoodzaakt een deel van de dagen per week met ander eigen vervoer naar het werk te reizen. Die ambtenaren hebben binnen de bestaande voorziening, er van uitgaande dat doelmatig openbaar vervoer beschikbaar is, slechts aanspraak op de lage tegemoetkoming per kilometer, ook op de dagen dat men met de fiets reist.

Met de centrales van overheidspersoneel is afgesproken, dat de ambtenaren vanaf 1 september 2009 de mogelijkheid krijgen op sommige dagen de fiets (tegen de hoge kilometervergoeding) en op andere dagen ander eigen vervoer (tegen de lage kilometervergoeding) voor het woon-werkverkeer te gebruiken.

Als dat de administratieve last beperkt kan het bevoegd gezag van de ambtenaar verlangen dat hij zijn keuze (hoeveel dagen met de fiets, hoeveel met ander eigen vervoer en dergelijke) niet vaker dan één keer per jaar maakt.

De ambtenaar dient schriftelijk te verklaren op welk gemiddeld aantal dagen per week met de fiets wordt gereisd. Het bestaande, sinds 1 juli 2008 geldende model van de fietsverklaring is aangepast en bij deze circulaire gevoegd.

Voor het aantal dagen dat blijkens de verklaring per fiets wordt gereisd, geldt de hoge tegemoetkoming per kilometer, ook als bij wijze van uitzondering op die dagen in beginsel van het openbaar vervoer gebruik wordt gemaakt. Op de reisdagen waarop van ander eigen vervoer gebruik wordt gemaakt, uitgaande van de aanwezigheid van doelmatig openbaar vervoer, geldt de lage tegemoetkoming per kilometer. Het bevoegd gezag mag er op rekenen, dat de ambtenaar zijn eigen verantwoordelijkheid neemt en handelt naar zijn verklaring. Het staat het bevoegd gezag uiteraard vrij om hierop (steekproefsgewijs) te toetsen. Totdat het tegendeel blijkt is uitgangspunt dat een ambtenaar integer is.

De tegemoetkoming wordt berekend met gebruikmaking van de in de circulaire van 21 april 2008 geïntroduceerde formule, waarbij de verschillende maximale bedragen naar evenredigheid worden toegepast op het gemiddeld aantal fietsdagen en het gemiddeld aantal reisdagen met ander eigen vervoer.

Ik verzoek u zo spoedig mogelijkheid de nodige voorbereidingen te treffen om uitvoering te geven aan de inhoud van deze circulaire.

De

Minister

van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
voor deze:
de

directeur-generaal Organisatie en Bedrijfsvoering Rijk

,

J.J.M. Uijlenbroek

Bijlage Voorbeelden

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

Voorbeeld 1

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

Een ambtenaar reist dagelijks, vijf dagen per week, met de trein naar zijn werk. Van zijn woning naar het station, afstand 2 kilometer, gebruikt hij de fiets. Van het station naar de plaats van tewerkstelling loopt hij 800 meter (dus minder dan 1 kilometer!).

Vanaf 1 september 2009 heeft hij recht op een tegemoetkoming voor het gebruik van eigen vervoer naar het station van € 3,57 per maand, volgens de formule:

Bijlage 244528.png

Heeft betrokkene net op 31 augustus 2009 zijn jaarabonnement voor de fietsenstalling betaald van € 150,00 dan heeft hij nog aanspraak op tegemoetkoming in stallingkosten van € 123,36 (rekening houdend met het maximumbedrag van € 10,28, dat per maand aan stallingkosten wordt vergoed).

Voorbeeld 2

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

Een ambtenaar reist dagelijks, vijf dagen per week, met de trein naar zijn werk. Van zijn woning naar het station, afstand 25 kilometer, gebruikt hij de auto. Van het station naar de plaats van tewerkstelling, afstand 5 kilometer gebruikt hij een fiets.

Vanaf 1 september 2009 heeft hij recht op een tegemoetkoming voor het gebruik van eigen vervoer naar en van het station van € 47,44 per maand, volgens de formule:

Bijlage 244529.png

is € 53, 50 (boven maximum).

Hij heeft geen aanspraak op zones op het treinabonnement. Gemaakte stallingkosten (ook vooruitbetaalde over de periode na 1 september 2009) kunnen nog vergoed worden.

Voorbeeld 3

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

Een ambtenaar reist drie dagen in de week met de fiets en twee dagen in de week met de auto naar zijn werk. De afstand bedraagt met de fiets 20 kilometer en met de auto 25 kilometer.

De tegemoetkoming bedraagt vanaf 1 september 2009 € 86,31 per maand, volgens de formule:

Bijlage 244530.png

is € 68,48

en

Bijlage 244531.png

is € 17,83

Voorbeeld 4

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

Een ambtenaar reist drie dagen in de week met de fiets en twee dagen in de week met de auto naar zijn werk. De afstand bedraagt met de fiets 30 kilometer en met de auto 35 kilometer.

De tegemoetkoming bedraagt vanaf 1 september 2009 € 121,70 per maand, volgens de formule:

Bijlage 244532.png

is € 102,72

en

Bijlage 244533.png

is € 24,97, maar maximaal 2/5 × € 47,44 is € 18,98.

Bijlage Fietsverklaring

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

Naam en voorletters: .....

Personeelsnummer: .....

Dienstonderdeel: .....

Gemiddeld aantal reisdagen per week1: .....

Waarvan met de fiets: .....

Waarvan met ander eigen vervoer: .....

Hierbij verklaar ik tot wederopzegging:

  • voor het dagelijkse woon-werkverkeer gebruik te maken van de fiets op het hierboven aangegeven (gemiddeld) aantal dagen per week en

  • met de fiets op die dagen de volledige afstand tussen de woning en de plaats van tewerkstelling af te leggen en

  • op die dagen, als bij uitzondering niet gefietst wordt, bijvoorbeeld bij slecht weer, in beginsel van het openbaar vervoer gebruik te maken.

Alle informatie waarvan ik vermoed of redelijkerwijs kan vermoeden dat die van invloed is op hetgeen ik hier verklaar, zal ik direct melden bij het bevoegd gezag.

Aldus naar waarheid ingevuld

..... (datum) te ..... (woonplaats)

Handtekening .....

Ondertekening bevoegd gezag

[Regeling vervallen per 01-01-2019]

Voor akkoord,

Het bevoegd gezag,

Plaats ..... Datum .....

Naam .....

Functie .....

Handtekening .....

  1. Zonodig op te geven met 2 cijfers achter de komma. ^ [1]
Naar boven