Regeling toepasselijkheid beleid NPO onder de Mediawet 2008

[Regeling materieel uitgewerkt per 26-07-2022.]
Geraadpleegd op 29-03-2024.
Geldend van 07-05-2009 t/m heden

Tijdelijke regeling van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Omroep Stichting, ook handelende onder de naam NPO van 25 maart 2009 over de toepasselijkheid van (nadere) bindende regelingen en overige brieven en schriftelijk vastgelegd beleid van de NPO in verband met de inwerkingtreding van de Mediawet 2008 (Regeling toepasselijkheid beleid NPO onder de Mediawet 2008)

De NPO,

Gelet op de artikelen 2.2, 2.3, 2.10 en 2.11 van de Mediawet 2008;

Gelet op artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht;

Overwegende,

dat per 1 januari 2009 de Mediawet 2008 (Stb. 2008, 583) en het Mediabesluit (Stb. 2008, 584) in werking zijn getreden en de Mediawet (Stb. 1987, 249) en het Mediabesluit (Stb. 1987, 573) zijn ingetrokken;

dat de Mediawet 2008 en het Mediabesluit 2008 zowel inhoudelijke als technische wijzigingen van de Mediawet, respectievelijk het Mediabesluit bevatten;

dat daarnaast het systeem en de vormgeving van de er in neergelegde bepalingen volledig is gewijzigd;

dat tevens het begrippenkader is vernieuwd;

dat de aanpassing van inhoud, nummering en begrippenkader van de beleidsregels, richtlijnen en (nadere) bindende regelingen van de NPO aan de Mediawet 2008 en het Mediabesluit 2008 niet is afgerond op 1 januari 2009;

dat het om die reden noodzakelijk is een tijdelijke maatregel te treffen om de huidige beleidsregels, richtlijnen en (nadere) bindende regelingen van de NPO in overeenstemming te brengen met de Mediawet 2008 en het Mediabesluit 2008;

Besluit vast te stellen:

Artikel 1

Deze regeling strekt ertoe alle bestaande (nadere) bindende regelingen en overige toepasselijke brieven en schriftelijk vastgelegd beleid van de Raad van Bestuur NPO, voor zover relevant, toepasselijk te verklaren onder het regime van de Mediawet 2008 en het Mediabesluit 2008.

Artikel 2

In deze regeling wordt verstaan onder:

Artikel 3

  • 1 Na inwerkingtreding van de wet en het besluit berusten alle in de bijlage opgenomen (nadere) bindende regelingen en overige toepasselijke brieven en schriftelijk vastgelegd beleid van de NPO op de wet, respectievelijk het besluit, onverminderd het bepaalde in titel 9.1 van de wet.

  • 2 Na inwerkingtreding van de wet en het besluit berust het overige beleid van de NPO, waaronder beleidsbrieven, voor zover relevant op de wet, respectievelijk het besluit, onverminderd het bepaalde in titel 9.1 van de wet.

  • 3 Na inwerkingtreding van de wet en het besluit berust het overige beleid bij of krachtens de wet met betrekking tot de taken en bevoegdheden van de NPO en dat (nog) niet nader is uitgewerkt in (nadere) bindende regelingen, beleidsbrieven of anderszins, voor zover relevant op de wet, respectievelijk het besluit, onverminderd het bepaalde in titel 9.1 van de wet.

Artikel 4

  • 1 De bepalingen van de wet en het besluit treden in de plaats van de in de bestaande (nadere) bindende regelingen en overige toepasselijke brieven en schriftelijk vastgelegd beleid van de NPO genoemde bepalingen van de Mediawet, respectievelijk van het Mediabesluit voor zover mogelijk en relevant overeenkomstig de transponeringstabellen zoals deze zijn opgenomen in de Memorie van Toelichting (Kamerstukken II 2007/08, 31 356, nr. 3) en het Gewijzigd voorstel van wet (Kamerstukken I, 2007/08, 31 356, A), alsmede in het Mediabesluit 2008 (Staatsblad 2008, 584).

  • 2 De begrippen uit de wet treden in de plaats van de in die (nadere) bindende regelingen en overige toepasselijke brieven en schriftelijk vastgelegd beleid van de NPO genoemde begrippen uit de Mediawet.

  • 3 De (nadere) bindende regelingen en overige toepasselijke brieven en schriftelijk vastgelegd beleid van de NPO worden in overeenstemming met de wet en het besluit toegepast.

  • 4 Indien met betrekking tot een bepaling in de wet of het besluit geen beleid door de NPO is vastgesteld, wordt voor de interpretatie van die bepaling het bestaande beleid van de NPO voor zover mogelijk op overeenkomstige wijze toegepast.

  • 5 Indien bestaande (nadere) bindende regelingen en overige toepasselijke brieven en schriftelijk vastgelegd beleid van de NPO of een deel daarvan in strijd is met de wet, worden die bestaande (nadere) bindende regelingen en overige toepasselijke brieven en schriftelijk vastgelegd beleid van de NPO respectievelijk het betreffende deel in overeenstemming met de wet toegepast en blijven zij voor het overige buiten toepassing.

Artikel 5

  • 1 Deze regeling treedt met terugwerkende kracht in werking met ingang van 1 januari 2009.

  • 2 Deze regeling wordt aangehaald als Regeling toepasselijkheid beleid NPO onder de Mediawet 2008.

  • 3 Deze regeling is krachtens artikel 2.10, tweede lid sub c jo 2.60 Mediawet 2008 bindend voor de instellingen die media-aanbod verzorgen voor de landelijke publieke mediadienst en de politieke partijen en de overheid aan wie op grond van titel 6.1 uren zijn toegewezen, voor zover deze regeling hen aangaat.

  • 4 Deze regeling wordt bekendgemaakt door kennisgeving ervan in de Staatscourant en op de internetsite van de NPO (http://portal.omroep.nl/nossites/pubcom)

Raad van Bestuur NPO,

voorzitter

,

H.N. Hagoort

C.A. Vis

R. Bierman

Bijlage

Lijst van bestaande (nadere) bindende regelingen en overige toepasselijke brieven en schriftelijk vastgelegd beleid van de Raad van Bestuur NPO die berusten op de Mediawet 2008 en het Mediabesluit 2008

A. (nadere) bindende regelingen

  • Reglement bezwaarschriften Publieke Omroep, vastgesteld bij besluit van 27 oktober 1998.

  • Regeling gezamenlijke productiefunctie Radio 3 FM, vastgesteld bij besluit van 25 april 2000.

  • Coördinatiereglement Radio, vastgesteld bij besluit van 16 februari 2001.

  • Regeling gezamenlijk PR-beleid Z@ppelin vastgesteld bij besluit van 24 september 2002.

  • Nadere regeling Programmareserves, vastgesteld bij besluit van 19 juli 2005.

  • Bindende regeling inzake gegevens binnen het kader van intercultureel personeelsbeleid, vastgesteld bij besluit van 19 juli 2005.

  • Toetsingskader voor Elektronische Programma Gegevens (EPG)-activiteiten van de Publieke Omroep van 4 augustus 2005.

  • Reglement Handhaving Bindende Besluiten Raad van Bestuur, vastgesteld bij besluit van 27 september 2005.

  • Besluit Handboek nieuwe werkwijze Radio vastgesteld bij besluit van 28 februari 2006.

  • Besluit van 15 november 2006 waarmee de Richtlijnen 2 (Integriteit), 3 (Verslaglegging), 4 (Cofinanciering), 5 (Interactieve telefoondiensten, SMS, 0900-lijnen en mobiel internet) en Richtlijn 6 (E-mailmarketing) , alsmede de Regeling A (Klokkenluider) en Regeling B (Commissie ter bevordering van goed bestuur en integriteit) als nadere bindende regeling zijn vastgesteld.

  • Coördinatiereglement Televisie vastgesteld bij besluit van 25 juli 2006.

  • Besluit Handboek nieuwe werkwijze Televisie: aanvankelijk vastgesteld als bindende regeling bij besluit van 24 mei 2005. Bij besluit van 25 juli 2006 geïntegreerd in het Coördinatiereglement Televisie.

  • Nadere Regeling normen voor het contracteren van ENG-ploegen vastgesteld bij besluit van 19 juli 2006.

Overige brieven:

  • Meldingsprocedure sponsorovereenkomsten d.d. 16 oktober 2003.

  • Handleiding Intekensystematiek Internet 2008 van 6 november 2007 en de basiscondities vanaf 2003.

  • Besluit strategie TV-Themakanalen- en portals vanaf 2009, d.d. 1 juli 2008.

  • Werkafspraken Reclameruimte Internet van 30 januari 2009.

Naar boven