Besluit uitgifte kavels A7 en A8 voor landelijke commerciële radio-omroep in de FM-band

[Regeling vervallen per 10-08-2009.]
Geraadpleegd op 19-04-2024.
Geldend van 01-05-2009 t/m 09-08-2009

Besluit van de Staatssecretaris van Economische Zaken van 22 maart 2009, nr. WJZ/9055693 in het kader van de uitgifte van de kavels A7 en A8 voor landelijke commerciële radio-omroep in de FM-band

De Staatssecretaris van Economische Zaken, handelende in overeenstemming met de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap;

Gelet op artikel 3.3, vijfde lid, van de Telecommunicatiewet en artikel 2, derde lid, tweede volzin van het Frequentiebesluit;

Besluit:

Paragraaf 1. Algemeen

[Regeling vervallen per 10-08-2009]

In 2003 zijn negen landelijke commerciële FM-vergunningen verdeeld door middel van een vergelijkende toets. Met ingang van 11 maart 2009 zijn de vergunningen voor de kavels A7 en A8 ingetrokken. De kavels waarvan de vergunningen zijn ingetrokken, worden opnieuw verdeeld. Artikel 2, derde lid, tweede volzin, van het Frequentiebesluit bepaalt dat de procedure van veiling of vergelijkende toets niet wordt toepast, wanneer het redelijkerwijs te verwachten is dat er met betrekking tot de vraag naar frequentieruimte sprake zal zijn van een voldoende aanbod van frequentieruimte. Vanwege onder meer de korte looptijd van de onderhavige vergunningen moet er rekening mee worden gehouden dat de vraag naar de kavels A7 en A8 het aanbod niet zal overtreffen. In de eerste paragraaf van de toelichting op de Tijdelijke regeling uitgifte kavels A7 en A8 (hierna: Tijdelijke regeling) wordt hierop nader ingegaan. Om te bepalen of de vraag gelijk of groter is dan het beschikbare aantal kavels, kunnen commerciële radio-omroepen op grond van de Tijdelijke regeling tot 24 april 2009, 14:00 uur, een aanvraag indienen voor een vergunning voor de kavels A7 of A8. Wanneer na toepassing van artikel 3.6 van de Telecommunicatiewet en de Tijdelijke regeling blijkt dat voor eenzelfde kavel slechts één van de aanvragers overblijft, wordt dat kavel aan hem vergund. Deze procedure wordt gehouden teneinde te voorkomen dat na een langdurige procedure van een vergelijkende toets of veiling blijkt dat slechts één aanvraag voldoet aan de gestelde (entree-)eisen en de vergunningen dus onnodig lang ongebruikt blijven1. Alsdan wordt een tijdswinst van enkele maanden gerealiseerd. Het is onwenselijk dat partijen alleen aan deze procedure deelnemen om de uitgifte te vertragen. Om serieuze partijen te onderscheiden van niet-serieuze partijen zijn daartoe regels gesteld in de Tijdelijke regeling.

Mocht blijken dat meerdere aanvragers in aanmerking komen voor eenzelfde kavel, dan wordt dat kavel verdeeld volgens een nog vast te stellen bekendmakingsbesluit als bedoeld in artikel 3 van het Frequentiebesluit. Ongeacht de wijze waarop de vergunningen worden verdeeld, dient steeds een eenmalig bedrag als bedoeld in artikel 3.3a van de Telecommunicatiewet betaald te worden.

Paragraaf 2. Nadere bestemming als bedoeld in artikel 3.3, vijfde lid, Telecommunicatiewet

[Regeling vervallen per 10-08-2009]

De kavels A7 en A8 zijn op grond van artikel 3.3, vijfde lid, van de Telecommunicatiewet nader bestemd voor landelijke commerciële radio-omroep, waarbij kavel A7 nader bestemd is voor ongeclausuleerde landelijke radio-omroep en A8 nader bestemd is voor geclausuleerde landelijke radio-omroep. Deze nadere bestemming is ook van toepassing, indien een kavel wordt verdeeld op een andere wijze dan op volgorde van binnenkomst.

Net als bij de verdeling in 2003 dient kavel A8 gebruikt te worden voor klassieke muziek, moderne klassieke muziek daaronder begrepen of jazzmuziek. Dit is geregeld in artikel 4 van de Regeling aanwijzing en gebruik frequentieruimte commerciële radio-omroep 2003. Kavel A7 is een ongeclausuleerd kavel. Bij een ongeclausuleerd kavel kan de vergunninghouder zelf zijn programmaformule kiezen.

Paragraaf 3. Beschrijving van de kavels A7 en A8

[Regeling vervallen per 10-08-2009]

De frequentietechnische parameters van de vergunningen voor de kavels A7 en A8 komen grotendeels overeen met die van de vergunningen die voor deze kavels in 2003 zijn verleend. Wel zijn in de nu te verdelen vergunningen de wijzigingen verwerkt die aan de vorige vergunninghouder zijn toegestaan. Het gaat hierbij onder meer om de wijzigingen die hebben plaatsgevonden in het kader van verplaatsingen en het reparatie- en optimalisatiebeleid. Optimalisaties van het kavel die de vorige vergunninghouder heeft aangevraagd en waarover nog internationale coördinatiebesprekingen plaatsvinden, kunnen – indien de toekomstige vergunninghouder daarmee instemt – worden toegestaan wanneer de internationale coördinatie is afgerond. De vergunningen voor de kavels A7 en A8 hebben een looptijd tot 1 september 2011. Wanneer de vergunningen voor de kavels A7 of A8 op volgorde van binnenkomst worden verleend, zullen zij niet worden verlengd. Er wordt derhalve afgeweken van het uitgangspunt neergelegd in artikel 13 van het Frequentiebesluit dat vergunningen die op volgorde van binnenkomst worden verleend in beginsel worden verlengd. De modelvergunningen voor de kavels A7 en A8 zijn geplaatst op de website van Agentschap Telecom (www.agentschap-telecom.nl).

Paragraaf 4. De aanvraag voor de kavels A7 en A8

[Regeling vervallen per 10-08-2009]

Commerciële radio-omroepen kunnen vanaf de datum van inwerkingtreding van de Tijdelijke regeling een aanvraag indienen voor de kavels A7 of A8. Aanvragen voor de kavels A7 of A8 dienen volgens die regeling uiterlijk op 24 april 2009 om 14.00 uur per post te zijn ontvangen dan wel door middel van persoonlijke overhandiging te zijn ingediend op het volgende adres:

De Minister van Economische Zaken

p/a werkgroep uitgifte kavels A7 en A8

Agentschap Telecom

Emmasingel 1

9726 AH Groningen

Aanvragen die later dan 24 april 2009, 14:00 uur, zijn ontvangen, op een andere wijze worden ontvangen (bijvoorbeeld fax of e-mail) of op een ander adres, worden geweigerd.

Paragraaf 5. Mediawettelijke beperkingen

[Regeling vervallen per 10-08-2009]

Op grond van artikel 8, eerste lid, van de Regeling aanwijzing en gebruik frequentieruimte commerciële radio-omroep 2003 gelden er beperkingen ten aanzien van de hoeveelheid frequentieruimte die een commerciële omroepinstelling ten hoogste mag verwerven. Eén commerciële omroepinstelling mag ten hoogste beschikken over twee landelijke commerciële kavels, waarbij als aanvullende voorwaarde geldt dat een omroepinstelling ten hoogste over één geclausuleerd kavel mag beschikken en ten hoogste over één ongeclausuleerd kavel. Een niet-landelijke commerciële FM-omroep mag ingevolge artikel 8, tweede lid, van genoemde regeling over ten hoogste een demografisch bereik van 30% beschikken. Dit betekent dat een niet-landelijke commerciële FM-omroep in deze procedure geen vergunning voor de kavels A7 en A8 kan verkrijgen.

Aanvragers worden in verband met de beperkingen die gelden voor het verwerven van frequentieruimte door éénzelfde instelling getoetst op onderlinge verbondenheid, teneinde na te gaan of voldaan wordt aan artikel 6.24 van de Mediawet 2008. In artikel 3.6, eerste lid, onderdeel f, van de Telecommunicatiewet is geregeld dat een vergunning wordt geweigerd wanneer in strijd wordt gehandeld met artikel 6.24 van de Mediawet 2008.

Paragraaf 6. Eenmalig bedrag

[Regeling vervallen per 10-08-2009]

Op grond van de artikelen 9 en 10 van de Tijdelijke regeling dient de verkrijger of houder van een vergunning voor kavel A7 of A8 een eenmalig bedrag te voldoen. In artikel 3 van de Tijdelijke regeling is de eis gesteld dat aanvrager bij zijn aanvraag een bankgarantie dient te overleggen ter grootte van het eenmalig bedrag. In de plaats van een bankgarantie kan de aanvrager het bedrag ook overmaken.

Paragraaf 7. Artikel 3.6, tweede lid, onderdelen a en b, van de Telecommunicatiewet

[Regeling vervallen per 10-08-2009]

De aanvrager dient geen betalingsachterstand te hebben inzake een eerdere opgelegde financiële verplichting die is opgelegd bij of krachtens de artikelen 3.3a, 3.5 of 16.1 van de Telecommunicatiewet in verband met het gebruik van frequentieruimte, tenzij dat bedrag kleiner is dan 10.000 euro. Bij een betalingsachterstand vanaf 10.000 euro wordt de aanvraag geweigerd krachtens artikel 3.6, tweede lid, onderdeel b, van de Telecommunicatiewet. Ook dient van de aanvrager niet in de afgelopen vijf jaar een vergunning te zijn ingetrokken wegens het in strijd handelen met de bij of krachtens de wet gestelde voorschriften of de aan een vergunning verbonden voorschriften. Anders wordt de aanvraag krachtens artikel 3.6, tweede lid, onderdeel a, van de Telecommunicatiewet geweigerd. Uiteraard kan ook een van de andere in artikel 3.6 van de Telecommunicatiewet genoemde weigeringsgronden van toepassing zijn.

Den Haag, 22 maart 2009

De

Staatssecretaris

van Economische zaken,

F. Heemskerk

  1. Uit artikel 3.3, zevende lid, volgt dat zolang er nog in de FM-band bestaande vergunninghouders zijn, nieuwe vergunningen in beginsel volgens een vergelijkbare procedure wordt verleend. De bestaande vergunningen zijn verdeeld door middel van een vergelijkende toets. ^ [1]
Naar boven