Bijlage 1
[Regeling vervallen per 30-09-2009]
1. Wat is er anders in 2009?
[Regeling vervallen per 30-09-2009]
Voor het vmbo is ten opzichte van 2008 bij de hulpmiddelen het volgende gewijzigd:
bij voertuigentechniek BB, KB en GL is het symbolenboekje vervallen.
Toelichting bij de tabel 3
[Regeling vervallen per 30-09-2009]
3.1. woordenboek Nederlands
[Regeling vervallen per 30-09-2009]
Een eendelig verklarend woordenboek Nederlands is toegestaan bij alle schriftelijke
examens; dus
NIET: bij cspe’s BB, KB en GL, (ook niet bij de minitoetsen), en bij cpe beeldend
(GL/TL)
WEL: bij cse’s beroepsgericht in de gemengde leerweg en bij cse beeldend (GL/TL)
In plaats van het eendelig woordenboek Nederlands mag ook gebruik gemaakt worden van
een woordenboek van Nederlands naar een vreemde taal (bijvoorbeeld naar de thuistaal
van de kandidaat).
Een digitaal woordenboek is niet toegestaan.
Waar de spelling van het Nederlands worden beoordeeld, zijn alleen schrijfwijzen volgens
de huidige officiële spellingsregels toegestaan.
Het woordenboek kan een natuurlijk en vanzelfsprekend hulpmiddel zijn dat de kandidaat
zekerheid verschaft bij een enkel woord; het kan ook leiden tot bijvoorbeeld tijdnood
als een kandidaat zekerheidshalve te veel woorden opzoekt. Bij vakspecifieke termen
kan het woordenboek ook aanleiding geven tot verwarring. Een voorbeeld: eentonigheid
heeft in het vak muziek een betekenis die niet strookt met de beschrijving in een
woordenboek. In situaties zoals het voorbeeld bij het vak muziek is de vakinhoudelijke
omschrijving de geldige; voor een inhoudelijk afwijkende omschrijving worden geen
punten toegekend, ook niet als de kandidaat deze omschrijving letterlijk aan het woordenboek
heeft ontleend.
3.2. woordenboek bij Fries en de moderne vreemde talen
[Regeling vervallen per 30-09-2009]
Bij Fries en de moderne vreemde talen is een woordenboek naar én een woordenboek vanuit
Fries c.q. de moderne vreemde taal toegestaan, in één band of in twee afzonderlijke
delen. Een woordenboek naar de vreemde taal is zinvol bij centrale examens die een
onderdeel schrijfvaardigheid bevatten: GL/TL Engels, BB en KB Frans en computerexamens
Engels en Duits BB en KB. Een digitaal woordenboek is niet toegestaan
3.3. rekenmachine
[Regeling vervallen per 30-09-2009]
Bij wiskunde KB en GL/TL, NaSk1 KB en GL/TL en NaSk2 GL/TL moet de rekenmachine naast
de grondbewerkingen tevens beschikken over toetsen voor pi, x tot de ye macht, x kwadraat 1/x en sin/cos/tan in graden (en hun inversen). Bij de overige
vakken en bij alle vakken BB zijn de grondbewerkingen optellen, aftrekken, vermenigvuldigen
en delen voldoende. Meer mogelijkheden mag, maar:
De rekenmachine mag niet één of meer van de volgende eigenschappen hebben: lichtnetaansluiting
tijdens het examen, opladen tijdens het examen, schrijfrol, alarm of ander geluid,
alfanumeriek (letters op scherm), grafieken weergeven, zend- of ontvanginstallatie.
3.4. informatieboek bij NaSk1 en NaSk2
[Regeling vervallen per 30-09-2009]
Bij het centraal examen NaSk1 in alle leerwegen en NaSk2 in de gemengde en theoretische
leerweg heeft de kandidaat op het centraal examen informatiemateriaal nodig. Goedgekeurd
zijn:
Voor BB: Binas vmbo basis, informatieboek Na/Sk1, (ISBN 90.01.89.37.91)
Voor KB en GL/TL: Binas vmbo kgt, informatieboek voor NaSk 1 en NaSk 2 (ISBN 90.01.89.37.83)
In de Binas uitgaven voor het vmbo staan enkele fouten. Voor zover deze voor het centraal
examen van belang kunnen zijn, staan die hieronder vermeld. Het is toegestaan deze
fouten in Binas vmbo te verbeteren.
NB de errata wijken niet af van de in voorgaande jaren gepubliceerde.
Errata BINAS voor KB en GL/TL
tabel 30
cesium: Cs in plaats van Ce
Ga relatieve atoommassa 69,5 moet 69,7 worden
tabel 31
neon 10 in plaats van neon 20
Fe relatieve atoommassa 55,9 moet 55,8 worden
Ar relatieve atoommassa 40,0 moet 39,9 worden
tabel 32
Hg - Br: m in plaats van n
tabel 39
kachgas moet zijn lachgas
Errata BINAS voor BB
tabel 5
Inhoud, piramide
1/3 G x h = oppervlakte grondvlak x hoogte moet zijn:
1/3 G x h = 1/3 x oppervlakte grondvlak x hoogte
Inhoud, kegel
1/3G x h = oppervlakte grondvlak x hoogte moet zijn:
1/3G x h = 1/3 x oppervlakte grondvlak x hoogte
4. Aanvullende opmerkingen:
[Regeling vervallen per 30-09-2009]
4.1. Formules wiskunde
[Regeling vervallen per 30-09-2009]
Bij de exameneenheid Meetkunde van het centraal examen wiskunde in BB, KB en GL/TL
moet de kandidaat enkele oppervlakte- en inhoudsformules kunnen toepassen, de kandidaat
hoeft deze formules echter niet te kennen (zie het eindexamenprogramma). Bij de examens
BB worden de formules vermeld in het examen bij de opgave(n) waarvoor en indien zij
relevant zijn. De kandidaat moet eenvoudige meetkundige berekeningen (zoals de oppervlakte
in een rechthoekige driehoek) ook moet kunnen uitvoeren zonder de bijgeleverde formule.
Bij de examens KB en GL/TL worden alle formules opgesomd in één tabel in het examen.
4.2. computer
[Regeling vervallen per 30-09-2009]
Bij alle schriftelijke examens is de computer toegestaan als schrijfgerei. De school
kan dat toestaan voor alle kandidaten, kan het ook toestaan voor speciale groepen
kandidaten bijvoorbeeld de dyslectische kandidaten. Als de computer als schrijfgerei
wordt gebruikt, is het van belang dat kandidaten geen toegang hebben tot verboden
hulpmiddelen (zoals een digitale atlas of een digitaal woordenboek), en moet ook o.m.
de opslag (bijvoorbeeld uitprinten) worden geregeld. Op www.cevo.nl staan aanwijzingen
voor scholen die de computer als schrijfgerei willen inzetten. Bij gebruik van de
computer als schrijfgerei hoeft de spellingscontrole niet te worden uitgeschakeld.
De computer kan tenslotte worden gebruikt als hulpmiddel voor kandidaten met een beperking;
bijvoorbeeld voor audio (Daisy of spraaksynthese), of voor vergroting ’’op maat’’
van de pdf van het examen op het beeldscherm. Ook dan mag de kandidaat geen toegang
hebben tot verboden hulpmiddelen.
Bij elke inzet van de computer geldt tevens onverkort de lijst van toegestane hulpmiddelen.
Met andere woorden: ook naast een computerexamen of voor een kandidaat die schrijft
op de computer, is o.m. een (papieren) woordenboek toegestaan. Uit een kleine praktijkproef
is gebleken dat deze op het eerste gezicht wellicht anachronistische oplossing goed
uitvoerbaar is.
4.3. aanpassingen voor kandidaten met een beperking
[Regeling vervallen per 30-09-2009]
Dit overzicht regelt niet de toegestane hulpmiddelen voor kandidaten met een beperking.
Daarover beslist de directeur aan de hand van het deskundigenrapport omtrent de beperking
van de kandidaat. Als bijvoorbeeld de kandidaat recht heeft op audio, dan is een hulpmiddel
dat voor de audio zorgt (daisyspeler, computer of leespen) een toegestaan hulpmiddel;
waarbij niet-toegestane hulpmiddelen zoals een digitaal woordenboek ontoegankelijk
moeten zijn gemaakt. Het is mogelijk dat er spanning is tussen de toegestane hulpmiddelen
en wat voor de kandidaat op grond van zijn beperking gewenst is. In dat geval verstaat
de directeur zich met de inspectie.
4.4. noodzakelijk of toegestaan?
[Regeling vervallen per 30-09-2009]
De lijst geeft een opsomming van de toegestane hulpmiddelen. Een kandidaat die bij
een vak een voor dat vak toegestaan hulpmiddel gebruikt, is niet in overtreding. Een
kandidaat die zonder het hulpmiddel aan het examen wenst deel te nemen, mag echter
niet op grond van het ontbreken van het hulpmiddel de toegang worden ontzegd.
De mate waarin een toegestaan hulpmiddel ook noodzakelijk is, varieert tussen vakken,
hulpmiddelen en kandidaten. Een feitelijk noodzakelijk hulpmiddel is de binas bij
nask1 en nask2: het lijkt niet aannemelijk dat een kandidaat alle informatie heeft
gememoriseerd. Bij het verklarend woordenboek Nederlands is de behoefte en noodzaak
kandidaatafhankelijk: de een kent meer woorden dan de ander, de een heeft ook meer
behoefte aan de zekerheid van het woordenboek dan de ander. Bij examens moderne vreemde
talen zonder schrijfvaardigheid is een woordenboek naar de vreemde taal eigenlijk
overbodig – het is slechts toegestaan om de regelgeving eenvoudig te houden (bij examens
met schrijfvaardigheid is het immers weer wel zinvol), en ter voorkoming van veronderstelde
rechtsongelijkheid ten opzichte van kandidaten die beschikken over beide delen in
één band.
Door scholen wordt soms gevraagd of de school de hulpmiddelen ter beschikking moet
stellen, of dat aan de kandidaat kan worden gevraagd ze mee te nemen. Dat is ter keuze
aan de school.