Paragraaf 3.1.1. Periode terugkijktermijn
[Regeling vervallen per 01-10-2010]
In beginsel vindt beoordeling plaats op grond van de justitiële gegevens die voorkomen
in de justitiële documentatie in de vier jaren voorafgaand aan de aanvraag.
Indien in de voor de aanvraag relevante terugkijktermijn justitiële gegevens zijn
aangetroffen, beoordeelt het COVOG alle voor de aanvraag relevante gegevens uit de
justitiële documentatie in de twintig jaren voorafgaand aan de aanvraag.
Van de terugkijktermijn van vier jaren wordt afgeweken wanneer:
-
– het justitiële gegevens over zeden betreft zoals opgenomen in de artikelen 240b tot en met 250 van het Wetboek van Strafrecht;
-
– de aanvraag voor de VOG samenhangt met een bijzondere wet of regeling waarin een andere
termijn is opgenomen;
-
– de aanvraag voor een VOG ziet op een functie met hoge integriteiteisen;
-
– de aanvrager gedurende de voor zijn aanvraag relevante termijn enige tijd in de detentie
heeft doorgebracht dan wel een vrijheidsbeperkende maatregel heeft ondergaan.
Artikelen 240b tot en met 250 Wetboek van Strafrecht
Er geldt een afwijkende terugkijktermijn voor justitiële gegevens betreffende de artikelen 240b tot en met 250 van het Wetboek van Strafrecht. Ten aanzien van deze zedendelicten wordt de gehele justitiële documentatie van de
aanvrager zonder enige tijdsbeperking bekeken.
Afwijkende termijn in bijzondere wet of regeling
Indien de aanvraag voor de VOG samenhangt met een bijzondere wet- of regeling waarin
een andere termijn is opgenomen wordt aangesloten bij de in de desbetreffende wet-
of regeling opgenomen termijn.
Functie met hoge integriteitseisen
Ook geldt een afwijkende terugkijktermijn voor functies met bijzondere integriteitseisen,
zoals voor tolken en vertalers.
Tijd in gevangenschap doorgebracht
Wanneer de aanvrager gedurende de voor zijn aanvraag relevante termijn enige tijd
in de detentie heeft doorgebracht dan wel een vrijheidsbeperkende maatregel heeft
ondergaan wordt de terug te kijken termijn vermeerderd met de periode die de aanvrager
feitelijk in detentie heeft doorgebracht of een maatregel heeft ondergaan.