Verordening PT vakheffing bloemkwekerijproducten 2007/2

[Regeling materieel uitgewerkt per 16-11-2008.]
Geraadpleegd op 18-04-2024.
Geldend van 10-02-2008 t/m heden

Besluit van het bestuur van het Productschap Tuinbouw van 13 november 2007, houdende de vaststelling van een vakheffing voor bloemkwekerijproducten voor het jaar 2007 (Verordening PT vakheffing bloemkwekerijproducten 2007/2)

Het Bestuur van het Productschap Tuinbouw,

gelet op de artikelen 95 en 126 van de Wet op de bedrijfsorganisatie;

gelet op de artikelen 12 tot en met 14 van het Instellingsbesluit Productschap Tuinbouw;

gehoord de Commissie voor bloemkwekerijproducten, d.d. 18 september 2007;

Besluit:

§ 1. Begripsbepalingen

Artikel 1

  • 3 In deze verordening en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:

    a.

    de bloemkwekerijproducten:

    siergewassen, bloemzaden daaronder begrepen, in blad-, bloem- of vruchtdragende toestand in hun geheel of gedeeltelijk, met uitzondering van:

       

    1.

    winterharde houtgewassen in hun geheel voorzover niet vervroegd of verlaat, alsmede kerstbomen zonder wortels en delen van winterharde houtgewassen welke voor vermeerdering zijn bestemd;

       

    2.

    voor zover in groene toestand de Japanse azalea's, alsmede variëteiten en hybriden daarvan;

       

    3.

    dahliastekken, begonia- en gloxiniaplantjes, uitsluitend bestemd voor de teelt van knollen, en

       

    4.

    aquariumplanten en niet-levende bloemkwekerijproducten;

    b.

    teeltmateriaal:

    planten en plantendelen die bestemd zijn om voor de teelt van bloemkwekerijproducten of ter vermeerdering te dienen dan wel daartoe gebruikt worden;

    c.

    het kweken van bloemkwekerijproducten of teeltmateriaal:

    1.

    het ter verkrijging van een oogst brengen, hebben of houden in een al dan niet overdekt groeimedium van bloemkwekerijproducten of teeltmateriaal;

       

    2.

    het ter bevordering van het verkrijgen van een oogst verrichten van alle wijzen van behandelen, bewerken, beschermen, bewaren en verzorgen van bloemkwekerijproducten of teeltmateriaal, of

       

    3.

    het oogsten van bloemkwekerijproducten of teeltmateriaal;

    d.

    de kweker:

    de ondernemer die bloemkwekerijproducten of teeltmateriaal kweekt;

    e.

    de importeur:

    de ondernemer die bloemkwekerijproducten of teeltmateriaal invoert;

    f.

    de omzet:

    het bruto-verkoopfactuurbedrag inclusief kosten doch exclusief BTW;

    g.

    de invoerwaarde:

    de cif-waarde van hetgeen de importeur heeft ingevoerd;

    h.

    de veiling:

    een organisatie die bemiddelt bij de aan- en verkopen van bloemkwekerijproducten of teeltmateriaal.

  • 4 Onder het kweken van bloemkwekerijproducten of teeltmateriaal wordt mede begrepen het doen kweken.

  • 5 Deze verordening is niet van toepassing op bloemkwekerijproducten of teeltmateriaal, welke afkomstig zijn uit andere Lidstaten van de EU en in Nederland worden verhandeld.

§ 2. Heffingsplicht

Artikel 2

  • 1 De kweker, onderscheidenlijk de importeur, is over de door hem verhandelde, voor zover door hem gekweekte bloemkwekerijproducten of teeltmateriaal, onderscheidenlijk door hem geïmporteerde bloemkwekerijproducten of geïmporteerd teeltmateriaal, een heffing verschuldigd.

  • 2 De heffing als bedoeld in het eerste lid, is aan het productschap verschuldigd over het jaar 2007, ten behoeve van aangelegenheden als: milieuaangelegenheden, onderzoek, kwaliteitscontrole en promotionele- en marketingactiviteiten, alsmede ten behoeve van de algemene kosten van het productschap.

  • 3 De heffing als bedoeld in het eerste en tweede lid, wordt opgelegd bij wege van een aanslag, met inachtneming van het in de volgende artikelen bepaalde.

Artikel 3

  • 1 Ter uitvoering van artikel 2 doet de kweker of importeur bij het productschap aangifte van de door hem verhandelde, voor zover door hem gekweekte, onderscheidenlijk door hem geïmporteerde bloemkwekerijproducten of geïmporteerd teeltmateriaal.

  • 2 De opgave als bedoeld in het eerste lid, wordt gedaan op een door het productschap te verstrekken aangifteformulier, met inachtneming van de daarop gestelde vragen en gegeven aanwijzingen.

§ 3. Grondslag en hoogte

Artikel 4

  • 1 De heffing die de kweker of importeur is verschuldigd, wordt opgelegd naar de omzet onderscheidenlijk het totaalbedrag van de invoerwaarde, gerealiseerd in het jaar waarover de heffing verschuldigd is.

  • 2 De heffing als bedoeld in het eerste lid, wordt uitgedrukt in een percentage van de omzet en bedraagt voor:

    a.

    bloemkwekerijproducten (met uitzondering van bloemzaden):

    0,91%;

     

    b.

    teeltmateriaal:

    0,60%,

    en

    c.

    bloemzaden:

    1,000%.

     

    Voor kwekers van bloemzaden wordt bij de heffing, bij de berekening en oplegging van de heffing uitgegaan van een veronderstelde omzet van € 3.400 per hectare, welke omzet wordt toegepast naar rato van het areaal van de kweker van bloemzaden.

  • 3 Bij rechtstreekse verhandeling van geïmporteerde bloemkwekerijproducten of geïmporteerd teeltmateriaal door tussenkomst van een veiling wordt als invoerwaarde als bedoeld in het eerste lid aangemerkt de veilingwaarde.

  • 4 De importeur die aantoont dat:

    • a. hij de kweek van door hem geïmporteerde bloemkwekerijproducten of teeltmateriaal binnen het eigen bedrijf heeft voortgezet,

    • b. die bloemkwekerijproducten of teeltmateriaal vervolgens zijn verhandeld en dat door hem over die transacties de verschuldigde heffing is betaald,

    ontvangt van het productschap een restitutie ter grootte van de over de oorspronkelijke invoerwaarde van die bloemkwekerijproducten of teeltmateriaal betaalde heffing.

  • 5 De ondernemer die over door hem verhandelde bloemkwekerijproducten de heffing ter zake van de ‘Blumenwerbung’ is verschuldigd ontvangt van het productschap een restitutie ter grootte van die heffing met een maximum van: 0,1% van de waarde van vorenbedoelde bloemkwekerijproducten, mits hij aantoont dat:

    • a. hij die heffing heeft betaald, en

    • b. hij over vorenbedoelde door hem verhandelde bloemkwekerijproducten de vakheffing was verschuldigd.

  • 6 De handelaar die aantoont dat hij via de veiling ingekochte bloemkwekerijproducten via de veiling heeft doorverkocht en dat over die inkoop- en verkoopwaarde vakheffing is betaald, ontvangt van het productschap een restitutie over de verkoopwaarde ten hoogste van: 0,91%.

  • 7 Voor de kweker, die aantoont dat hij bij een gecertificeerde instelling is geregistreerd en teeltmateriaal onder toezicht van die gecertificeerde instelling heeft verhandeld, geldt dat de heffing voor teeltmateriaal, over de omzet waarover de vakheffing wordt berekend, verminderd met 60%.

  • 8

    • a. Bedrijven die in aanmerking willen komen voor een gedeeltelijke verlaging van het heffingstarief, dienen over het betrokken kalenderjaar de gecertificeerde jaarrekening aan het productschap te overleggen.

    • b. Wanneer het productschap vaststelt dat op jaarbasis de heffingsgrondslag van aangekochte bloemkwekerijproducten hoger is dan € 11.344.505,–, wordt over:

      • het bedrag tussen € 0,0 – € 11.344.505,– het heffingstarief van 0,31% toegepast,

      • het bedrag tussen € 11.344.505,– en € 50.000.000,– het verlaagde heffingstarief van 0,21% toegepast, en

      • het bedrag groter dan € 50.000.000,–, het verlaagde heffingstarief van 0,11% toegepast.

    • c. Wanneer het productschap vaststelt dat op jaarbasis de heffingsgrondslag van zelfgekweekte bloemkwekerijproducten (niet zijnde teeltmateriaal) hoger is dan € 6.000.000,–, wordt over:

      • 1. de eerste € 6.000.000,– het heffingstarief van 0,91% toegepast, en

      • 2. het bedrag hoger dan € 6.000.000,– het verlaagde heffingstarief van 0,66% toegepast.

    • d. Aanvragen voor restitutie moeten worden ingediend binnen één jaar na afloop van het jaar waarover de restitutie wordt gevraagd en vergezeld gaan van een accountantsverklaring.

  • 9 Voor 2007 geldt dat het aan het Hoofdbedrijfschap Agrarische Groothandel Bloemen en Planten (HBAGBP) af te dragen bedrag wordt vastgesteld op de som van:

    • a. 90% van 9/91 deel van de jaarlijkse opbrengst van de in eerder genoemde verordening bedoelde heffing op het eindproduct;

    • b. 100% van 9/60 deel van de jaarlijkse opbrengst van de in eerder bedoelde heffing op het teeltmateriaal.

§ 4. Oplegging en inning

Artikel 5

  • 1 De oplegging van de krachtens deze verordening verschuldigde heffing vindt plaats na afloop van het jaar waarover de heffing verschuldigd is en geschiedt door toezending of uitreiking aan de heffingsplichtige van een heffingsnota.

  • 2 In afwijking van het eerste lid kan de heffingsplichtige een voorlopige heffing worden opgelegd tot het bedrag waarop de heffing vermoedelijk zal worden vastgesteld. De voorlopige heffing wordt verrekend met de krachtens deze verordening verschuldigde heffing.

Artikel 6

Indien uit de ter beschikking gekomen gegevens blijkt dat de verstrekking van de gegevens of een ambtshalve schatting , niet in overeenstemming is met de werkelijkheid, kan een opgelegde heffing aan de hand van deze gegevens worden herzien en opnieuw worden opgelegd.

Artikel 7

Een kweker, onderscheidenlijk een importeur van bloemkwekerijproducten wordt geacht, indien hij door hem gekweekte, onderscheidenlijk geïmporteerde bloemkwekerijproducten of teeltmateriaal door tussenkomst van een veiling verhandelt, aan zijn verplichtingen als bedoeld in artikel 2 ten aanzien van de op vorenbedoelde wijze verhandelde producten te hebben voldaan, indien hij de desbetreffende veiling heeft gemachtigd namens hem aan het productschap de door hem verschuldigde heffing te voldoen en deze heffing door het productschap is ontvangen.

Artikel 8

  • 1 De verkoper van bloemkwekerijproducten heeft het recht aan de afnemers van door hem gekweekte bloemkwekerijproducten onderscheidenlijk van door hem rechtstreeks doorverhandelde bloemkwekerijproducten, het hieronder genoemde heffingspercentage van het verkoopbedrag der door hem aan die afnemers verhandelde bloemkwekerijproducten in rekening te brengen van: 0,40%.

  • 2 Indien een verkoper van bloemkwekerijproducten, van het hem in het vorige lid toegekende recht gebruik maakt, zijn de desbetreffende afnemers verplicht het aan hen krachtens het bepaalde in het vorige lid in rekening gebrachte, aan die verkoper te voldoen.

  • 3 Deze bepaling is niet van toepassing op de verkoop van bloemzaden en teeltmateriaal.

Artikel 9

  • 1 De gegevens verkregen uit hoofde van het bepaalde in deze verordening dienen in handen van de voorzitter of door deze aan te wijzen personen van het secretariaat van het productschap te worden gesteld.

  • 2 Deze gegevens mogen slechts worden gebezigd voor de vervulling van de taak van het productschap.

Deze verordening en de bijbehorende toelichting zal worden gepubliceerd in het Verordeningenblad Bedrijfsorganisatie.

Zoetermeer, 13 november 2007

D. Duijzer

voorzitter

C. Kuijvenhoven

secretaris

Naar boven