Subsidieregeling riolering woonboten

[Regeling vervallen per 01-01-2011.]
Geraadpleegd op 28-03-2024.
Geldend van 12-05-2010 t/m 31-12-2010

Regeling van de Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat houdende regels voor het subsidiëren van het aansluiten van woonboten op het openbaar riool (Subsidieregeling riolering woonboten)

De Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat,

Gelet op de artikelen 2, aanhef, en onder e, en 3, van de Kaderwet subsidies Verkeer en Waterstaat;

Besluit:

Artikel 1. Begripsomschrijvingen

[Regeling vervallen per 01-01-2011]

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a. woonboot: vaartuig, waaronder mede wordt verstaan een object te water, dat hoofdzakelijk wordt gebruikt als of is bestemd voor woonverblijf en dat uit hoofde van zijn feitelijke bestemming plaatsgebonden is;

  • b. IBA: individuele behandeleenheid voor afvalwater waarop het huishoudelijk afvalwater wordt geloosd;

  • c. pompvoorziening: pompunit met toebehoren bestemd voor het verpompen van huishoudelijk afvalwater;

  • d. walslang: koppelbare flexibele slang bestaande uit een binnenslang, een isolatielaag met thermolint en een buitenslang of een slang, waarin het thermolint is verwerkt, welke bestemd is voor het transport van huishoudelijk afvalwater en de verbinding vormt tussen de boordvoorziening en de walaansluiting;

  • e. walaansluiting: aansluitpunt op de wal dat woonboten door middel van het aankoppelen van de walslang aansluiting geeft op het openbaar riool of een IBA;

  • f. boordvoorziening: voorziening aan boord van woonboten, die in combinatie met een walslang en een walaansluiting is bestemd voor het opvangen, verzamelen, afvoeren en lozen van huishoudelijk afvalwater op het openbaar riool ofwel een IBA en bestaat of kan bestaan uit een of meer pompvoorzieningen met toebehoren, opvangtank(s), een besturingssysteem, doorvoeren, leidingwerk, elektra, bekabeling en overige tot die voorziening te rekenen onderdelen;

  • g. deugdelijke boordvoorziening: boordvoorziening die voldoet aan de technische installatie-eisen zoals aangegeven in of bij het schouwrapport;

  • h. installateur: installateur die de montage van systemen voor de afvoer van huishoudelijk afvalwater ten minste tot één van zijn kernactiviteiten heeft en die is ingeschreven bij de Kamer van Koophandel, dan wel een fabrikant of leverancier van systemen voor de afvoer van huishoudelijk afvalwater, die is ingeschreven bij de Kamer van Koophandel;

  • i. Minister: Minister van Verkeer en Waterstaat;

  • j. openbaar riool: voorziening voor de inzameling en het transport van stedelijk afvalwater, in beheer bij een gemeente of een rechtspersoon die door een gemeente met het beheer is belast;

  • k. schouwrapport: rapport dat op basis van een door Rijkswaterstaat vastgesteld formulier wordt opgesteld door een installateur, dan wel door of namens Rijkswaterstaat zelf, en een opstelling bevat van de voorzieningen die (aan boord) moeten worden getroffen voor het realiseren en installeren van een deugdelijke boordvoorziening met walslang.

  • l. verklaring van een installateur: verklaring dat de in het schouwrapport aangegeven voorzieningen zijn aangebracht en dat deze voorzieningen voldoen aan de technische installatieeisen.

Artikel 2. Subsidie voor aansluiting op riolering of IBA

[Regeling vervallen per 01-01-2011]

  • 1 De Minister kan, met het oog op het verminderen en tegengaan van ongezuiverde lozingen van huishoudelijk afvalwater van woonboten in rijkswateren, aan eigenaren van woonboten een subsidie verstrekken als tegemoetkoming in de kosten van de aanschaf van een deugdelijke boordvoorziening met walslang.

  • 2 Indien aansluiting van de boordvoorziening op de riolering niet mogelijk is wegens het ontbreken van een riolering of van een riolering die op grotere afstand is gelegen dan 40 meter vanaf de woonboot en waarvan de lozing plaatsvindt op een door de waterkwaliteitsbeheerder toegelaten IBA kan in afwijking van het eerste lid ook subsidie worden verstrekt aan de eigenaar van een woonboot als tegemoetkoming in de kosten van de aansluiting op een IBA.

Artikel 3. Criteria voor het verkrijgen van subsidie

[Regeling vervallen per 01-01-2011]

Voor een subsidie als bedoeld in artikel 2, eerste en tweede lid, komen alleen in aanmerking eigenaren van woonboten die in het bezit zijn van een ontheffing van het verbod ligplaats te nemen in rijkswateren als bedoeld in artikel 9.03, zesde lid, van het Binnenvaartpolitiereglement, een ontheffing als bedoeld in artikel 7 van de Scheepvaartverkeerswet, of een vergunning op grond van artikel 6.12 van het Waterbesluit en, in geval dit door de gemeente is voorgeschreven, tevens een ligplaatsvergunning of een daarmee gelijk te stellen verklaring van de gemeente dat ligplaats mag worden ingenomen.

Artikel 4. Subsidieplafond

[Regeling vervallen per 01-01-2011]

  • 1 Het subsidieplafond bedraagt: € 3.600.000,–.

  • 2 Op de aanvragen wordt in volgorde van ontvangst beslist, met dien verstande dat, wanneer de subsidieaanvrager krachtens artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht de gelegenheid heeft gehad de aanvraag aan te vullen, de dag waarop de aanvraag is aangevuld, als datum van ontvangst van de aanvraag geldt.

Artikel 5. Subsidiebedrag

[Regeling vervallen per 01-01-2011]

  • 1 Voor subsidie komen uitsluitend in aanmerking de kosten zoals opgenomen in de bijlage.

    De bijlage vermeldt tevens de hoogte van de afzonderlijke subsidiebedragen per kostenpost.

  • 2 De subsidiebedragen per subsidiabele kostenpost zijn forfaitair, behoudens de kosten van het opmaken van een schouwrapport van een installateur welke worden vergoed op basis van de werkelijke kosten met een maximum van € 450,–.

  • 3 De subsidie per woonboot bedraagt in totaliteit maximaal € 2000,–.

Artikel 6. De aanvraag

[Regeling vervallen per 01-01-2011]

  • 1 De aanvraag tot subsidieverstrekking wordt door of namens de eigenaar van de woonboot ingediend bij SenterNovem met gebruikmaking van een aldaar verkrijgbaar, door de Minister vastgesteld modelformulier.

  • 2 Bij de aanvraag tot subsidieverstrekking wordt overgelegd:

    • a. een schriftelijke machtiging van de eigenaar van de woonboot, indien deze niet zelf de aanvraag indient;

    • b. de factuur of facturen die betrekking hebben op de subsidiabele kosten, bedoeld in artikel 5, eerste lid, gespecificeerd per kostenpost;

    • c. een afschrift van het schouwrapport;

    • d. een verklaring van een installateur, indien de installatie van de boordvoorziening niet door een erkend installateur is verricht, en

    • e. een afschrift van de ontheffing, de vergunning of de verklaring(en), bedoeld in artikel 3, eerste lid.

Artikel 7. Verplichting

[Regeling vervallen per 01-01-2011]

De aanvrager van de subsidie verleent op verzoek van de Minister alle medewerking aan inspectie van de aangebrachte boordvoorziening door of namens Rijkswaterstaat.

Artikel 8. Beslissing op de aanvraag

[Regeling vervallen per 01-01-2011]

  • 1 De beslissing op een aanvraag als bedoeld in artikel 6, wordt genomen binnen acht weken na

    ontvangst van de aanvraag;

  • 2 Een aanvraag tot subsidieverstrekking is tevens de aanvraag tot subsidievaststelling.

Artikel 9. Looptijd en inwerkingtreding

[Regeling vervallen per 01-01-2011]

  • 1 Deze regeling treedt in werking op 1 januari 2008.

  • 2 De regeling vervalt met ingang van 1 januari 2011, met dien verstande dat de aanvraag tot subsidieverstrekking tot 1 april 2011 ingediend kan worden en dat zij van toepassing blijft op woonboten die opgenomen zijn in het gemeentelijk rioleringsplan of het daarop gebaseerde saneringsplan en waaromtrent met de gemeente overeenstemming is bereikt over een gefaseerde uitvoering tot uiterlijk 1 juli 2017.

Artikel 10. Citeertitel

[Regeling vervallen per 01-01-2011]

Deze regeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling riolering woonboten.

Deze regeling zal met toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 10 december 2007

De

Staatssecretaris

van Verkeer en Waterstaat,

J.C. Huizinga-Heringa

Bijlage , bedoeld in artikel 5

[Regeling vervallen per 01-01-2011]

Als subsidiabele kosten worden uitsluitend die kosten aangemerkt welke hieronder zijn vermeld met het subsidiebedrag per kostenpost:

I. Bij de aanschaf van een deugdelijke boordvoorziening:

 

a. aanschaf en installatie van een pompvoorziening

inclusief opvangtank

€ 500,–

b. aanschaf hulppomp

€ 187,50

c. doorvoer vanaf afvoerzijde pomp tot en met doorvoer scheepswand

€ 181,25

II. Aanschaf walslang inclusief koppelingen en verwarmingslint met

inbegrip van de kosten van aanbrengen en koppelen per m’

€ 31,25

III. Aanschaf en plaatsen walaansluiting/walput

€ 150, –

IV. Installatiekosten pomp, leidingwerk, bekabeling, electra

€ 250, –

V. Opmaken schouwrapport (Indien dit niet plaatsvindt door

of in opdracht van Rijkswaterstaat) maximaal

€ 450, –

De bedragen in de onderdelen I, II, III, en IV zijn forfaitair, het gemaximeerde bedrag in onderdeel V wordt vergoed op basis van de werkelijk gemaakte kosten.

Naar boven