-
a. hernieuwbare energiebronnen: wind, zonne-energie, aardwarmte, omgevingswarmte, osmose,
golfenergie, getijdenenergie, waterkracht, biomassa, stortgas, rioolwaterzuiveringsgas
en biogas;
-
b. biomassa: de biologisch afbreekbare fractie van producten, afvalstoffen en residuen
van de landbouw – met inbegrip van plantaardige en dierlijke stoffen –, de bosbouw,
de visserij- en aquacultuursector en aanverwante bedrijfstakken, alsmede de biologisch
afbreekbare fractie van industrieel en huishoudelijk afval;
-
c. hernieuwbare elektriciteit: elektriciteit, opgewekt in een productie-installatie die
uitsluitend gebruik maakt van hernieuwbare energiebronnen, alsmede elektriciteit die
is opgewekt met hernieuwbare energiebronnen in een hybride productie-installatie die
ook met conventionele energiebronnen werkt, met inbegrip van elektriciteit die is
opgewekt met hernieuwbare energiebronnen en die wordt gebruikt voor accumulatiesystemen,
en met uitzondering van elektriciteit die afkomstig is van accumulatiesystemen;
-
d. gas: gas als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel b, van de Gaswet;
-
e. hernieuwbaar gas: gas, opgewekt in een productie-installatie die uitsluitend gebruik
maakt van hernieuwbare energiebronnen, alsmede gas, opgewekt met hernieuwbare energiebronnen
in een hybride productie-installatie die ook fossiele energiebronnen gebruikt;
-
f. één Nm3 aardgasequivalent: de hoeveelheid gas met een verbrandingswaarde die overeenkomt
met één Nm3 aardgas van standaard Groningen kwaliteit onder normaalcondities;
-
g. hernieuwbare warmte: warmte, opgewekt in een productie-installatie die uitsluitend
gebruik maakt van hernieuwbare energiebronnen, alsmede warmte, opgewekt met hernieuwbare
energiebronnen in een hybride productie-installatie waarin ook andere energiebronnen
worden gebruikt, met uitzondering van warmte die afkomstig is van accumulatiesystemen;
-
h. productie-installatie: een samenstel van voorzieningen waarmee hernieuwbare elektriciteit,
hernieuwbaar gas of hernieuwbare warmte wordt geproduceerd, dan wel broeikasgas wordt
verminderd, waarbij onder een samenstel van voorzieningen wordt verstaan alle aanwezige
middelen die onderling met elkaar zijn verbonden voor de productie van hernieuwbare
elektriciteit, hernieuwbaar gas of hernieuwbare warmte dan wel vermindering van broeikasgas;
-
i. producent: een ieder die een productie-installatie in stand houdt;
-
j. elektriciteitsnet: een net als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel i, van de Elektriciteitswet 1998 en een elektriciteitsnet dat is gelegen binnen de Nederlandse exclusieve economische
zone dat is verbonden met een net als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel i, van de Elektriciteitswet 1998;
-
k. gasnet: een net als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel d, van de Gaswet;
-
l. garantie van oorsprong: een garantie van oorsprong voor duurzame elektriciteit als
bedoeld in artikel 1, onderdeel x, van de Elektriciteitswet 1998, een garantie van oorsprong voor gas uit hernieuwbare energiebronnen als bedoeld
in artikel 1, eerste lid, onderdeel at, van de Gaswet, een garantie van oorsprong voor ander gas uit hernieuwbare bronnen als bedoeld in
artikel 1 van de Wet implementatie EU-richtlijn hernieuwbare energie voor garanties
van oorsprong of een garantie van oorsprong voor thermische energie uit hernieuwbare
bronnen als bedoeld in artikel 1, eerste lid, van de Warmtewet;
-
m. gebundelde aanvraag: de bundeling van maximaal 250 aanvragen om subsidieverlening
vallend binnen één subsidieplafond in één aanvraag om subsidieverlening;
-
n. productie-installatie voor de productie van hernieuwbare elektriciteit met behulp
van windenergie op zee: een productie-installatie die is opgericht op een afstand
van meer dan één kilometer zeewaarts van de laagwaterlijn, bedoeld in de artikelen 1, tweede lid, en 2, eerste lid, van de Wet grenzen Nederlandse territoriale zee en die niet is gelegen binnen een gemeentelijke grens, waarmee hernieuwbare elektriciteit
wordt geproduceerd met behulp van windenergie;
-
o. fase: de bij ministeriële regeling vastgestelde periode waarbinnen de aanvragen ontvangen
moeten zijn. Voor iedere fase geldt een andere openstellingsdatum;
-
p. MEP: de subsidie verstrekt ten behoeve van de productie van duurzame elektriciteit,
klimaatneutrale elektriciteit of elektriciteit die is opgewekt door middel van warmtekrachtkoppeling
op grond van artikel 72m van de Elektriciteitswet 1998;
-
q. OV-MEP: de Subsidieregeling opwekken duurzame elektriciteit in vergistingsinstallaties;
-
r. richtlijn (EU) 2018/2001: richtlijn (EU) 2018/2001 van het Europees Parlement en de Raad van 11 december 2018 ter bevordering van het
gebruik van energie uit hernieuwbare bronnen (PbEU 2018, L 328);
-
s. samenwerkingsverband: een geen rechtspersoonlijkheid bezittend verband, bestaande
uit ten minste twee niet in een groep verbonden deelnemers, dat is opgericht ten behoeve
van de uitvoering van activiteiten, niet zijnde een vennootschap;
-
t. innovatiekavel: kavel als bedoeld in artikel 1 van de Wet windenergie op zee, dat bestemd is voor de productie van hernieuwbare elektriciteit door middel van
windenergie op zee met de bijzondere en risicovolle inzet van een innovatieve productie-installatie;
-
u. broeikasgas: koolstofdioxide en andere gascomponenten van zowel menselijke als natuurlijke
oorsprong die warmtestraling van de aarde en de wolken naar de atmosfeer absorberen
of terugkaatsen en daarmee bijdragen aan opwarming van de aarde gecorrigeerd naar
koolstofdioxide-equivalenten;
-
v. primair product: meetbare eenheid die de productie-installatie ter vermindering van
broeikasgas produceert die daarbij een bron van opbrengsten is voor de producent;
-
w. rangschikkingsbedrag: bedrag bestaande uit het verschil tussen, afhankelijk van de
aanvraag, het fasebedrag of basisbedrag en, afhankelijk van de categorie productie-installaties,
de langetermijnenergieprijs of basisenergieprijs dan wel het langetermijnbroeikasgasbedrag
of basisbroeikasgasbedrag;
-
x. subsidiabele productie: de meetbare prestatie waarvoor aan de subsidie-ontvanger subsidie
wordt verstrekt;
-
y. vermindering van broeikasgas: vermindering van broeikasgas in de atmosfeer door middel
van de afvang en opslag, afvang en hergebruik dan wel vermindering of vermijding van
de uitstoot van broeikasgas;
-
z. conformiteitsbeoordelingsverklaring: verklaring dat een gerechtvaardigd vertrouwen
bestaat dat de daarin gespecificeerde biomassa is geproduceerd op een wijze die voldoet
aan de daarop van toepassing zijnde eisen die in de verklaring zijn gespecificeerd;
-
aa. erkende conformiteitsbeoordelingsinstantie: rechtspersoon die door Onze Minister is
erkend voor het uitvoeren van een werkzaamheid en op basis daarvan is gerechtigd tot
het afgeven van een conformiteitsbeoordelingsverklaring;
-
bb. verificatieprotocol: normdocument met eisen voor de wijze waarop en op grond waarvan
een erkende conformiteitsbeoordelingsinstantie de conformiteitsbeoordeling verricht;
-
cc. garantie van oorsprong voor niet-netlevering: garantie van oorsprong voor duurzame
elektriciteit die op een productie-installatie of op een directe lijn, als bedoeld
in artikel 1, onderdeel ar, van de Elektriciteitswet 1998, wordt ingevoed.