Vrijstellingsregeling visserij

[Regeling vervallen per 01-01-2009.]
Geraadpleegd op 18-04-2024.
Geldend van 14-12-2007 t/m 31-12-2008

Regeling van de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit van 12 december 2006, nr. TRCJZ/2006/3714, tot samenvoeging van Vrijstellingsregelingen op het gebied van de visserij (Vrijstellingsregeling visserij)

Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen

[Regeling vervallen per 01-01-2009]

Artikel 1.1

[Regeling vervallen per 01-01-2009]

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a. zeegebied: de als zodanig bij het Besluit aanwijzing zeegebied en kustwateren 1970 aangewezen wateren;

  • b. kustwateren: de als zodanig bij het Besluit aanwijzing zeegebied en kustwateren 1970 aangewezen wateren;

  • c. riviervisserij: visserij die op de Westerschelde ten oosten van de lijn van de lichtopstand de Nolle nabij Vlissingen naar de lichtopstand Nieuwe Sluis in Zeeuws Vlaanderen wordt uitgeoefend;

  • d. bordennet: vistuig dat bestaat uit één net dat bij het vissen wordt opengehouden door twee aan het net verbonden visborden;

  • e. handzeef: zeef met een lengte en breedte van ten minste 80 centimeter respectievelijk 60 centimeter, in de lengterichting voorzien van gladde draadvormige spijlen, die op gelijke hoogte en met een onderlinge afstand van ten minste 7 millimeter zijn aangebracht;

  • f. functionaris: functionaris als bedoeld in artikel 1 van de Regeling stelselmatige controle bij aanlanding 1988.

  • g. visvak: een in een tussen het Rijk en de huurder gesloten overeenkomst tot verhuur van het visrecht nader aangeduid visgebied, waarin op grond van deze overeenkomst met vaste vistuigen als bedoeld in artikel 3 van de Beschikking visserij, visserijzone, zeegebied en kustwateren mag worden gevist.

Hoofdstuk 2. Vrijstellingen zee- en kustvisserij

[Regeling vervallen per 01-01-2009]

Paragraaf 2.1. Vrijstellingen sleepnetvisserij

[Regeling vervallen per 01-01-2009]

Artikel 2.1

[Regeling vervallen per 01-01-2009]

  • 1 Van het bepaalde in artikel 6c, eerste lid, van het Reglement zee- en kustvisserij 1977 wordt vrijstelling verleend:

    • a. voor het uitoefenen van de visserij met de boomkor met vaartuigen, andere dan vissersvaartuigen met een lengte over alles kleiner dan 8 meter, in de visserijzone, het zeegebied en de Westerschelde, alsmede voor het in deze wateren aan boord van zodanige vaartuigen aanwezig hebben van een boomkor;

    • b. voor het uitoefenen van de riviervisserij met de boomkor met vaartuigen met een lengte over alles kleiner dan 20 meter en met een motorvermogen van ten hoogste 221 kW waarmee uitsluitend de riviervisserij wordt uitgeoefend, alsmede voor het aan boord van zodanige vaartuigen aanwezig hebben van een boomkor.

  • 3 Van het bepaalde in artikel 3, eerste lid, van de Regeling vangstbeperking wordt vrijstelling verleend voor vaartuigen, andere dan vissersvaartuigen:

    • a. met een lengte over alles kleiner dan 8 meter, voor zover het betreft het verbod om een boomkor aan boord te hebben in de visserijzone, het zeegebied en de Westerschelde;

    • b. met een lengte over alles kleiner dan 10 meter, voor zover het betreft het verbod om een bordennet aan boord te hebben in de visserijzone, het zeegebied en de Westerschelde.

  • 4 De vrijstelling, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder a, wordt slechts verleend voor vaartuigen met één boomkor met een maximale breedte van 150 centimeter, gemeten tussen de uiteinden van de constructie, zonder dat er voorzieningen zijn getroffen waardoor de boomkor kan worden uitgeschoven of verlengd.

  • 5 De vrijstellingen, bedoeld in het tweede en derde lid, worden slechts verleend voor vaartuigen met één boomkor als bedoeld in het vierde lid, of met één bordennet waarvan de hoogte van de visborden niet meer bedraagt dan 70 centimeter en waarvan de lengte van de bovenpees, inclusief stroppen en kabels, niet meer bedraagt dan 225 centimeter, gemeten vanaf de achterzijde van het ene tot de achterzijde van het andere bord.

  • 6 De vrijstelling, bedoeld in artikel 2.1, onderdeel b, wordt slechts verleend

    • a. aan een ondernemer te wiens naam het vaartuig in de Officiële lijst der Belgische Vissersvaartuigen, bedoeld in het ministeriële besluit van 21 februari 1934, is geregistreerd,

    • b. voor vaartuigen:

      • met ten hoogste twee boomkorren waarvan de individuele lengte niet meer bedraagt dan 4.5 meter, gemeten tussen de uiteinden van de constructie, zonder dat er voorzieningen zijn getroffen waardoor de boomkor kan worden uitgeschoven en verlengd,

      • ten behoeve waarvan aan de ondernemer, bedoeld in onderdeel a, een akte van consent is afgegeven door het Waterschoutsambt te Antwerpen voor de visserij op de Westerschelde als bedoeld in het Reglement van 20 mei 1843 ter uitvoering van artikel 9 van het Verdrag van 19 april 1839 betreffende de uitoefening van het recht der visscherij en van den vischhandel.

  • 7 In afwijking van het zesde lid, onderdeel a, eerste streepje, wordt voor de gerichte riviervisserij op garnalen de vrijstelling, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder b, verleend voor vaartuigen met ten hoogste twee boomkorren waarvan de individuele lengte niet meer bedraagt dan 12 meter, gemeten tussen de uiteinden van de constructie, zonder dat er voorzieningen zijn getroffen waardoor de boomkor kan worden uitgeschoven of verlengd.

Artikel 2.2

[Regeling vervallen per 01-01-2009]

  • 1 Aan de vrijstellingen, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder a, en artikel 2.1, tweede en derde lid, worden de volgende voorschriften verbonden:

    • a. vissoorten als genoemd in de bijlagen 2, 3 en 4 bij de Regeling vangstbeperking, met uitzondering van schar en bot gevangen in de bij die vissoorten genoemde wateren, dienen onmiddellijk na het ophalen ervan in hetzelfde water te worden teruggezet;

    • b. indien de visserij op garnalen wordt uitgeoefend, dient de vangst direct na aan boord te zijn gehaald, te worden gesorteerd met behulp van een handzeef;

    • c. het is verplicht een handzeef aan boord te hebben van het vaartuig waarmee de garnalenvisserij wordt uitgeoefend.

  • 2 Aan de vrijstelling, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder b, worden de volgende voorschriften verbonden:

    • a. Verordening (EG) nr. 850/98 van de Raad van de Europese Unie van 30 maart 1998 voor de instandhouding van visbestanden via technische maatregelen voor de bescherming van jonge exemplaren van mariene organismen (PbEG L125) wordt met uitzondering van artikel 29 bij de uitoefening van de visserij in acht genomen;

    • b. aanlandingen in Nederlandse havens vinden slechts overeenkomstig de Regeling stelselmatige controle bij aanlanding 1988 plaats;

    • c. bij aanlanding in een Nederlandse haven is de ondernemer verplicht onverwijld maar uiterlijk binnen een half uur na aanlanding per vissoort opgave van de vangsthoeveelheden te doen.

  • 3 De opgave, bedoeld in het tweede lid, onderdeel c, vindt plaats door middel van het indienen van het logboek-, tevens vangstopgaveformulier, bedoeld in bijlage I van verordening (EEG) nr. 2807/83 van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 22 september 1983 houdende uitvoeringsbepalingen inzake de registratie van gegevens over de visvangst van de Lid-Staten (PbEG L 276), waarop per vissoort de vangsthoeveelheden in het gedeelte van het formulier dat betrekking heeft op de aangifte van aanvoer, zijn ingevuld.

  • 4 Het indienen van het logboek-, tevens vangstopgaveformulier, bedoeld in het derde lid, vindt plaats door overhandiging aan een functionaris of aan een ambtenaar van de Algemene Inspectiedienst van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit of deponering van het formulier in een opgavebus als bedoeld in de Regeling eisen, administratie en registratie inzake uitoefening visserij.

Artikel 2.3

[Regeling vervallen per 01-01-2009]

Vaartuigen ten aanzien waarvan de in artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder b, bedoelde vrijstelling is verleend, worden vermeld op bijlage 1 van deze regeling die op voordracht van de bevoegde Belgische autoriteiten wordt vastgesteld.

Paragraaf 2.2. Vrijstellingen mossel- en oestervisserij

[Regeling vervallen per 01-01-2009]

Artikel 2.4

[Regeling vervallen per 01-01-2009]

  • 1 Van het bepaalde in artikel 4 van de Beschikking visserij, visserijzone, zeegebied en kustwateren wordt vrijstelling verleend voor het vissen met enig vistuig geschikt voor het vangen van:

    • a. mosselen en zeesterren door de visrechthebbende op de mosselpercelen gelegen in de kustwateren;

    • b. mosselen en zeesterren door de visrechthebbende dan wel degene die daartoe toestemming heeft gekregen van de visrechthebbende op verwaterpercelen;

    • c. oesters door de visrechthebbende op de oesterpercelen in de Oosterschelde.

  • 2 Van het bepaalde in artikel 9 van de Beschikking visserij, visserijzone, zeegebied en kustwateren wordt vrijstelling verleend voor zover het betreft het uitzaaien van mosselen, afkomstig uit de Waddenzee, in de Oosterschelde aan:

    • a. de visrechthebbende op de mosselpercelen gelegen in de kustwateren;

    • b. de visrechthebbende dan wel degene die daartoe toestemming heeft gekregen van de visrechthebbende op verwaterpercelen gelegen in de Oosterschelde.

Artikel 2.5

[Regeling vervallen per 01-01-2009]

De vrijstellingen, bedoeld in artikel 2.4, worden slechts verleend voor zover het betreft het vissen met:

  • a. een vissersvaartuig;

  • b. korren, waarvan de opening niet breder is dan 1.90 meter; en

  • c. vistuigen waarmee geen schelpdieren kunnen worden opgezogen.

Artikel 2.6

[Regeling vervallen per 01-01-2009]

Onverminderd het bepaalde in artikel 2.5 is het vissen van mosselen, zeesterren en oesters, met uitzondering van het vissen op verwaterpercelen, verboden:

  • a. tussen zonsondergang en zonsopgang;

  • b. op zaterdagen en zondagen en algemeen erkende christelijke feestdagen;

  • c. bij een zicht van 250 meter of minder.

Paragraaf 2.3. Vrijstelling vissen met vaste vistuigen

[Regeling vervallen per 01-01-2009]

Artikel 2.7

[Regeling vervallen per 01-01-2009]

Van het bepaalde in artikel 3 van de Beschikking visserij, visserijzone, zeegebied en kustwateren wordt vrijstelling verleend aan de rechthebbende op het visrecht met vaste vistuigen in een visvak, voor het vissen in dit visvak met die vistuigen waarop het visrecht betrekking heeft.

Artikel 2.8

[Regeling vervallen per 01-01-2009]

  • 1 Aan de vrijstelling, bedoeld in artikel 2.7 zijn de volgende voorschriften verbonden:

    • a. De vistuigen zijn boven het waterpeil voorzien van een bordje, waarop duidelijk leesbaar het letterteken en nummer van het vissersvaartuig is vermeld dan wel, voor zover zonder vaartuig wordt gevist, de naam en adresgegevens van de visser;

    • b. Een fuik is voorzien van een deugdelijke keerwant met een maaswijdte van 14 centimeter, aangebracht in de voorste hoepel of voorste inkeling;

    • c. Elke maas van iedere rand van het keerwant is dusdanig aan het basisnet van de fuik bevestigd, dat alle organismen in de fuik door de mazen van het keerwant heen moeten kunnen komen;

    • d. Eidragende kreeften die zijn gevangen in de Oosterschelde, pas verschaalde kreeften die zijn gevangen in de Oosterschelde en kreeften die zijn gevangen in de Oosterschelde tussen 15 juli en 1 april, worden onmiddellijk na de vangst teruggezet;

    • e. De vistuigen worden in spuikommen en havens minimaal 10 meter en in de overige visvakken minimaal 25 meter vanaf de scheidingslijn van 2 visvakken geplaatst;

    • f. Indien overeenstemming is bereikt met de rechthebbende op het visrecht in het naastgelegen visvak over de afstand waarop de vistuigen vanaf de scheidingslijn tussen de visvakken worden geplaatst, worden de vistuigen, in afwijking van het bepaalde in onderdeel e, minimaal de overeengekomen afstand vanaf de scheidslijn tussen de visvakken geplaatst.

Hoofdstuk 3. Vrijstellingen binnenvisserij

[Regeling vervallen per 01-01-2009]

Paragraaf 3.1. Vrijstelling vissen met oesterkor in het Grevelingenmeer

[Regeling vervallen per 01-01-2009]

Artikel 3.1

[Regeling vervallen per 01-01-2009]

Van het bepaalde in artikel 2, eerste lid en artikel 5, eerste lid, van het Reglement voor de Binnenvisserij 1985 wordt vrijstelling verleend voor zover het betreft het vissen met de oesterkor in het Grevelingenmeer.

Paragraaf 3.2. Vrijstelling nachtvisserij

[Regeling vervallen per 01-01-2009]

Artikel 3.2

[Regeling vervallen per 01-01-2009]

Van het bepaalde in artikel 7, eerste lid, van het Reglement voor de binnenvisserij 1985 (Stb. 283) wordt vrijstelling verleend voor zover het betreft het vissen met de hengel tussen twee uur na zonsondergang en één uur voor zonsopgang in de wateren die zijn vermeld in bijlage 2 van deze regeling in de periode van 1 september tot en met 31 mei.

Paragraaf 3.3. Vrijstelling spieringvisserij

[Regeling vervallen per 01-01-2009]

Artikel 3.3

[Regeling vervallen per 01-01-2009]

  • 2 Vis van andere soorten dan spiering dient onmiddellijk nadat deze is opgehaald weer in hetzelfde water te worden teruggezet.

Paragraaf 3.4. Vrijstelling visserij-inspanning IJsselmeer

[Regeling vervallen per 01-01-2009]

Artikel 3.4

[Regeling vervallen per 01-01-2009]

Aan de aangeslotenen bij de Coöperatieve Producentenorganisatie Nederlandse Vissersbond-IJsselmeer U.A. wordt vrijstelling verleend als bedoeld in artikel 2, tweede lid, van de Regeling visserij-inspanning IJsselmeer.

Paragraaf 3.5. Vrijstelling kunstaasvisserij Oostvoornsemeer

[Regeling vervallen per 01-01-2009]

Artikel 3.5

[Regeling vervallen per 01-01-2009]

Van het bepaalde in artikel 6, eerste lid, onderdeel a, van het Reglement voor de binnenvisserij 1985 wordt vrijstelling verleend voor zover het betreft het vissen met de hengel, geaasd met enig kunstaas, in het Oostvoornsemeer.

Artikel 4.2

[Regeling vervallen per 01-01-2009]

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Artikel 4.3

[Regeling vervallen per 01-01-2009]

Deze regeling wordt aangehaald als: Vrijstellingsregeling visserij.

De regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 12 december 2006

De

Minister

van Landbouw, Visserij en Voedselkwaliteit,

C.P. Veerman

Bijlage 1. (artikel 2.3)

[Regeling vervallen per 01-01-2009]

Inschrijvingsletter en nummer vaartuig

Roepnaam vaartuig

A 17

Snip

A 32

Sofie

A 149

Jim

Bou 4

Astrid

Bou 6

Anja

Bou 7

De Enige Zoon

Bou 11

Exodus

Bou 24

Beatrix

Bou 26

Sabrina

Bou 136

Hurricane

R 21

Twee Gebroeders

Bijlage 2. (artikel 3.2)

[Regeling vervallen per 01-01-2009]

1. In de regio Amsterdam: de wateren, vermeld in het vergunningboekje van de Hengelsportvereniging ‘Amsterdam’ onder de nrs. 1 t/m 8, 10, 16 t/m 33, 35, 37 t/m 39, 41 t/m 65, 68, 71 t/m 77, 79a, 81 t/m 93, 97 t/m 99, 101 en 102.

2. In de provincie Groningen: de wateren in de provincie Groningen met uitzondering van het Zuidlaardermeer, het Drentse Diep, het Lauwersmeer en het Paterswoldermeer.

3. In Haarlem: de Leidsevaart, de Brouwersvaart, het Spaarne, de Mooie Nel, de Zomervaart, de Houtvaart, de vijver aan de Springerlaan (de Fuikvaart), de Molenplas, de stadssingels en grachten alsmede de Binnen en Buiten Liede.

4. In Haren: de plassen Sassenheim Noord en Sassenheim Zuid.

5. In Heemstede: de Zandvaart, de Wippervaart, de Van Merlenvaart, de Glippervaart, de Crayenestersingel, het Heemsteedse kanaal, de Bronsteevaart en -vijver, de Wagnerkade en de Kees van Lentsingel.

6. In Hellevoetsluis: de Hoofdgracht van Hellevoetsluis met inbegrip van Oost en Westkom, kadastraal bekend gemeente Hellevoetsluis, sectie A, Nrs. 1275, 1276, 1956 (ged.), 1757 (ged.) en 1655.

7. In de regio Reimerswaal: het nabij de kreekraksluizen gelegen waterbekken ten Westen van het Schelde-Rijnkanaal (putje van Withagen), het nabij voornoemde sluizen gelegen bufferbekken ten Oosten van het Schelde-Rijnkanaal, de spuiboezem en toevoerleiding gelegen tussen het Schelde-Rijnkanaal en de Kern Bath alsmede de watergang gelegen ten Noorden van Bath, de verbinding vormend tussen de Bathse Kreek en de spuiboezem.

8. In de regio Rosmalen: de Stenenkamerplas.

9. In de regio Rijsoord: de Waal lopende van Hendrik Ido Ambacht naar Heerjansdam.

10. In de regio Schagen: alle gemeentelijke vijvers van de gemeente Schagen, Schagen Wiel, alle verbindingssloten behorende tot de wateren van de voormalige Banne en polder Schagen in het waterschap Groot Geestmerambacht met uitzondering van de verbindingssloten in het gebied tussen de West-Friese dijk, de provinciale weg Stolpen-Kolhorn en de Waalweg.

11. Amstelveen: de Ringvaart Middelpolder onder Amstelveen, de siervijvers in de gemeente Amstelveen, de Weespertrekvaart van de Hulksbrug tot de driesprong bij Diemen, de Purmerlanderpolder, de Grote en Kleine Die, de Meersloot, de Buitenringsloot, de Buikslotermeerpolder en het Zwet, het Buikslotermeer, de Schellingwouderbeek en aangesloten wateren, de Venserpolder, de sierwateren in de Bijlmermeer, de Bijlmerringvaart en de Nieuwe Bullenwijkerpolder.

12. in Brielle: de Langevest, de Kaaivest, de Molenvest, de Tramvest, het Spui tot aan het gemaal De Klomp en de havens in de gemeente Brielle.

13. In de regio Eindhoven: het Eindhovens Kanaal vanaf km.paal 76 tot aan de aansluiting van de Zuid-Willemsvaart, het Wilhelminakanaal vanaf de grens tussen de gemeente Son en Breugel en de gemeente Nuenen tot de sluis in de gemeente Lieshout, het Wilhelminakanaal vanaf de voormalige brug onder de gemeente Best tot de grens tussen de gemeente Son en Breugel en de gemeente Nuenen, het Wilhelminakanaal vanaf sluis 4 onder de gemeente Oost-West en Middelbeers tot de Aerlese brug onder Best, het ten zuiden van het Wilhelminakanaal bij sluis 4 te Diessen gelegen zijkanaal vanaf de stuw bij de Emmerscheweg oostwaarts tot aan de uitmonding in het Wilhelminakanaal uitmakende een gedeelte van het perceel, kadastraal bekend gemeente Diessen, sectie B, nr. 1768.

14. In de regio Enschede: de Enschedese stadsvijvers, de vijvers Smulders en de Enschedese haventak en haven.

15. In de provincie Friesland: het Koningsdiep tussen Molenlaan en Heidehuizen, het Verbindingskanaal tot de uitstroming in de Drait, de Drait vanaf het Verbindingskanaal tot de Postbrug bij de Wilgen, de Mandewijk vanaf de grens tussen de gemeenten Ooststellingwerf en Opsterland tot de weg Waskermeer-Bakkeveen, de Bakkeveensevaart vanaf de Mandewijk tot de Voorwerkersbrug bij Siegerswoude, de Frieschepalenvaart vanaf de Voorwerkersbrug tot de weg Frieschepalen-Marum, de Nieuwe Ureterpervaart vanaf de Frieschepalenvaart tot de weg Drachten-Oosterwolde, de Vaart langs rijksweg 43 m vanaf de weg Drachten-Oosterwolde tot de uitstroming in de Drait.

16. In Harderwijk: de Lorentzhaven.

17. In ’s-Hertogenbosch: de Drainagevijver gelegen tussen rijksweg 265 en de spoorwegdam te Orthen, de Franse Wiel, de Grote Kerkwiel en de Wiel grenzend aan het Fort te Orthen; De Zuiderplas (sectie S, nr. 145), met uitzondering van het gedeelte vanaf de Strandbadweg tot en met de Heemtuin, de Pettelaarse Vaartgraaf (sectie N, nr. 1180), met uitzondering van het gedeelte aan de bewoonde kant vanaf het benzinestation tot en met de Grote Hekel en de IJzeren Vrouw (sectie M, nr. 999).

18. In de regio Leeuwarden: de Grote- en Kleine Wielen, de Merrie Dobbe, de parkvijvers en openbare boezemwateren van de gemeente Leeuwarden en de wateren in het parkplan Zuid te Dokkum.

19. In de regio Leiden: de Zijl tussen de Spanjaardsbrug en Huize de Eenzaamheid bij de Kagerplassen alsmede het Nieuwe Rijn- en Schiekanaal vanaf de Rijn bij de Spanjaardsbrug tot de uitmonding in de Vliet bij Cronesteyn (Lammerbrug).

20. In Neede: de Ballastput.

21. In Veenendaal: de vijvers gelegen in de wijken De Engelenburg, de Groene Velden en Dragonder Noord en Zuid.

22. In Zwolle: de Stadskolk, de Riezenboschkolk, de kolk Ruimzicht en de Wijde Aa.

23. In Maastricht: de Geusseltvijvers

24. In de regio Doesburg: de Oude IJssel vanaf de sluis te Doesburg tot de Rijksgrens bij grenspaal 723 te Gendringen (instroming Kleefse Graaf), de oude loop van de Oude IJssel te Doesburg vanaf de duikerinlaat bij de Koppelweg tot aan de afdamming bij de huidige loop van de Oude IJssel, de oude loop van de Oude IJssel te Laag-Keppel vanaf de uitmonding in de Oude IJssel tot aan de duikerbrug in de Dorpstraat te Laag Keppel, de Aastrang vanaf de uitmonding in de Oude IJssel tot grenspaal 731a de Dinxperlo (in het grensgedeelte de halve rivierbreedte), de Bielheimerbeek-Boven Slinge vanaf de uitmonding in de Oude IJssel te Gaanderen tot de brug circa 1080 meter stroomafwaarts van de Rijksgrens te Kotten in de gemeente Winterswijk, de Kleefse Graaf vanaf de uitmonding in de Oude IJssel tot aan de Anholtseweg te Gendringen (halve beekbreedte), de Keizersbeek vanaf de uitmonding in de Aastrang tot aan de Hamelandroute te Aalten en vanaf de brug in de Haartseweg te Aalten tot aan het verdeelwerk te Bredevoort, de Schaarsbeek vanaf de uitmonding in de Boven Slinge bij het verdeelwerk te Bredevoort tot aan de Corleseweg, de Zwanenbroeksgraven vanaf de uitmonding in de Keizersbeek benedenstrooms van het verdeelwerk te Bredevoort tot aan de instroming van de Wanders Waterleiding, de Pieriksbeek vanaf de uitmonding in de Schaarsbeek tot aan de brug in de Bessink Goorweg, de Lange Sloot vanaf de uitmonding in de Bielheimerbeek tot de kruising met de Boven Slinge te Varsseveld, de Bergerslagbeek vanaf de uitmonding in de Oude IJssel tot aan de Vaste overlaat nabij de Rijksweg te Silvolde, de Akkermansbeek van de uitmonding in de Beilheimerbeek tot aan de overlaat/brug in de Slakweg/IJsselweg te Gaanderen, vijver Huize Spits, vijver Molengaarde, vijver Hermaat/Zanderskamp, vijver Leigraafseweg, vijver Potsmaat en vijver Ooi.

25. In de regio Landsmeer: de wateren gelegen binnen de bebouwde kom van de gemeente Landsmeer voor zover eigendom van de gemeente.

26. In de regio Zierikzee: de Zoute Gracht, de Verse Gracht, de Brakke Gracht, de Zoete Gracht en het Kaaskenswater.

27. In Voorschoten: de vijver in het Burgemeester van der Hoevenpark en de singels rond de algemene begraafplaats Rosenburgh.

28. In de regio Axel: de Grote Kreek gelegen in de polder Beoosten en Bewesten Blij, kadastraal bekend gemeente Axel, sectie F, nummers 2209, 474, 1831, 1884, 48 en 34, de Moerspuise Watergang sectie M, nummers 261, 274, 330 en 372, sectie O, nummers 22 en 211, de hoofdwaterloop in de Varempepolder, sectie M, nummer 351, de Kleine Kreek, sectie F, nummer 1595, het Kleine Putje, sectie N, nummers 56 en 57, de IJsbaanvijver, sectie N, nummer 5, de omgelegde Rijkswaterleiding, zijnde het zijkanaal naar Hulst van piketpaal O nabij de platte brug te Hulst tot de brug in de Kinderdijk te Axel.

29. In IJsselmuiden: de Koerskolk en de Dompekolk.

30. In de regio Maastricht: de visvijvers ‘Via Ragia’ en ‘Vijfkoppen’ gelegen in de gemeente Maastricht, de Maas van kmr. 11.400 ter hoogte van de brug over de sluis te St.-Pieter tot kmr. 15.200 boven de Stuw te Borgharen, met inbegrip van het bovenstroomse toeleidingskanaal tot de sluis in St. Pieter, de Maas van kmr. 15.500 beneden de stuw te Borgharen tot kmr. 17.300 bij de Belgische grens te Smeermaes, het Afleidingskanaal in het Bosscherveld te Maastricht, van het Verbindingskanaal tot aan de uitmonding in de rivier de Maas nabij kmr. 16.600 het Verbindingskanaal in het Bosscherveld te Maastricht vanaf de Maas tot de sluis in dat kanaal, de Maas van grenspaal 49 te Lanaye tot de lijnbrug ter hoogte van de Bergweg te St. Pieter, de Zuid-Willemsvaart van de hoofdsluis binnen Maastricht tot de Belgische grens te Smeermaes, met inbegrip van de nieuwe havenkom ten westen van het kanaal buiten de voormalige Bospoort en het toegangskanaal naar genoemde havenkom.

31. In de regio Helmond: de Zuid-Willemsvaart vanaf sluis 10 tot aan sluis 6 onder de gemeenten Asten, Lierop, Helmond, Aarle-Rixtel en Beek en Donk, het Wilhelminakanaal vanaf sluis 5 tot aan de uitmonding in de Zuid-Willemsvaart.

32. In de regio Veghel: de Zuid-Willemsvaart vanaf sluis 5 nabij kmr. 98.300 te Erp tot aan de instroming in de rivier de Dieze onder de gemeente ’s-⁠Hertogenbosch.

33. In Roosendaal: de Stok, de IJsbaan, de Engebeek en het Bakkersbergkanaal.

34. In de regio Steenbergen: de Bergse Wateren, de Roosendaalse en Steenbergse Vliet en de Mark en Dintel.

35. In Almelo: de visvijver ‘Dollegoor’.

36. In Uden: de visplas ‘De Kleuter’.

37. In Haarlem: de Delft en de Jan Gijzenvaart.

38. In de regio Leiden: de Does vanaf de Oude Rijn tot de brug te Hoogmade en de Dwarswetering vanaf de Zijl tot aan de Does te Leiderdorp.

39. In de regio Doesburg: de IJssel vanaf de Zalm even beneden kmr. 897 tot aan de brug voor Doesburg, met dien verstande dat in de periode van 1 november tot 1 maart de nachtvisserij vanaf de linkeroever van de IJssel tussen kmr. 899 en kmr. 902.550 niet is toegestaan, de afgedamde IJssel nabij de Bingerdenseweg ten zuiden van Doesburg, het gedeelte van de IJssel vanaf de brug voor de stad Doesburg tot de lijn dwars over de rivier getrokken, circa 150 m beneden de boerderij ‘het Zwarte Schaar’, circa 290 m beneden kmr. 906, de rechterhelft van de gekanaliseerde IJssel van kmr. 903.200 N tot kmr. 904.700 N, de Kempermansgracht, de Molenkolk, de Looiersgracht, de Blee-⁠kersgracht, de Hessengracht, het water langs de Rijksweg (Flessen), de Koppenbergh en het Hoornwerk.

40. In Hoogeveen: alle plaatselijke vijvers, met uitzondering van de vijvers in het Burg. Tjalmapark, het park Dwingeland, bij de Westerkom en in het hertenkamp;

41. In Susteren: visvijver ‘de Bossen’;

42. In de regio Eindhoven: het Eindhovens kanaal vanaf kmr. 76 tot aan de Zuid-Willemsvaart, het Wilhelminakanaal vanaf sluis 4 (kmr. 37.200) onder de gemeente Oost West Middelbeers tot aan de grens tussen de gemeenten Son en Breugel en de gemeente Nuenen (kmr. 62.200) en het ten zuiden van het Wilhelminakanaal bij sluis 4 te Diessen gelegen zijkanaal vanaf de stuw bij de Emmerscheweg oostwaarts tot aan de uitmonding in het Wilhelminakanaal;

43. In de regio Goes: het Schelde/Rijnkanaal nabij Bath, vanaf 100 m ten noorden van de verkeersbruggen in de Kreekrakpolder in zuidwaartse richting tot de grens Nederland-België.

44. In Benschop: de vijver in het park Bosplan.

45. In de regio Culemborg: de waterput ‘de Lokkershoek’, gelegen nabij de Rietveldseweg te Culemborg, kadastraal bekend gemeente Culemborg, Sektie N nr. 141, het Indundatiekanaal, gelegen tussen de Prijssenweg en de Rietveldseweg, de watergangen van de voormalige polder Culemborg met inbegrip van de nieuwe zuidelijke hoofdleiding vanaf de Paai tot aan de Beedseweg te Culemborg en vanaf de zijleiding naar het gemaal ‘de Horn’ te Leerdam tot aan de Paai, de binnen de bebouwde kom van Culemborg gelegen wateren: de Westergracht, de Oostergracht, de Binnengracht, de Coentjesgracht, de vijvers langs de Parklaan, het water langs de Weidsteeg, de waterpartij gelegen ten westen van de Parallelweg-Oost, de Ronde haven nabij de Kleine Buitenom, de Kleine Lek nabij het voormalige steenoventerrein.

46. In de regio Nederweert: de Zuid-Willemsvaart met daarbij behorende bermsloten vanaf sluis 15 te Nederweert tot de grensscheiding tussen de provincies Limburg en Noord-Brabant met inbegrip van het beneden toeleidingskanaal, de Zuid-Willemsvaart vanaf de Belgische grens tot aan sluis 15 te Nederweert, de Noordervaart vanaf 30 meter ten noorden van de sluis te Nederweert tot aan de brug in de weg van Meyel naar Roggel, alsmede het toeleidingskanaal vanaf de duiker onder het kanaal Wessem-Nederweert, het voedingskanaal van de Noordervaart, het kanaal Wessem-Nederweert van het bovenhoofd van de sluis te Panheel tot de uitmonding in de Zuid-Willemsvaart.

47. In Veldhoven: het Philips visvijvercomplex, Dommelstraat zuid, kadaster gemeente Veldhoven sectie B nr. 02810.

48. In de regio Spijkenisse, Hellevoetsluis, Brielle: de wateren, vermeld in het vergunningenboekje van de Hengelsportvereniging ‘Ons Genoegen’ te Spijkenisse, behoudens de wateren die in dit boekje vermeld zijn onder ‘...met uitzondering van:’.

49. In de regio Maasbracht: het Julianakanaal tussen Borgharen en Maasbracht en de visvijver Maaren te Stevensweert.

50. In Hilvarenbeek: het meer Beekse Bergen.

51. In de regio Leiden: de Oude Rijn vanaf de Haagsche Schouwburg tot de Rijksweg A44 over de gehele breedte, vanaf de brug van de Rijksweg A44 tot aan het voetgangerspontje te Valkenburg voor zover het betreft de linkerhelft, vanaf het punt ter hoogte van garage Jongeneel tot de splitsing Additionele kanaal te Katwijk voorzover het betreft de rechterhelft, vanaf de splitsing Additionele kanaal tot de splitsing ter hoogte van Schutterswei.

52. In de gemeente Maassluis: de plassen gelegen binnen de Oranjepolder, met dien verstande dat de vrijstelling slechts geldt voor de periode vanaf 1 september tot en met 31 oktober en voor de periode vanaf 1 maart tot en met 31 mei.

53. In de gemeente Zutphen: de Vispoortgracht, de Slingerbosgracht, de Grote Gracht, de Hoofdgracht, de Kerkhofgracht, de Industriehaven tot aan de uitmonding in de IJssel, de vijver in het Staatsliedenkwartier, de afvoerbeek van de vijver in het Staatsliedenkwartier tot aan de Vierakkerlaak en de Hank in de Hoven, voor zover eigendom van de gemeente Zutphen.

54. In de gemeente Hattem: het water ‘De Waa’.

55. In Beilen: de Brunsteringerplas.

56. In Zuidwolde: de Veeningerplas.

57. In Emmer-Compascuum: de vis- en recreatievijver.

58. In de gemeente Velp: de Overhagense vijver, kadestraal bekend gemeente Velp, sectie B, nr. 60 en de oostelijke en westelijke circuitvijver gelegen nabij de President Kennedylaan.

59. In de gemeente Hengelo: de Markeplas, groot ca. 6.5 ha, gelegen in de driehoek Hengelo, Zelhem, Ruurlo.

60. In de gemeente Oldenzaal: de visvijver gelegen in het recreatiepark Het Hulsbeek, groot ca. 5 ha.

61. In de gemeente Oostrum-Venraij: visvijver het Wanssums Ven.

62. In de gemeente Delft: de wateren gelegen binnen het gemeentelijk recreatiegebied ‘de Delftse Hout’.

63. In de gemeente Westerhoven: de hengelvijver, gelegen nabij de Eeuwselsedijk-Ganzenbroek en de Wetering, kadastraal bekend nr. D2 317 gedeeltelijk.

64. In Huissen: de kolk Grote Bloem.

65. In de gemeente Ridderkerk: de wateren gelegen binnen het gemeentelijk recreatiegebied ‘Oosterpark’.

66. In de regio Asperen:

  • de Linge onder de gemeente Beesd en Gellicum, vanaf de Rumptse Korenmolen tot aan het gemaal ‘De Laar’, Asperens en Leerdams water: de Linge vanaf het gemaal ‘De Laar’ tot aan Berendrecht. Tevens hierbij de Veerwiel, Munnikenwiel en de Kolk bij het fort Asperen.

  • de Linge vanaf de Berendrecht tot aan de Kedichemse kerk en vandaar Lingebreedte, zuidelijk gedeelte, tot aan de ‘Broekse Uitlaat’.

67. In de gemeente Coevorden: de grachten gelegen in het Van Heutszpark, alsmede de U van Kilse.

68. In de gemeente Rheden: de vijver achter het zwembad en de voetbalvelden, alsmede de Laak en de sloot tussen de A48 en de Laakweg.

69. In de gemeente Almelo: het Overijssels Kanaal, vanaf de haven in de binnenstad tot aan de sluis te Aadorp, en de insteekhavens op het industrieterrein ‘Dollegoor’.

70. In de gemeente Horssen: de kolk gelegen aan de Goorstraat, kadastraal bekend sectie E, nrs. 191, 192, 193, 538, 539 en 807.

71. In de gemeente Meppel: het gat ‘De Bloemen’, kadastraal bekend sectie B, nummer 2065.

72. In de regio Drenthe: de door de Drentse Federatie van Hengelsportverenigingen gehuurde wateren, zoals deze staan vermeld in het boekje ‘Lijst van viswateren’ van de Nederlandse Vereniging van Sportvissersfederaties, met uitzondering van de visplas ‘Exloërkijl’.

73. In de regio Lingenwaal: de grote vijver in het recreatiegebied ‘Het Lingebos’ te Vuren, gemeente Lingenwaal.

74. In de regio Epen:

  • het gedeelte van de wateren de Geul, de Terzieterbeek en de Mässel, kadastraal bekend gemeente Wittem, sectie D, nummers 3815 tot en met 3819, en sectie C, nummer 8476;

  • het gedeelte van de wateren de Geul, de Cottesserbeek en de Bervesbergbeek, kadastraal bekend gemeente Vaals, sectie D, nummers 1045 tot en met 1047 en 1239 tot en met 1241 en

  • het gedeelte van het water de Geul, kadastraal bekend gemeente Wittem, sectie D, nummers 3596, 3597 en 3814 en gemeente Vaals, sectie D, nummers 1043 en 1044, met dien verstande dat de vrijstelling slechts geldt voor de maanden april, mei en september.

75. In de regio Stellendam: de Zuiderdiepboezem, vanaf de uitmonding van de haven van Dirksland tot, en met inbegrip van, de haven van Goedereede.

76. In de gemeente Voerendaal: de vijver ‘’t Broek’, kadastraal bekend gemeente Voerendaal, sectie F, nr. 1622.

77. In de gemeente Venray: de visvijver ‘de Ballonzuil’, kadastraal bekend gemeente Venray, sectie H.

78. In de regio Middelburg: het kanaal door Walcheren vanaf de schutsluis van Vlissingen tot de schutsluis van Veere.

79. In de gemeente Schiedam: de singels en vijvers binnen de bebouwing van de stadswijken, de havens binnen de gemeente Schiedam, inclusief de Wilhelminahaven, de Spuihaven, de Voorhaven en de Vijfsluizerhaven, de Poldervaart met aansluitende waterpercelen, voor zover die met de Poldervaart in open verbinding staan, de vijvers en singels in het Beatrixpark, inclusief de sloten in het volkstuinencomplex ‘Thurlede’, de vijvers en sloten in het Hargapark en de Polderwatering tussen de Poldervaart en de Schiedamse Schie, met dien verstande dat de vrijstelling geldt voor de periode vanaf 1 september tot en met 31 oktober.

80. In de regio Liesveld: de Zuidoostgracht van Nieuwpoort, kadastraal bekend gemeente Nieuwpoort, sectie B, nr. 1259.

81. In de regio Druten: de putten, gelegen tussen de Van Heemstraweg, de Heersweg en de Kerkstraat te Druten, kadastraal bekend sectie C, nrs. 50, 53, 494 en 1136.

82. In de gemeente Haalderen:

  • de Grote Kolk, kadastraal bekend sectie C, nummer 765;

  • de Kolk aan de Groenestraat, kadastraal bekend sectie C, nummer 765, en

  • de Kleine Kolk, kadastraal bekend sectie G, nummer 87, en sectie C, nummers 111 en 112.

83. In de gemeente Oldebroek: de vier kolken gelegen langs de rijksweg A28 ter hoogte van Wezep.

84. In de regio Balkbrug: de zandwinningsplas ‘De Belten’, kadastraal bekend gemeente Avereest, sectie I, nummer 2870.

85. In de regio Utrecht:

  • het Amsterdam-Rijnkanaal tussen kilometerpalen 29,95 en 58,8;

  • het Lekkanaal;

  • het kanaal langs het tweede veld tussen de Ravense Wetering en het Amsterdam-Rijnkanaal in Nieuwegein.

86. In de regio Alblasserdam:

  • de Oude Wetering, peilgebied Nieuw-Lekkerland, vanaf de Middelweg tot de Streefkerkse Zijdeweg;

  • het Nieuwe Waterschap van de Nederwaard, vanaf 3 meter uit de brug nabij de Blokweerse molen tot 25 meter voor het boezemgemaal te Kinderdijk;

  • de Alblas/Graafstroom, vanaf de uitmonding in de Noord te Alblasserdam tot aan de Nieuwe Zijdebrug te Oud-Alblas, met inbegrip van de ‘groep’, en

  • de Lage Boezem van de Nederwaard vanaf 3 meter uit de Kortlandse brug (gemeente Alblasserdam) tot 3 meter ten oosten van de eerste voet- en fietsbrug voorbij de Blokweerse molen, met dien verstande dat voor Lage Boezem van de Nederwaard tot aan het meest zuidoostelijk gelegen deel van de kade van de Hoge Boezem van de Overwaard, de vrijstelling slechts geldt voor de periode vanaf 1 september tot en met 14 april.

87. In de gemeente Nuenen: de visvijver Enode, gelegen aan de Helmondse Dijk, kadastraal bekend sectie C, nr. 2624.

88. In de gemeente Kersteren: de visvijver De Hel, gelegen aan de Tolsestraat, kadastraal bekend sectie G-89 tot en met G-112.

89. In de gemeente Gulpen-Wittem: de visvijver te Wijlre, kadastraal bekend sectie E nr. 2503, met dien verstande dat de vrijstelling slechts geldt voor de periode van 1 mei tot en met 31 mei en van 1 september tot en met 30 september.

90. In de gemeente Blokzijl:

  • de Haven, kadastraal bekend sectie F nrs. 335 en 336 en sectie H nr. 176,

  • de stadsgrachten, kadastraal bekend sectie F nrs. 61 en 356, sectie H nrs. 406, 469, 547, 251, 546, 288, 291 en 340 en sectie G nrs. 544 en 103,

  • de havenkolk, kadastraal bekend sectie H nrs. 175, 514, 500 en 502.

91. De volgende delen van het Twentekanaal:

  • het hoofdkanaal van de sluis te Eefde (kmr. 3.600) tot nabij de Lonnekerbrug bij Enschede (kmr. 48.290),

  • de zijtak van het hoofdkanaal tot kmr. 15.500.

92. In de gemeente Ubbergen:

  • viswater in ‘de Kasteelsehof’ te Ooij, kadastraal bekend gemeente Ooij, sectie C nr.1082;

  • viswater ‘de Koekoekskolk’, gelegen aan de Hezelstraat en Spruitenkamp, kadastraal bekend gemeenste Ooij, sectie D, nr. 818.

93. De wateren waarvan de Hengelsport Federatie ‘Oost-Nederland’ visrechthebbende is zoals vermeld in de ‘lijst van Viswateren’ van de Nederlandse Vereniging van Sportvissersfederaties, met uitzondering van:

  • Rayon 1: Het recreatiepark Het Rutbeek te Usselo;

  • Rayon 2: De oostelijke plas in het recreatiegebied Kievietsveld in Emst, gemeente Epe;

  • Rayon 3: De wateren in de Noordoostpolder, zijnde de Lemstervaart, Urkervaart, Zwolsevaart, Creilervaart, Espelervaart, Nagelervaart, Enservaart, Marknesservaart, Luttelgeestervaart. Het Vollenhoverkanaal, het Vollenhovermeer, het Kadoelermeer, de voormalige buitenhaven van Blokzijl, het gedeelte van Blokzijl-Kadoelen van de keersluis van de haven (sas) tot de grens van de Noordoostpolder, het Kanaal Beukerschutsluis tot Blauw Hand, het Kanaal Blauwe Hand – Giethoorn – Steenwijk, het Kanaal Steenwijk – Ossenzijl, het Steenwijkerdiep, de Wetering, de Heuvengracht, de Arembergergracht, de Linde, de Kalembergergracht, de Ossenzijlersloot en het Nieuwe Kanaal;

  • Rayon 4: de Wythemenerplas te Zwolle.

94. In de gemeente Zaamslag: viswater ‘de Boschkreek’, gelegen in de Beoosten Blijbenoorden polder tot aan de grens met het waterschap De drie Ambachten, kadastraal bekend sectie U, nr. 264, en sectie T, nrs. 105, 153, 312 en 345.

95. In de regio Gorinchem:

  • het Merwedekanaal vanaf de Bazelbrug, gemeente Hoogblokland, tot de grote Merwedesluis te Gorinchem;

  • het Kanaal van Steenenhoek, vanaf de noordpunt van de landtong van het Merwedekanaal te Gorinchem tot aan de Bullekeslaan in die gemeente;

  • De Linge, de rechterhelft met inbegrip van de Kedichemse wiel, vanaf de Kerkstraat in Kedichem tot plm. 700 meter benedenstrooms van het poldergemaal ‘De Broekse Sluis’ te Heukelum en vanaf dit punt de gehele Linge tot de Oude Merwede schutsluis nabij de tweede Voorhaven te Gorinchem, voorzover het gedeelten van dit water betreft die niet op grond van de Natuurbeschermingswet zijn aangewezen als natuurmonument.

96. In de gemeente Buren: viswater ‘Put op het Eiland van Maurik’, gelegen aan de noordoostelijke zijde van Maurik, kadastraal bekend sectie A, nr. 777.

97. In de Gemeente Wijchen: viswater ‘de Vormerse Plas’, gelegen aan de Ravensteinseweg, kadastraal bekend sectie L nr. 2625.

98. In de gemeente Hilversum: het Hilversumskanaal tussen de brug te ’s-⁠Graveland en de sluis Het Hemeltje.

99. In de gemeente Heerhugowaard: de wateren gelegen binnen de bebouwde kom en in de parken van de gemeente Heerhugowaard, voorzover eigendom van de gemeente.

100. In de Gemeente Loosdrecht: de plassen 3, 4 en 5 van de Loosdrechtse Plassen.

101. In de regio Vianen:

  • De Lek, de linkerhelft na de nieuwe Lekbrug te Vianen vanaf km 948.250 tot km 958.100 te Lexmond tegenover de Kiezersoever;

  • het Merwedekanaal, vanaf de Bulle-⁠keslaan te Gorinchem tot en met de Buitenhave te Vianen tot aan het buitensluishoofd van de Grote Sluis;

  • de waterplas, gelegen aan de noordzijde van de Helsdinkse Achterweg, kadastraal bekend gemeente Vianen (sectie d, nr. 484).

102. In Montfoort: de Grote- en Kleine Gracht te Montfoort.

103. In Lunteren: de Lunterse waterplas, kadastraal bekend gemeente Lunteren (sectie F, nr. 2712, 2714 en 2826), voor zover het visrecht hierop is verhuurd aan Hengelsportvereniging Barneveld.

104. In de gemeente Geldermalsen: de Linge, vanaf het gemaal De Neust te Tricht tot stroomafwaarts het zogenoemde Afgebrande Huis te Rumpt, ter hoogte van Kleine Steeg (kadastraal bekend voormalige gemeente Beesd, sectie C8, nr. 405 en sectie L6, nr. 569).

105. In de gemeente Heerlen: het Sigranomeer (kadastraal bekend gemeente Heerlen, nrs. 6631 en 6641).

106. In de gemeente Staphorst: de wateren van het Waterschap Groot Salland die gelegen zijn binnen de door de gemalen Kloosterzijl en Kostverlorenzijl bemalen gebieden, het water langs beide zijden van de spoorlijn tussen de Klaas Kloosterweg en de A28, het Kerkenbos en De Spoortippe.

107. In de gemeente Nijkerk: de plas ‘Watergoor’, gelegen aan de Water-⁠goorweg.

108. In de gemeente Stevensbeek: de Radioplassen, gelegen aan de Ceresstraat.

109. In de gemeente Vught:

  • de vijvers in Park Reeburg;

  • de vijvers en singels in de gemeente Vught, voor zover het visrecht hierop verhuurd is aan Hengelsportvereniging Altijd Beet.

110. In de Gemeente Nieuwegein:

  • de gracht rond Fort Jutphaas gelegen aan Rond het Fort;

  • de gracht rond Fort Vreeswijk gelegen aan de Fortweg;

  • alle singels gelegen op industrieterrein Plettenburg-De Wiers.

111. In Heerenveen: het Heidemeer en de wateren gelegen op recreatiegebied De Heide, gelegen ten zuidwesten van Heerenveen tussen de Van Engelenvaart/Rotummerweg en Rotstergaasterweg.

112. in de gemeente De Bilt: de Hooge Kampse plas, kadastraal bekend MTD02 C 2983 ged., 3092 ged. en 3585 ged.

113. In het buitengebied van Someren en Asten: de Zuidwillemsvaart, vanaf de grensscheiding tussen de provincie Noord-Brabant en Limburg tot aan de sluis 10.

114. In Dedemsvaart: de zandwinput ten noorden van het viaduct.

115. In ’s-Hertogenbosch: de Noorderplas.

116. In de regio Tilburg: het gedeelte van het Wilhelminakanaal vanaf de gemeentegrens Tilburg-Dongen (kmr 13.000) tot aan de sluis IV te Haghorts (kmr 36.860), inclusief de afwateringskanalen nabij sluis II en sluis III, alsmede het benedenstrooms de stuw, nabij sluis IV, gelegen afwateringskanaal.

117. In Maarssen: Kleine Plas, gelegen aan de Tuinbouwweg.

118. In de regio Weesp: Amsterdam-Rijnkanaal tussen spoorbrug Weesp (kmr 7.5) en Loenen (kmr 18.85).

Naar boven