Wet van 7 juli 2006 tot wijziging van het Wetboek van Strafrecht, het Wetboek van
Strafvordering en enige andere wetten in verband met de buitengerechtelijke afdoening
van strafbare feiten (Wet OM-afdoening)
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is het wettelijk kader voor
buitengerechtelijke afdoening van strafzaken aan te passen en de mogelijkheden te
verruimen;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal,
hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze: