Het Nederlands Fonds voor de Film publiceert: Uitvoeringsreglement Distributie Buitenlandse
Arthousefilm die het Fonds in opdracht van het ministerie van OCW ontworpen heeft.
Ter uitvoering van een verzoek in november 2004 van het Ministerie van Onderwijs,
Cultuur en Wetenschap aan het Nederlands Fonds voor de Film geldt het volgende:
1. Films waarop dit reglement van toepassing is, dienen bij te dragen aan een substantiële
kwalitatieve toevoeging van het filmklimaat in Nederland.
2.1. Voor distributie in Nederland van de buitenlandse arthousefilm met een vertoningsduur van tenminste 70 minuten kan een financiële bijdrage worden
aangevraagd.
2.2. Een aanvraag als bedoeld in het eerste lid kan uitsluitend worden ingediend door
een distributeur die op het moment van indiening minimaal twee jaar als zodanig in
Nederland werkzaam is.
2.3. Met betrekking tot een film die is uitgebracht vóór 1 juli wordt een aanvraag
uitsluitend in behandeling genomen indien deze vóór 1 oktober daaropvolgend is ingediend
en is voldaan aan de voorwaarden van dit reglement.
2.4. Met betrekking tot een film die is uitgebracht vóór 1 januari wordt een aanvraag
uitsluitend in behandeling genomen indien deze vóór 1april daaropvolgend is ingediend
en is voldaan aan de voorwaarden van dit reglement.
3. Ten aanzien van de film waarop de aanvraag betrekking heeft, geldt het navolgende:
-
a. er zijn minimaal 150 voorstellingen van geweest;
-
b. hij is uitgebracht in minimaal 75% van zogenaamde A-theaters in minimaal een weekprogramma
van vijf vertoningen, tenzij de distributeur kan aantonen dat hij de film anderszins
breed onder de aandacht heeft gebracht;
-
c. hij is in minimaal drie en maximaal zes kopieën uitgebracht tenzij er sprake is geweest
van een digitale uitbreng;
-
d. films die enige vorm van distributiesteun hebben ontvangen van MEDIA dan wel Eurimages
komen niet voor toewijzing op grond van dit reglement in aanmerking;
-
e. films die gemaakt zijn voor een hoger productiebudget dan vijf miljoen euro komen
niet voor toewijzing op grond van dit reglement in aanmerking.
4.1. Onverminderd het bepaalde in artikel drie, wordt een bijdrage eerst verleend
indien is voldaan aan de criteria zoals neergelegd in het tweede lid en aan het automatische
puntensysteem waarvan de uitwerkingen zijn opgenomen in een bij dit reglement behorende
bijlage.
4.2. Criteria voor toewijzing zijn: het land van herkomst, de staat van dienst van
regisseur, de hoogte van de productiekosten en het aantal publieke vertoningen.
5.1. De financiële bijdrage wordt verstrekt aan de aanvrager.
5.2. De rangorde die het gevolg is van het automatische puntensysteem bepaalt of een
aanvrager in aanmerking komt voor een bijdrage.
5.3. De te verlenen bijdrage mag uitsluitend worden aangewend ten behoeve van aankoop
van films zoals bedoeld in dit reglement.
6. De inleverdata die betrekking hebben op dit reglement worden op de voor het fonds
gebruikelijke publicatiekanalen bekend gemaakt.
7. Dit reglement treedt in werking op de dag na die waarop dit reglement in de Staatscourant
is gepubliceerd.