Artikel 5
[Regeling vervallen per 01-01-2011]
-
a. visie op de strategische alliantie met de minister,
-
b. de missie en de relatie tussen missie en visie op armoedebestrijding,
-
c. de gehanteerde interventiestrategieën,
-
d. de aard en kwaliteit van de relaties met partnerorganisaties,
-
e. de aard en kwaliteit van de relaties met derden,
-
f. de effecten en de duurzaamheid van de resultaten van de werkzaamheden van de organisatie,
-
g. de wijze waarop de organisatie gestalte geeft aan de bewaking van voortgang en kwaliteit
van beleid en programma’s van de organisatie,
-
h. het door de organisatie gevoerde financieel beheer,
-
i. de bijdrage van de werkzaamheden aan structurele armoedebestrijding,
-
j. een strategische analyse, waarin aandacht voor de context, de betrokken actoren, eigen
uitvoeringsacapaciteit en strategisch-operationele doelstellingen,
-
k. het strategisch beleid van de organisatie ten aanzien van de door haar ondersteunde
organisaties,
-
l. de mate waarin de voorgenomen activiteiten vernieuwend zijn,
-
m. het verband tussen doelen, middelen en resultaten,
-
n. de mate waarin de beoogde resultaten specifiek, meetbaar, acceptabel, realistisch
en tijdgebonden zijn omschreven,
-
o. de doelgerichtheid en doelmatigheid van de inzet van middelen,
-
p. de wijze waarop kwaliteitsbeheer, monitoring en evaluatie van de werkzaamheden gestalte
krijgt en
-
q. de mate waarin en de wijze waarop de voorgenomen werkzaamheden een duurzame uitwerking
zullen hebben.