Vaststellingsbesluit nadere voorschriften inhoud jaarverslag

Geraadpleegd op 14-05-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 01-04-2005 en zichtdatum 28-04-2024.
Geldend van 31-12-2004 t/m 31-08-2005

Besluit van 23 december 2004 tot vaststelling van nadere voorschriften omtrent de inhoud van het jaarverslag

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Justitie van 24 november 2004, Directie Wetgeving, nr. 5320900/04/6;

Gelet op artikel 391 lid 4 en 5 van boek 2 van het Burgerlijk Wetboek;

De Raad van State gehoord (advies van 17 december 2004, nr. W03.04.0572/I);

Gezien het nader rapport van Onze Minister van Justitie van 23 december 2004, Directie Wetgeving, nr. 5327207/04/6;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Artikel 1

Dit besluit is van toepassing op een naamloze vennootschap waarvan aandelen of certificaten van aandelen zijn toegelaten tot de officiële notering van een gereglementeerde effectenbeurs in de zin van artikel 1, onderdeel e, van de Wet toezicht effectenverkeer 1995, die onder toezicht staat van de overheid of van een door de overheid erkende autoriteit of instelling, met uitzondering van de naamloze vennootschap die een beleggingsmaatschappij is als bedoeld in artikel 1, onderdeel a, van de Wet toezicht beleggingsinstellingen, waarvan de rechten van deelneming op verzoek van de deelnemers ten laste van de activa van deze beleggingsmaatschappij direct of indirect worden ingekocht of terugbetaald.

Artikel 2

Als gedragscode bedoeld in artikel 391 lid 4 van boek 2 van het Burgerlijk Wetboek wordt aangewezen de Nederlandse corporate governance code zoals gepubliceerd in Staatscourant nr. 250 d.d. 27 december 2004.

Artikel 3

De naamloze vennootschap doet in het jaarverslag mededeling over de naleving van de principes en best practice bepalingen van de in artikel 2 aangewezen gedragscode die zijn gericht tot het bestuur of de raad van commissarissen van de vennootschap. Indien de vennootschap die principes of best practice bepalingen niet heeft nageleefd of niet voornemens is deze in het lopende en daaropvolgende boekjaar na te leven, doet zij daarvan in het jaarverslag gemotiveerd opgave.

Artikel 4

Dit besluit is van toepassing op een jaarverslag dat betrekking heeft op een boekjaar dat aanvangt op of na 1 januari 2004.

Artikel 5

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin zij wordt geplaatst.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

's-Gravenhage, 23 december 2004

Beatrix

De Minister van Justitie,

J. P. H. Donner,

Uitgegeven de dertigste december 2004

De Minister van Justitie,

J. P. H. Donner

Naar boven