Verordening bestemmingsheffingen runderen en kalveren (PVV) 2005

[Regeling vervallen per 30-09-2021.]
[Regeling materieel uitgewerkt per 12-02-2006.]
Geraadpleegd op 23-04-2024.
Geldend van 27-11-2005 t/m 29-09-2021

Verordening van het Productschap Vee en Vlees van 10 november 2004, houdende de vaststelling van een bestemmingsheffing ten behoeve van de runder- en kalversector voor het jaar 2005 (Verordening bestemmingsheffingen runderen en kalveren (PVV) 2005)

Artikel 1

[Regeling vervallen per 30-09-2021]

Deze verordening neemt over de begripsbepalingen van de Verordening algemene bepalingen heffingen (PVV) 2005 en verstaat voorts onder:

1.

afzetbevorderingsfonds

:

fonds als bedoeld in artikel 1 van de Verordening fonds afzetbevordering (PVV) 2005;

2.

gezondheidszorgfonds

:

fonds als bedoeld in artikel 1 van de Verordening fonds gezondheidszorg (PVV) 2005;

3.

kwaliteitsverbeteringsfonds

:

fonds als bedoeld in artikel 1 van de Verordening fonds kwaliteitsverbetering (PVV) 2005.

Artikel 2

[Regeling vervallen per 30-09-2021]

  • 1 De ondernemer die in het jaar 2005 één of meer dieren slacht of doet slachten, dan wel uitvoert, is aan het productschap een heffing verschuldigd tegen het in het tweede lid bepaalde tarief ten behoeve van de daarbij gegeven bestemming.

  • 2 De in het eerste lid bedoelde heffing bedraagt:

    • a. € 3,26 per rund, waarvan

      • € 0,26 voor het afzetbevorderingsfonds, waarvan € 0,06 niet als zodanig in mindering mag worden gebracht op de aan de leverancier uit te betalen prijs,

      • € 0,60 voor het gezondheidszorgsfonds, en

      • € 2,40 voor het kwaliteitsverbeteringsfonds is bestemd.

    • b. € 0,44 per kalf, waarvan

      • € 0,28 voor het afzetbevorderingsfonds, waarvan € 0,11 niet als zodanig in mindering mag worden gebracht op de aan de leverancier uit te betalen prijs,

      • € 0,11 voor het gezondheidszorgsfonds, en

      • € 0,05 voor het kwaliteitsverbeteringsfonds is bestemd.

    • c. € 0,23 per jong kalf, waarvan

      • € 0,07 voor het afzetbevorderingsfonds, waarvan € 0,03 niet als zodanig in mindering mag worden gebracht op de aan de leverancier uit te betalen prijs,

      • € 0,11 voor het gezondheidszorgsfonds, en

      • € 0,05 voor het kwaliteitverbeteringsfonds is bestemd.

Artikel 3

[Regeling vervallen per 30-09-2021]

Als ondernemer die uitvoert als bedoeld in artikel 2, eerste lid, wordt aangemerkt degene die één of meer dieren

  • -

    in het handelsverkeer brengt, dan wel

  • -

    naar derde landen uitvoert, dan wel

  • -

    aflevert aan een (rechts)persoon wiens bedrijf niet in Nederland is gevestigd, ongeacht of de ontvangst van die dieren door deze (rechts-)persoon in Nederland plaatsvindt.

Artikel 4

[Regeling vervallen per 30-09-2021]

De heffing, bedoeld in artikel 2, is niet verschuldigd voor een dier, ten aanzien waarvan ten genoegen van het productschap wordt aangetoond, dat:

  • a. de periode tussen het tijdstip van invoer en het tijdstip van slacht korter is dan drie maanden;

  • b. de periode tussen het tijdstip van invoer en het tijdstip van uitvoer korter is dan drie maanden.

Artikel 5

[Regeling vervallen per 30-09-2021]

De heffing, bedoeld in artikel 2, is niet verschuldigd voor een dier, ten aanzien waarvan ten genoegen van het productschap is vastgesteld dat het behoort tot de categorieën 5 of 6 zoals bedoeld in artikel 1, onder q, van het Retributiebesluit Vleeskeuringswet.

Artikel 6

[Regeling vervallen per 30-09-2021]

Voor de toepassing van deze verordening geldt het bepaalde bij of krachtens de Verordening algemene bepalingen heffingen (PVV) 2005.

Artikel 7

[Regeling vervallen per 30-09-2021]

  • 1 Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening bestemmingsheffingen runderen en kalveren (PVV) 2005.

  • 2 Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 2005.

  • 3 Deze verordening wordt gepubliceerd in het Verordeningenblad Bedrijfsorganisatie.

Zoetermeer, 10 november 2004

J.J. Ramekers

voorzitter

S.B.M. Jongerius

secretaris

Goedgekeurd door de Bestuurskamer van de Sociaal-Economische Raad bij besluit van 6 januari 2005 en door de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit mede namens de Minister van Economische Zaken bij beschikking van 26 januari 2005, nr. TRCJZ/2004/6071.

Naar boven