VPB, internationaal, BRK, houdstermaatschappijen met dubbele vestigingsplaats

Geraadpleegd op 05-05-2024.
Geldend van 03-05-2004 t/m heden

VPB, internationaal, BRK, houdstermaatschappijen met dubbele vestigingsplaats

De Directeur-Generaal voor Fiscale Zaken heeft namens de Staatssecretaris van Financiën het volgende besloten.

Aan mij is een vraag voorgelegd over houdstermaatschappijen met dubbele vestigingsplaats in de zin van artikel 25 van de Belastingregeling voor het Koninkrijk (hierna: BRK). De vraag en het antwoord zijn hieronder opgenomen.

Vraag

In artikel 25 BRK is een specifieke bepaling opgenomen voor houdstermaatschappijen die zijn opgericht naar het recht van een van de betrokken landen, maar ingevolge artikel 34, tweede lid, BRK worden geacht inwoner te zijn van een van de andere landen. De winst van een dergelijke maatschappij mag in het eerstbedoelde land worden belast naar een percentage dat 4 niet te boven gaat.

Kan deze bepaling worden toegepast op een naar Nederlands recht opgerichte houdstermaatschappij waarvan de werkelijke leiding naar de Nederlandse Antillen is verplaatst?

Naar boven