Besluit buitengewoon opsporingsambtenaar dienst Stadstoezicht Rotterdam 2003

[Regeling vervallen per 27-12-2005.]
Geraadpleegd op 19-04-2024.
Geldend van 10-07-2004 t/m 26-12-2005

Besluit van de Minister van Justitie van 30 juni 2003, kenmerk 5233103/DBZ/03, strekkende tot aanwijzing van buitengewoon opsporingsambtenaren bij de dienst Stadstoezicht van de gemeente Rotterdam

De Minister van Justitie,

Handelende in overeenstemming met de betrokken ministers;

Gelezen het verzoek van de algemeen directeur van de dienst Stadstoezicht van de gemeente Rotterdam;

Gelet op:

Besluit:

Artikel 1

[Regeling vervallen per 27-12-2005]

In dit besluit wordt verstaan onder buitengewoon opsporingsambtenaar:

  • a. een ambtenaar van de dienst Stadstoezicht van de gemeente Rotterdam aangesteld in de functie van parkeercontroleur;

  • b. een ambtenaar van de dienst Stadstoezicht van de gemeente Rotterdam aangesteld in de functie van milieucontroleur.

Artikel 2

[Regeling vervallen per 27-12-2005]

De ambtenaren, aangesteld in de functie van parkeercontroleur en reinigingsagent van de dienst Stadstoezicht van de gemeente Rotterdam, en belast met de opsporing van strafbare feiten zijn aangewezen als buitengewoon opsporingsambtenaar.

Artikel 3

[Regeling vervallen per 27-12-2005]

  • 1 De buitengewoon opsporingsambtenaar genoemd in artikel 1, onder a, is bevoegd tot opsporing van feiten strafbaar gesteld bij of krachtens:

    • Verordeningen en/of Keuren voor zover betrokkene daarvoor door het bevoegde bestuursorgaan is aangewezen.

  • 3 De buitengewoon opsporingsambtenaar, bedoeld in het eerste en tweede lid, is tevens bevoegd tot het opsporen van de feiten strafbaar gesteld bij of krachtens andere wetten, indien en voor zover hij daarmee in een concreet opsporingsonderzoek door een officier van justitie is belast voor de duur van dat onderzoek.

  • 4 De opsporingsbevoegdheid geldt voor het grondgebied van de gemeente Rotterdam.

Artikel 4

[Regeling vervallen per 27-12-2005]

Op grond van dit besluit kan het na te noemen aantal personen als buitengewoon opsporingsambtenaar worden beëdigd:

  • a. in de functie van parkeercontroleur: maximaal 125 personen;

  • b. in de functie van milieucontroleur: maximaal 38 personen.

Artikel 5

[Regeling vervallen per 27-12-2005]

  • 1 Als toezichthouder van de buitengewoon opsporingsambtenaar is aangewezen de hoofdofficier van justitie bij het arrondissementsparket te Rotterdam.

  • 2 Als direct toezichthouder van de buitengewoon opsporingsambtenaar is aangewezen de korpschef van het regionaal politiekorps Rotterdam-Rijnmond.

Artikel 6

[Regeling vervallen per 27-12-2005]

De buitengewoon opsporingsambtenaar is bevoegd bij de opsporing van de in artikel 3, eerste lid, genoemde strafbare feiten gebruik te maken van de bevoegdheden, bedoeld in artikel 8, eerste en derde lid, van de Politiewet 1993. Hij gedraagt zich overeenkomstig het bepaalde in hoofdstuk 7 van de Ambtsinstructie voor de politie, de Koninklijke Marechaussee en de buitengewoon opsporingsambtenaar.

Artikel 7

[Regeling vervallen per 27-12-2005]

  • 1 De algemeen directeur van de dienst Stadstoezicht van de gemeente Rotterdam brengt jaarlijks, voor 1 april, over het jaar daaraan voorafgaand aan de Minister van Justitie verslag uit over:

    • a. het aantal buitengewoon opsporingsambtenaren dat op 31 december werkzaam was binnen de dienst;

    • b. de door die buitengewoon opsporingsambtenaren verrichte activiteiten;

    • c. de stand van zaken met betrekking tot de opleiding van die buitengewoon opsporingsambtenaren, waarbij in ieder geval wordt aangegeven hoeveel personen in het verslagjaar zijn aangemeld voor het door de Minister van Justitie goedgekeurde examen en hoeveel personen in dat jaar voor dat examen zijn geslaagd.

  • 2 Dit verslag dient te worden toegezonden aan de toezichthouder en de direct toezichthouder, als bedoeld in artikel 5 van dit besluit, alsmede aan het Ministerie van Justitie, directie Bestuurszaken, afd. IBB/BOA, Postbus 20300, 2500 EH Den Haag.

Artikel 9

[Regeling vervallen per 27-12-2005]

De op naam gestelde akten van opsporingsbevoegdheid en beëdiging, de legitimatiebewijzen buitengewoon opsporingsambtenaar en de overige benoemingsbescheiden, welke zijn uitgevaardigd op de in artikel 8 van dit besluit omschreven besluiten , worden voor de duur van hun geldigheid of tot daarover nader zal zijn beslist, geacht te zijn akten en overige benoemingsbescheiden mede op basis van het onderhavige besluit.

Artikel 10

[Regeling vervallen per 27-12-2005]

Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na dagtekening van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst en vervalt op 27 december 2005.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant en het Algemeen Politieblad worden geplaatst.

Den Haag, 30 juni 2003

De

Minister

van Justitie,
namens deze,
de

coördinator buitengewoon opsporingsambtenaar

,

A.A.A.M. Huldy

Naar boven