Instellingsbesluit Commissie deskundigen vliegtuiggeluid 2003

[Regeling vervallen per 01-07-2006.]
Geraadpleegd op 20-04-2024.
Geldend van 12-02-2005 t/m 30-06-2006

Instellingsbesluit Commissie deskundigen vliegtuiggeluid 2003

De Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat,

Handelende in overeenstemming met de Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer;

Besluit:

Artikel 1

[Regeling vervallen per 01-07-2006]

Er is een Commissie deskundigen vliegtuiggeluid, hierna te noemen: de commissie.

Artikel 2

[Regeling vervallen per 01-07-2006]

  • 1 De commissie bestaat uit de volgende leden:

    • drs. H. Eversdijk, tevens voorzitter;

    • dr. ir. B.M. Spee, Dutchspace;

    • prof. ir. G.J.J. Ruijgrok, Faculteit Lucht- en Ruimtevaarttechniek Technische Universiteit Delft;

    • prof. dr. J. Thoen, Laboratorium voor Akoestiek en Thermische Fysica, Katholieke Universiteit Leuven België,

    • met als toegevoegd onderzoeker:

      ir. A.R. Eisses, TNO TPD, divisie geluid en trillingen.

  • 2 De commissie is een onafhankelijke commissie van deskundigen die op basis van eigen kennis haar werkzaamheden verricht. Het staat de commissie vrij om kennis van derden aan te wenden voor zover dat voor de uitvoering van de werkzaamheden nodig is.

  • 3 De commissie wordt ondersteund door een ambtelijk secretaris. De ambtelijk secretaris heeft tot taak de commissie met raad en daad bij de uitvoering van de werkzaamheden bij te staan en de coördinatie tussen de commissie enerzijds en de Minister van Verkeer en Waterstaat en de Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer anderzijds te verzorgen.

  • 4 De ambtelijk secretaris wordt door de commissie uitgenodigd voor de vergaderingen van de commissie.

Artikel 3

[Regeling vervallen per 01-07-2006]

  • 1 De commissie heeft tot taak voor de luchthaven Schiphol:

    • a. Voor het gebied tussen de 35 Ke en 20 Ke contouren zoals aangegeven in bijlage 1 bij dit besluit en voor het gebied tussen de 26 dB(A) LAeq-nacht en 20 dB(A) LAeq-nachtcontouren zoals aangegeven in bijlage 2 bij dit besluit, voorstellen te formuleren voor een handhavingssysteem in aanvulling op het handhavingssysteem zoals neergelegd in het Luchthavenverkeerbesluit Schiphol, alsmede een beschrijving te geven van de voor- en nadelen van die voorstellen;

    • b. Voorstellen te formuleren om gebruik te maken van geluidsmetingen in de handhaving van de geluidbelasting, al dan niet in combinatie met berekening van de geluidbelasting, alsmede een beschrijving te geven van de voor- en nadelen van die voorstellen. Deze voorstellen hebben betrekking op:

      • de in onderdeel a bedoelde voorstellen

      • de handhavingspunten voor Lden en Lnight zoals vastgelegd in het Luchthavenverkeerbesluit Schiphol

      en bevatten ten minste een beschrijving van de benodigde meetsystemen en gegevensverwerkingssystemen, de meetlocaties, de wijze waarop grenswaarden kunnen worden bepaald voor de handhavingspunten in het Luchthavenverkeerbesluit Schiphol en het handhavingssysteem in het gebied bedoeld in onderdeel a, alsmede een kostenraming.

  • 2 Voor het in het eerste lid bedoelde handhavingssysteem en het gebruik van geluidsmetingen in de handhaving gelden de volgende uitgangspunten:

    • het systeem is juridisch handhaafbaar;

    • het systeem is operationeel uitvoerbaar;

    • de grenswaarden bedoeld in het eerste lid, onderdeel b, worden zo vastgesteld dat de overgang van berekenen naar meten dan wel naar een combinatie van meten en rekenen, de ontwikkelingsmogelijkheden van de luchtvaart zal verkleinen noch verruimen.

  • 3 De commissie heeft tot taak, op basis van de geluidbelastinggegevens over de jaren 2000 tot en met 2005, een evaluatie op te stellen over de overgang van Ke naar Lden en van LAeq-nacht naar Lnight. Voor de periode 2000 tot en met 2002 betreft dit de geluidbelastinggegevens in de netwerkpunten van de geluidszone van de Aanwijzing S4S2, bedoeld in het 'Handhavingsvoorschrift Schiphol' zoals dat luidde op 19 februari 2003. Voor de periode 2003 tot en met 2005 betreft dit de geluidbelastingsgegevens in de handhavingspunten zoals vastgelegd in het Luchthavenverkeerbesluit Schiphol.

  • 4 De commissie heeft bovendien tot taak:

    • a. de onderzoeksopdracht voor het opstellen van het verslag, bedoeld in artikel XVI, eerste lid, van het bij koninklijke boodschap van 8 januari 2004 ingediende voorstel van wet tot wijziging van de wet van 27 juni 2002 (Stb. 374) in verband met de invoering van een evaluatieverplichting van het vijfbanenstelsel van de luchthaven Schiphol (Kamerstukken II, 2003–2004, 29 395, nrs. 1–2) te toetsen, en

    • b. te onderzoeken of de tussenrapportage 2005 en de eindrapportage begin 2006 zijn uitgevoerd conform het in onderdeel a genoemde artikel XVI.

Artikel 4

[Regeling vervallen per 01-07-2006]

  • 1 De commissie rapporteert haar bevindingen omtrent de werkzaamheden, bedoeld in artikel 3, uitsluitend aan de Minister van Verkeer en Waterstaat en de Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer.

  • 2 De commissie rapporteert ten minste ieder kwartaal schriftelijk aan de Minister van Verkeer en Waterstaat en aan de Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer over de voortgang en de stand van zaken van de werkzaamheden, bedoeld in artikel 3. Daarbij worden gevoegd de verslagen van de besprekingen van de commissie.

Artikel 5

[Regeling vervallen per 01-07-2006]

Alvorens de werkzaamheden, bedoeld in artikel 3, uit te voeren, dient de commissie uiterlijk twee maanden na haar aantreden bij de Minister van Verkeer en Waterstaat en de Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer ter goedkeuring een werkplan in, dat tenminste bevat:

  • a. een beschrijving van de producten gekoppeld aan de werkzaamheden, bedoeld in artikel 3;

  • b. het bij elk onderdeel van deze werkzaamheden behorende tijdpad;

  • c. het voor elk onderdeel van deze werkzaamheden benodigde onderzoek met een specificatie van door de commissie zelf uit te voeren onderzoek respectievelijk aan derden op te dragen onderzoek;

  • d. een kostenraming van de producten en het daarvoor benodigde onderzoek.

Artikel 6

[Regeling vervallen per 01-07-2006]

Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst en vervalt met ingang van 1 juli 2006.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De

Staatssecretaris

van Verkeer en Waterstaat,

M.H. Schultz van Haegen

Naar boven