Concessiewet personenvervoer per trein

Wijziging(en) op nader te bepalen datum(s); laatste bekendgemaakt in 2003. Zie het overzicht van wijzigingen.
Geraadpleegd op 28-03-2024.
Geldend van 01-01-2007 t/m heden

Wet van 23 april 2003 tot aanvulling van de Wet personenvervoer 2000, strekkende tot invoering van een concessiestelsel voor het personenvervoer per trein (Concessiewet personenvervoer per trein)

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is gezien de verantwoordelijkheid van de minister voor het openbaar personenvervoer de toegang tot de markt van het openbaar vervoer per trein te ordenen door de invoering van een concessiestelsel;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Artikel I. Aanvulling van de Wet personenvervoer 2000

[Wijziging(en) op nader te bepalen datum(s); laatste bekendgemaakt in 2003. Zie het overzicht van wijzigingen]

[Red: Wijzigt de Wet personenvervoer 2000.]

Artikel II. Overgangsbepaling bestaande openbare-dienstcontracten

  • 1 Tot zes maanden na het tijdstip waarop artikel I, onderdeel A, van deze wet in werking is getreden is artikel 19 van de Wet personenvervoer 2000 niet van toepassing op openbaar vervoer per trein dat gedurende die periode wordt verricht ter uitvoering van een voor dat tijdstip tot stand gekomen openbare-dienstcontract als bedoeld in artikel 14 van verordening (EEG) nr. 1191/69 van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 26 juni 1969 betreffende het optreden van de lidstaten ten aanzien van met het begrip openbare dienst verbonden verplichtingen op het gebied van het vervoer per spoor, over de weg en over de binnenwateren (PbEG L 156).

  • 2 Tot zes maanden na het tijdstip waarop artikel I, onderdeel A, van deze wet in werking is getreden is artikel 60a van de Wet personenvervoer 2000 niet van toepassing op concessies voor openbaar vervoer per trein dat voordien werd verricht ter uitvoering van een openbare-dienstcontract als bedoeld in het eerste lid.

Artikel III. Overgangsbepaling niet-vervoersgerelateerde activiteiten concessiehouder

Indien een concessiehouder als bedoeld in artikel 69, eerste lid, van de Wet personenvervoer 2000 op het tijdstip waarop zowel dat artikel als artikel I, onderdeel PP, van deze wet in werking zijn getreden, werkzaamheden verricht die op grond daarvan niet zijn toegestaan, worden die werkzaamheden binnen twaalf maanden na dat tijdstip beëindigd of overgedragen aan een privaatrechtelijke rechtspersoon. Artikel 69, eerste lid, van de Wet personenvervoer 2000 geldt in die periode niet ten aanzien van die werkzaamheden.

Artikel VI. Inwerkingtreding

De artikelen van deze wet treden in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip, dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld.

Artikel VII. Citeertitel

Deze wet wordt aangehaald als: Concessiewet personenvervoer per trein.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven te 's-Gravenhage, 23 april 2003

Beatrix

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

R. H. de Boer

Uitgegeven de dertigste juni 2003

De Minister van Justitie,

J. P. H. Donner

Naar boven