Verordening huishoudelijke heffing dieren 2003

[Regeling vervallen per 30-09-2021.]
[Regeling materieel uitgewerkt per 01-01-2004.]
Geraadpleegd op 18-04-2024.
Geldend van 13-09-2003 t/m 29-09-2021

Verordening huishoudelijke heffing dieren 2003

Het bestuur van het Productschap Vee en Vlees heeft,

gelet op artikel 126 van de Wet op de Bedrijfsorganisatie, en

de artikelen 10 en 15 van de Instellingsverordening Productschap Vee en Vlees, 1999-I,

op 13 november 2002 vastgesteld de navolgende

VERORDENING

Artikel 1

[Regeling vervallen per 30-09-2021]

  • 1 Voor de toepassing van deze verordening geldt het bepaalde bij of krachtens de Verordening houdende bepalingen betreffende het opleggen van heffingen bij de producenten van vee en vlees en registratie van vleesgrossiers PVV 2003.

  • 2 Voorts wordt in deze verordening verstaan onder:

    a.

    Lid-Staat

    :

    Lid-Staat van de Europese Gemeenschappen, niet zijnde Nederland;

           

    b.

    handelsverkeer

    :

    handelsverkeer tussen Lid-Staten in de zin van artikel 9, tweede lid, van het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap;

           

    c.

    derde land

    :

    staat, niet zijnde een Lid-Staat.

Artikel 2

[Regeling vervallen per 30-09-2021]

  • 1

    • a. Onverminderd het bepaalde bij of krachtens enig ander wettelijk voorschrift, is de ondernemer, die in het jaar 2003 één of meer dieren slacht of doet slachten, dan wel uitvoert aan het productschap ter dekking van zijn huishoudelijke uitgaven over die dieren per dier en per diersoort een heffing verschuldigd volgens het navolgende tarief:

      op runderen

      :

      € 2,58 per rund;

      op jonge kalveren

      :

      € 0,21 per jong kalf;

      op kalveren

      :

      € 0,60 per kalf;

      op biggen

      :

      € 0,05 per big;

      op varkens

      :

      € 0,17 per varken;

      op schapen

      :

      € 0,45 per schaap;

      op geiten

      :

      € 0,10 per geit

    • b. In afwijking van het bepaalde onder a. is, indien ten genoege van het productschap is aangetoond dat het een jonge geit betreft, per jonge geit een heffing verschuldigd van € 0,04.

  • 2 Als ondernemer, die uitvoert als bedoeld in het eerste lid, wordt aangemerkt degene die een of meer dieren

    • -

      in het handelsverkeer brengt, danwel

    • -

      naar derde landen uitvoert, danwel

    • -

      aflevert aan een (rechts)persoon wiens bedrijf niet in Nederland is gevestigd, ongeacht of de ontvangst van die dieren door deze (rechts-)persoon al dan niet in Nederland plaatsvindt.

  • 3 De heffing, bedoeld in het eerste lid, wordt niet opgelegd voor een dier, ten aanzien waarvan ten genoege van het productschap wordt aangetoond, dat het in nood is geslacht.

Artikel 3

[Regeling vervallen per 30-09-2021]

  • 1 Deze verordening kan worden aangehaald als 'Verordening huishoudelijke heffing dieren 2003'.

  • 2 Deze verordening treedt in werking op de dag na publicatie in het Verordeningenblad Bedrijfsorganisatie en werkt terug tot 1 januari 2003.

Voor het bestuur,

J.J. Ramekers

voorzitter

S.B.M. Jongerius

secretaris

Goedgekeurd door de Bestuurskamer van de Sociaal-Economische Raad bij besluit van 18 december 2002.

Naar boven