U bent nu hier: Wettenbank
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving
Zoals belastingen, uitkeringen en subsidies.
Officiële publicaties van de overheid.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
[Regeling vervallen per 31-12-2004.]Geraadpleegd op 19-04-2024. Geldend van 21-12-2002 t/m 30-12-2004
Tijdelijke subsidieregeling onderwijsondersteunend personeel 2002
De minister van onderwijs, cultuur en wetenschappen,
Gelet op:
artikelen 2 en 4 van de Wet overige OCenW-subsidies
Besluit
[Regeling vervallen per 31-12-2004]
In deze regeling wordt verstaan onder:
de minister van onderwijs, cultuur en wetenschappen;
personeelslid aangesteld of benoemd in de normfunctie klassenassistent, de normfunctie onderwijsassistent, de voorbeeldfunctie lerarenondersteuner of in een ID-baan;
het bevoegd gezag van één of meer scholen als bedoeld in de Wet op het primair onderwijs of de Wet op de expertisecentra;
een plan opgesteld door het bevoegd gezag in overeenstemming met de onderwijsondersteuner, waarin de ontwikkeling die binnen de mogelijkheden van de werknemer ligt en de daarvoor benodigde scholing en begeleiding worden vastgelegd.
De minister verstrekt deze subsidie:
1. om in aanvulling op het bepaalde in hoofdstuk I-M van het Rpbo de ontwikkeling, beroepsgerichte scholing (in deeltijd of duaal) en begeleiding van onderwijsondersteuners te bevorderen;
2. om de aanstelling van onderwijsondersteuners te bevorderen.
Subsidie wordt verleend aan het bevoegd gezag dat één of meer onderwijsondersteuners in dienst heeft.
Voor subsidieverlening op grond van deze regeling is een bedrag van € 6.000.000,- beschikbaar.
Het subsidiebedrag per onderwijsondersteuner bedraagt: € 7.500,-.
1 Subsidie wordt op aanvraag verleend.
2 Een aanvraag wordt ingediend bij: CFI
t.a.v. BPO/PPA
Postbus 606
2700 ML Zoetermeer
1 Een aanvraag vindt uitsluitend schriftelijk plaats door middel van een volledig ingevuld en door het bevoegd gezag ondertekend aanvraagformulier met het kenmerk CFI-62051 die per aanstelling of benoeming de volgende gegevens bevat:
a. Naam, adres en bestuursnummer van het bevoegd gezag;
b. Naam, vestigingsadres en BRIN-nummer van de school waar de onderwijsondersteuner werkzaam is;
c. Omvang van de aanstelling of benoeming (tenminste 0,6 fte);
d. Naam en functie van de onderwijsondersteuner;
e. Verklaring dat het bevoegd gezag en de onderwijsondersteuner een beroepsgericht scholings- en begeleidingsplan zullen maken en uitvoeren.
2 Dit formulier kunt u aanvragen via CFI online of door middel van plaketiket CFI 84887 bij:
CFI
t.a.v. AZ/GOV
1 Aanvragen kunnen tot en met 15 oktober 2002 worden ingediend. Aanvragen ingediend na die datum worden afgewezen.
2 Aanvragers ontvangen voor 15 november bericht over de aanvraag.
1 De minister verdeelt het beschikbare bedrag in principe in de volgorde van ontvangst van de aanvragen, met dien verstande dat wanneer de aanvrager krachtens artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht de aanvraag dient aan te vullen, de dag waarop de aangevulde aanvraag is ontvangen als datum van ontvangst geldt.
2 De minister kan bij de verdeling rekening houden met een spreiding over Nederland, de verhouding tussen het aantal bevoegde gezagsorganen en het aantal scholen per bevoegd gezagsorgaan.
1 De subsidie, bedoeld in artikel 5, wordt besteed aan de ontwikkeling, scholing en begeleiding van de in de aanvraag genoemde onderwijsondersteuner.
2 Voor subsidie, bedoeld in artikel 5, kan een bevoegd gezag in aanmerking komen indien het bevoegd gezag zich ertoe verplicht een scholings- en begeleidingsplan te maken voor en met de onderwijsondersteuner.
3 In het scholings- en begeleidingsplan verplicht de onderwijsondersteuner zich tot het volgen in deeltijd of duaal van een beroepsgericht scholings- en begeleidingstraject.
4 In het scholings- en begeleidingsplan verplicht het bevoegd gezag zich tot het aanbieden in deeltijd of duaal van een beroepsgericht scholings- en begeleidingstraject.
5 Voor een onderwijsondersteuner wordt, ongeacht het aantal al dan niet opeenvolgende dienstverbanden bij scholen, slechts aan één bevoegd gezag subsidie toegekend.
1 Niet in aanmerking voor subsidie op grond van deze regeling komt een aanvraag voor een onderwijsondersteuner:
a. met een aanstelling voor minder dan 0,6 fte;
b. die een voltijdse opleiding gaat volgen.
2 Geen subsidie wordt verstrekt indien het subsidiebedrag genoemd in artikel 4 is uitgeput.
1 Het bevoegd gezag is verplicht de minister en de door hem aangewezen ambtenaren desgevraagd alle inlichtingen te geven die deze in verband met deze subsidie verlangen. Het bevoegd gezag geeft desgewenst aan voornoemde ambtenaren de boeken en bescheiden ter inzage.
2 Het bevoegd gezag zendt uiterlijk 15 december 2002 het opgestelde beroepsgerichte scholings- en begeleidingsplan op naar CFI t.a.v. BPO/PPA, Postbus 606, 2700 ML Zoetermeer.
3 Het bevoegd gezag meldt onverwijld als het dienstverband van de betrokken onderwijsondersteuner wordt beëindigd voordat het beroepsgerichte scholings- en begeleidingstraject volledig is afgerond. De minister kan in een dergelijk geval de subsidie gedeeltelijk terugvorderen.
4 Het bevoegd gezag houdt een dusdanige administratie bij dat gecontroleerd kan worden dat aan de subsidie-voorwaarden is voldaan.
1 Deze subsidie wordt uitsluitend aangewend voor het doel waarvoor zij is verstrekt. De minister kan de subsidie geheel of gedeeltelijk terugvorderen indien uit de accountantsverklaring blijkt dat de subsidie niet is besteed, of niet overeenkomstig de voorwaarden van deze regeling is besteed.
2 De vaststelling van het subsidiebedrag, bedoeld in artikel 4, maakt onderdeel uit van de aanvraag tot vaststelling van de rijksvergoeding over het laatste jaar waarin besteding van de subsidie plaatsvindt, doch uiterlijk in de Aanvraag Vaststelling Rijksvergoeding (AVR) over het jaar 2006. De verklaring van de accountant bij de AVR omvat tevens een oordeel over de rechtmatige besteding van deze subsidie.
3 Het bevoegd gezag draagt er zorg voor dat in de financiële administratie van de school voor iedere benoemde of aangestelde onderwijsondersteuner de voor de accountantsverklaring, bedoeld in het eerste lid, benodigde gegevens en bewijsstukken aanwezig zijn.
Het bevoegd gezag waarvan de aanvraag om subsidie is toegewezen, ontvangt uiterlijk in de maand na deze toewijzing het subsidiebedrag bedoeld in artikel 5 ineens.
Deze regeling zal met toelichting in Uitleg OCenW-Regelingen worden geplaatst. Van deze plaatsing zal mededeling worden gedaan in de Staatscourant.
Deze regeling treedt in werking met ingang van de derde dag na de datum van uitgifte van het Gele Katern waarin zij wordt geplaatst.
Deze regeling wordt aangehaald als: Tijdelijke subsidieregeling onderwijsondersteuners 2002.
minister
M.J.A. van der Hoeven
Voor een permanente link naar de door u bekeken versie, inwerkinggetreden op , kopieer één van de onderstaande links of verfijn de link in de Linktool.
Met behulp van de Linktool van LiDO is het mogelijk om een bredere link of een meer gedetailleerde link te maken.
Ga naar de Linktool
Op linkeddata.overheid.nl zijn onderstaande relaties bekend.
Er is geen andere versie beschikbaar waarmee u de huidige geselecteerde versie, inwerkinggetreden op , kan vergelijken.
Selecteer een andere versie van de regeling waarmee u de huidige versie , inwerkinggetreden op , wilt vergelijken.
Vergelijken van "Tijdelijke subsidieregeling onderwijsondersteuners 2002", inwerkinggetreden op , met versie die inwerking is getreden op .
Doordat er een grote regeling is gekozen kan de vergelijking enkele minuten duren.
U kunt kiezen voor het toevoegen van de wetstechnische informatie aan de tekst.
U kunt kiezen in welk formaat de tekst geëxporteerd wordt.
U kunt de tekst inclusief afbeeldingen exporteren. De afbeeldingen worden dan met de tekst in een .zip-bestand geleverd
Via deze link kunt u meer informatie krijgen over de Europese richtlijn of verordening waarnaar in de tekst van de regeling verwezen wordt, inclusief de tekst daarvan. U wordt hiervoor doorgeleid naar EUR-LEX, de online databank van de Europese Unie waarin de Europese wetgeving is opgenomen.