Verordening op de Praktijkuitoefening (onderdeel Resultaatgerelateerde Beloning)

[Regeling vervallen per 01-01-2015.]
Geraadpleegd op 24-04-2024.
Geldend van 01-01-2014 t/m 31-12-2014

Verordening op de Praktijkuitoefening (onderdeel Resultaatgerelateerde Beloning)

Het College van Afgevaardigden van de Nederlandse Orde van Advocaten;

Overwegende,

- dat het gewenst is bij verordening regels te stellen betreffende de wijze van declareren;

- dat dergelijke regels reeds voor een deel onder woorden zijn gebracht in de Gedragsregels voor Advocaten 1992;

Gelet op de artikelen 26 en 28 van de Advocatenwet;

Gezien het ontwerp van de Algemene Raad met bijbehorende toelichting;

Gelet op het advies van de Overlegcommissie Gedragsregels;

Stelt de navolgende verordening vast:

Artikel 1

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a. advocaat:

    de in Nederland ingeschreven advocaat alsmede de advocaat bedoeld in artikel 16h van de Advocatenwet.

  • b. financiële resultaat:

    het totaal van de ontvangen hoofdsom, rente, kostenvergoedingen, inclusief vergoeding op grond van artikel 6:96 Burgerlijk Wetboek en (proces)kostenveroordelingen.

  • c. cliënt:

    de natuurlijke persoon die op basis van een overeenkomst van opdracht gebruik maakt van de door de advocaat te verlenen of verleende rechtsbijstand.

  • d. honorarium:

    de geldelijke vergoeding die de advocaat voor de door hem verleende rechtsbijstand toekomt op grond van de met de cliënt gesloten overeenkomst van opdracht.

  • e. specifieke kosten:

    in elk geval de reiskosten van de advocaat, kosten van medische adviezen en medische informatieverstrekking in opdracht van de advocaat, kosten in verband met toedrachtsonderzoeken of inschakeling van rekenbureaus, arbeidsdeskundigen en schade-experts in opdracht van de advocaat, kosten van getuigen en tolken, deurwaarderskosten, kosten van gerechtelijk of buitengerechtelijk tussen partijen benoemde deskundigen, het griffierecht, alsmede het bedrag van een eventuele kostenveroordeling van de rechtzoekende.

  • f. raad van toezicht:

    de raad van toezicht van het arrondissement waar de advocaat kantoor houdt.

Artikel 2

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

  • 1 Het staat de advocaat niet vrij overeen te komen, dat slechts bij het behalen van een bepaald gevolg honorarium in rekening wordt gebracht.

  • 2 De advocaat mag niet overeenkomen, dat het honorarium een evenredig deel zal bedragen van de waarde van het door zijn bijstand te bereiken gevolg, behoudens wanneer dit geschiedt met inachtneming van een binnen de advocatuur gebruikelijk en aanvaard incassotarief.

Artikel 3

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

  • 1 In afwijking van het bepaalde in artikel 2 is het een advocaat toegestaan om in letselschade- en overlijdensschadezaken, indien de aansprakelijkheid niet aanstonds is erkend of redelijkerwijs vast staat dan wel problemen van enige importantie in de sfeer van schade of causaliteit voorzienbaar zijn, een resultaatgerelateerd honorarium overeen te komen op de voorwaarde dat hij aan de rechtzoekende in het geheel geen honorarium in rekening brengt indien in het geheel geen financieel resultaat verkregen wordt.

  • 2 Een overeenkomst als bedoeld in het vorige lid mag door een advocaat alleen worden aangegaan met een rechtzoekende die niet in aanmerking komt voor, of die uitdrukkelijk afziet van, door de overheid gesubsidieerde rechtsbijstand.

  • 3 De advocaat komt door middel van een overeenkomst over het honorarium als bedoeld in het eerste lid van dit artikel met de rechtzoekende overeen dat zijn honorarium wordt bepaald op basis van zijn gebruikelijke uurtarief dat met ten hoogste 100 procent wordt verhoogd. Het maximale honorarium inclusief algemene kantoorkosten en BTW is daarbij niet hoger dan 25 procent van het feitelijk verkregen financiële resultaat. Specifieke kosten kunnen binnen deze honorariumafspraak voor rekening en risico van de rechtzoekende blijven en ongeacht enig verkregen financieel resultaat aan hem in rekening worden gebracht.

  • 4 Indien de betrokken advocaat met de rechtzoekende overeenkomt om alle specifieke kosten verbonden aan zijn behandeling van de zaak te voldoen en deze kosten slechts aan de rechtzoekende in rekening te brengen voor zover het te verkrijgen financiële resultaat daarvoor ruimte biedt, kan het in het derde lid van dit artikel bedoelde honorarium ten hoogste 35 procent van het feitelijk verkregen financiële resultaat bedragen. In dat geval is het de advocaat eveneens toegelaten om zijn gebruikelijke uurtarief met 150 procent te verhogen en mogen daarenboven toegewezen kostenvergoedingen aan de advocaat toekomen. Indien er op grond van de in dit lid gekozen wijze van beloning in het geheel geen financieel resultaat wordt behaald, blijven alle specifieke kosten voor rekening van de advocaat.

  • 5 Een overeenkomst als bedoeld in dit artikel is schriftelijk, wordt door beide partijen ondertekend en bevat in ieder geval:

    • a. een beschrijving van de opdracht;

    • b. het percentage van het uiteindelijke financiële resultaat dat volgens de overeenkomst geldt voor de berekening van het maximaal te declareren honorarium, de rechtvaardiging als bedoeld in het eerste lid voor het aangaan van de overeenkomst, een omschrijving van het redelijkerwijs te verwachten verloop van de zaak en het verwachte financiële resultaat, alsmede het overeengekomen uurtarief van de advocaat;

    • c. informatie over de mogelijkheid van door de overheid gesubsidieerde rechtsbijstand, van beroep op een particuliere rechtsbijstandverzekering en van honorering van de advocaat op basis van een te betalen uurtarief ongeacht de uitkomst van de zaak;

    • d. de vastlegging of de specifieke kosten voor risico van de rechtzoekende zijn of voor risico van de advocaat;

    • e. een risico-inschatting opgesteld door de advocaat, die verwijst naar de door de advocaat verstrekte schriftelijke informatie aan de cliënt betreffende zijn verwachting ten aanzien van de door hem te verrichten arbeid en de te maken kosten;

    • f. een regeling voor het geval de cliënt tussentijds de opdracht intrekt zonder concreet zicht op het beschreven te behalen resultaat, inhoudende de betaling van een redelijke vergoeding voor gewerkte uren en de betaling van gemaakte kosten;

    • g. een regeling voor het geval de cliënt tussentijds de opdracht intrekt met concreet zicht op het beschreven te behalen financiële resultaat;

    • h. een regeling, die ziet op de overdracht van de zaak aan een andere advocaat in geval van tussentijdse intrekking van de opdracht;

    • i. een bepaling dat de advocaat de rechtsbijstand slechts tussentijds kan beëindigen op grond van gewichtige redenen en met inachtneming van de daartoe noodzakelijke zorgvuldigheid, met bepaling van de wijze waarop in dat geval de honorering verloopt;

    • j. een bepaling dat zonder voorafgaande schriftelijke aanvaarding door de cliënt door de advocaat geen schikkingsovereenkomst met de wederpartij zal worden gesloten of een gerechtelijke procedure aanhangig zal worden gemaakt of zal worden beëindigd;

    • k. een bepaling waarin is vastgelegd dat de cliënt na het tekenen van de overeenkomst deze nog eenzijdig en zonder gevolgen kan teniet doen binnen een in de overeenkomst te bepalen redelijke bedenktijd.

  • 6 De advocaat die aan het experiment als bedoeld in deze verordening wil deelnemen, stelt alvorens beloningsafspraken te maken als bedoeld in dit artikel de raad van toezicht op de hoogte van zijn voornemen een beloningsafspraak in voormelde zin te maken. Voorts stuurt de advocaat, telkens wanneer hij met een cliënt een beloningsafspraak maakt in de zin van dit artikel, daarvan een kennisgeving aan de raad van toezicht.

  • 7 Uitsluitend ten behoeve van de evaluatie van het experiment houdt de advocaat gedurende de looptijd van het experiment een formulier bij met statistische gegevens omtrent het gebruik en het resultaat van de honorariumafspraken op basis van resultaatgerelateerde beloning. Het formulier wordt verstrekt door de raad van toezicht en dient door de advocaat telkens binnen twee maanden na afloop van elk kalenderjaar bij de raad van toezicht te worden ingeleverd.

Artikel 4

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

  • 1 Artikel 3 vervalt vijf jaar na inwerkingtreding, of kan worden ingetrokken zoveel eerder als blijkt dat genoemd artikel leidt tot misbruik of andere ongewenste effecten, waaronder begrepen excessieve declaraties.

  • 2 Artikel 3 blijft van toepassing op overeenkomsten aangegaan in de periode vanaf het moment van inwerkingtreding van deze verordening tot het in het eerste lid bedoelde tijdstip dan wel het moment van intrekking, zulks met uitzondering van de overeenkomsten die behoren tot de overeenkomsten die hebben geleid tot tussentijdse intrekking van artikel 3, bedoeld in het vorige lid.

  • 3 De advocaat die een of meer zaken op basis van deze verordening in behandeling heeft of heeft gehad, verstrekt alle informatie die de raad van toezicht van de advocaat vraagt ten behoeve van de beoordeling van de doeltreffendheid en de effecten van deze verordening, met dien verstande dat persoonsgegevens van de cliënt niet worden verstrekt.

  • 4 De raden van toezicht verstrekken alle informatie, die relevant is voor de beoordeling van de doeltreffendheid en de effecten van deze verordening aan de algemene raad.

Artikel 5

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

Deze verordening kan worden aangehaald als 'Verordening op de Praktijkuitoefening (onderdeel Resultaatgerelateerde Beloning)'.

Zij treedt in werking op een door de Algemene Raad nader te bepalen tijdstip.

Bij besluit van de Algemene Raad van 1 juli 2002 is de datum van inwerkingtreding van de verordening vastgesteld op 2 juli 2002.

Naar boven