Wijzigingsregeling Uitvoeringsregeling inkomstenbelasting 2001, enz. (2002)

Geraadpleegd op 18-04-2024.
Geldend van 01-01-2003 t/m heden

Wijzigingsregeling Uitvoeringsregeling inkomstenbelasting 2001, enz.

De Staatssecretaris van Financiën, voor zoveel nodig handelende in overeenstemming met de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en de Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer;

Gelet op de artikelen 1, 1.5, 3.20, 3.34, 3.36, 3.42, 3.42a, 3.52, 3.143, 3.145, 3.156, 3.157, 5.18a, 6.15, 6.17, 6.23, 6.26, 8.14, 8.21 en 10.10 van de Wet inkomstenbelasting 2001, de artikelen 8a, 13, 15b, 15c, 16b, 16c, 17, 18, 28, 29, 31 en 33 van de Wet op de loonbelasting 1964, artikel 12a van het Uitvoeringsbesluit loonbelasting 1965, de artikelen 6, 14 en 18 van de Wet vermindering afdracht loonbelasting en premie voor de volksverzekeringen, de artikelen 35b, 35c en 53b van de Successiewet 1956, de artikelen 2, vierde lid, 3 en 39 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen en de artikelen 5, 25, 26 en 42c van de Invorderingswet 1990,

Besluit:

Artikel IV

[Red: Wijzigt de Uitvoeringsregeling willekeurige afschrijving investeringsaftrek Nederlandse 2001.]

Artikel X. Overgangsrecht

  • 1 Met betrekking tot de afhandeling van bezwaar met betrekking tot een beschikking in de zin van artikel 3d, tweede lid, van de Ziekenfondswet, dat voor 1 juli 2001 is ingediend bij het hoofd van de eenheid Ondernemingen Enschede, treedt het hoofd van de eenheid waaronder de belastingplichtige valt in de plaats van het hoofd van de eenheid Ondernemingen Enschede.

Artikel XI. Inwerkingtreding

  • 1 Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2002.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De

Staatssecretaris

van Financiën,

W. Bos.

Naar boven