Bijlage 1C
[Regeling vervallen per 07-06-2003]
Deelprogramma (Re)integratie van arbeidsgehandicapten
[Regeling vervallen per 07-06-2003]
Het doel van dit deelprogramma is een bijdrage te leveren aan de verhoging en het
behoud van arbeidsparticipatie door mensen die als gevolg van ziekte, een functionele
stoornis of hun leeftijd (55+) beperkingen ondervinden in het uitvoeren van hun werk
en daardoor (gedeeltelijk) arbeidsongeschikt zijn of dreigen te raken. Om het doel
te bereiken is in dit deelprogramma gekozen voor de inzet van vernieuwende materiële
werkaanpassingen (persoonlijke hulpmiddelen, speciaal gereedschap, cursussen, aanpassingen
aan meubilair, aan machines of aan werkruimten of gebouwen), waarbij gebruik wordt
gemaakt van nieuwe of bestaande technologie. Voorstellen voor projecten moeten binnen
één van de volgende aandachtsgebieden passen:
-
optimalisering van de werkplek door individuele instelbaarheid of door afwisseling
in werkhouding en taken;
-
materiële werkaanpassingen ter ondersteuning van perceptie, cognitie en leren;
-
verbetering van de bereikbaarheid, toegankelijkheid en bruikbaarheid van de werkplek.
De drie aandachtsgebieden zijn ontleend aan het document 'Oplossingsrichtingen voor
nieuwe materiële werkaanpassingen' dat op 27 april 1999 is verschenen en uitgegeven
wordt in de publicatiereeks van het programma.
Om voor subsidie in aanmerking te komen dienen voorgestelde projecten te resulteren
in een werkend prototype van een innovatieve materiële werkaanpassing. Innovatief
houdt daarbij in dat een soortgelijk product (nog) niet verkrijgbaar is en ook (nog)
niet in ontwikkeling is. Om een goede afstemming van vraag en aanbod te waarborgen
dient een gebruikerstest deel uit te maken van de projectactiviteiten.
Voorgestelde projecten moeten zoveel mogelijk gericht zijn op de arbeids(re)integratie
van een relatief grote groep mensen met een (dreigende) arbeidshandicap. In het projectplan
dient onder meer een onderbouwde raming van mogelijke besparingen op uitgaven voor
sociale zekerheid te zijn opgenomen.
Materiële werkaanpassingen die universeel toepasbaar zijn en derhalve ook kunnen worden
ingezet voor mensen zonder handicap, hebben een pre (`design for all').
De projectindieners behoeven niet zelf ervaren of betrokken te zijn bij (re)integratieprocessen
van arbeidsgehandicapten. Hoe dan ook moet in de projectvoorstellen enige vorm van
samenwerking tot uitdrukking komen met intermediairs als patiëntenverenigingen, de
gehandicaptenraad, arbeidsbureaus, sectorraden, werkgeversverenigingen of arbodiensten.
Het deelprogramma wordt begeleid door een projectgroep waarin de Ministeries van Economische
Zaken, van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
deelnemen. Daarnaast zijn ook andere organisaties en functionarissen vertegenwoordigd,
zoals werkgevers- en werknemersorganisaties, uitvoerende instellingen op het terrein
van de sociale zekerheid, ergonomen en belangenorganisaties van chronisch zieken,
gehandicapten en ouderen.
Deze bijlage behoort bij de Regeling van de Minister van Economische Zaken van 15
augustus 2001, nr. WJZ 01035687, houdende uitvoering van de artikelen 2, tweede lid,
en 6, eerste en derde lid, van de Subsidieregeling programma technologie en samenleving.
De
Minister
van Economische Zaken,
A. Jorritsma-Lebbink