Instellingsbesluit Commissie Vleesindustrie

[Regeling vervallen per 01-01-2015.]
Geraadpleegd op 19-04-2024.
Geldend van 01-01-2001 t/m 31-12-2014

Instellingsbesluit Commissie Vleesindustrie

Het Bestuur van het Productschap Vee en Vlees, heeft,

Gezien de noodzaak van een interim voorziening in afwachting van de instelling van een Commissie ex artikel 88 A van de Wet op de Bedrijfsorganisatie voor de onderhavige sector,

op 13 december 2000 vastgesteld het navolgende;

Besluit:

Artikel 1

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

In dit besluit wordt verstaan onder:

  • a. productschap: het Productschap voor Vee en Vlees;

  • b. bestuur: bestuur van het productschap;

  • c. Commissie: de in artikel 2 bedoelde commissie;

  • d. Instellingsverordening: de Instellingsverordening Productschap voor Vee en Vlees.

Artikel 2

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

De Commissie heeft tot taak, met inachtneming van het bepaalde in de artikelen 3 en 4, met het oog op het specifieke karakter van de aangelegenheden betreffende de vleesindustrie:

  • gevraagd en ongevraagd het bestuur adviseren;

  • adviseren inzake de financiering van de commissie alsmede de ondersteunende secretariële en administratieve activiteiten door het productschap;

  • verordeningen voorbereiden ten behoeve van het bestuur ter bevordering van de kwaliteit van arbeid en arbeidsverhoudingen, ter bevordering van de kwaliteit van productie en de technische inrichting van ondernemingen;

  • ten behoeve van het bestuur (meerjarige) begrotingen formuleren inzake het benodigde budget voor de (mede) te financieren projecten en instellingen;

  • toezicht houden op de (mede)financiering van projecten en instellingen;

  • (bestemmings)heffingen voorbereiden te behoeve van het bestuur;

  • informatie verstrekken naar bedrijfsgenoten over nationale en internationale wetgeving;

  • extern overleg voeren in relatie met het taakgebied, bijvoorbeeld het streven naar oplossingen voor exportbelemmeringen met een veterinair karakter;

  • ondernemingen registreren/enquêteren, die zich bedrijfsmatig met de vleesbe- en verwerking bezig houden;

  • ondernemingen/werknemers adviseren en informeren over (het beleid ten aanzien van) arbeidsomstandigheden en opleidingen;

  • sociaal-economisch onderzoek en technisch vleesonderzoek (laten) verrichten.

Artikel 3

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

  • 1 De Commissie heeft tot taak, voor zover het het werkterrein van de vleesindustrie betreft, het bestuur van advies te dienen en zijn terzake dienende verordeningen en besluiten voor te bereiden.

  • 2 De Commissie doet het bestuur de door haar nodig geachte voordrachten tot het maken van verordeningen en andere besluiten voor zover deze haar werkterrein betreffen.

  • 3 Verordeningen en andere besluiten, waarvoor geen voordracht krachtens het eerste lid is gedaan, worden, indien zij naar het oordeel van het bestuur het werkterrein van de Commissie betreffen, niet vastgesteld dan nadat de Commissie in de gelegenheid is gesteld om haar advies uit te brengen. De Commissie heeft een termijn van drie weken om haar advies uit te brengen. Bij gebreke van of een te laat advies is het bestuur bevoegd bedoelde verordeningen en andere besluiten vast te stellen zonder advies van de Commissie.

Artikel 4

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

  • 1 Een verordening of een ander besluit strekkende tot het instellen of wijzigen van een heffing ten laste van de vleesindustrie bestemd voor doeleinden uitsluitend de geleding vleesindustrie betreffende, stelt het bestuur – tenzij naar zijn oordeel dringende redenen zich daartegen verzetten – slechts vast op voorstel van de Commissie.

  • 2 De commissie kan op het terrein van sociale aangelegenheden, op verzoek van de sociale partners in de vleesindustrie, ontwerp-(heffings)verordeningen voorstellen, die strekken tot regeling, ondersteuning of (mede)financiering van collectieve activiteiten van de gezamenlijke sociale partners, welke uitgevoerd worden onder verantwoordelijkheid van de commissie. De commissie kan deze activiteiten uitbesteden. De uitvoering en bekostiging van deze activiteiten door derden worden geregeld in een overeenkomst tussen het productschap, gehoord de commissie, en de uitvoerende partij.

  • 3 Het bestuur toetst de adviezen en voorgestelde ontwerp-verordeningen op marginale wijze op financiële en juridische gronden. Indien het bestuur voornemens is een uitgebracht advies, dan wel voorgestelde ontwerp-verordening niet te volgen, vindt eerste overleg plaats tussen het bestuur en de commissie ten einde een oplossing te vinden.

Artikel 5

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

De Commissie is als volgt samengesteld:

  • a. werknemersorganisaties:

    – FNV Bondgenoten

    3 leden

    3 plaatsvervangende leden

    – CNV BedrijvenBond

    2 leden

    2 plaatsvervangende leden

    – De Unie

    1 lid

    1 plaatsvervangend lid

  • b. werkgeversorganisatie:

    – Centrale Organisatie voor de Vleessector

    6 leden en 6 plaatsvervangende leden.

Artikel 6

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

  • 1 Aan de commissie kunnen adviserende leden worden toegevoegd.

  • 2 De voorzitter en de plaatsvervangende voorzitter van de commissie worden door het bestuur benoemd op aanbeveling van de commissie.

  • 3 Het secretariaat van de commissie wordt vervuld door een secretaris welke na overleg met de voorzitter van de Commissie wordt aangewezen door de voorzitter van het productschap.

Artikel 7

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

  • 1 De commissie vergadert zo vaak als de voorzitter van de commissie of ten minste drie leden dit nodig achten.

  • 2 De secretaris van de commissie roept de commissie bijeen met inachtneming van een termijn van ten minste één week. De bijeenroeping geschiedt door een schriftelijke mededeling, welke de agenda bevat.

Artikel 8

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

  • 1 De commissie kan werkgroepen instellen die haar bijstaan met betrekking tot haar werkzaamheden.

  • 2 Aan de subcommissies en werkgroepen kunnen adviseurs worden toegevoegd.

Artikel 9

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

  • 1 De commissie is bevoegd zonder tussenkomst van het bestuur advies uit te brengen aan de Rijksoverheid, Provincie, Gemeenten, Productschappen, Bedrijfschappen en Gemeenschappelijke lichamen ex 109, 110 Wet BO, een en ander voor zover het betreft aangelegenheden welke uitsluitend betrekking hebben op de vleesindustrie.

  • 2 De commissie adviseert gevraagd of ongevraagd aan andere organen van het Productschap dan het bestuur.

  • 3 De voorzitter van het productschap en de voorzitter van de commissie overleggen periodiek over het adviesbeleid, en het functioneren van de commissie in het kader van het productschap.

Artikel 10

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

  • 1 De leden van de commissie en de leden van subcommissies of werkgroepen zijn verplicht tot geheimhouding van alle aangelegenheden ten aanzien waarvan de commissie of de voorzitter van de commissie geheimhouding heeft opgelegd, of waarvan zij het vertrouwelijke karakter moeten begrijpen.

  • 2 Indien een lid van de commissie, subcommissie of werkgroep handelt in strijd met het in het eerste lid bepaalde kan dit lid door de voorzitter van het productschap, gehoord het Dagelijks bestuur van het productschap, na overleg met de commissie worden geschorst of ontslagen. Een zodanige beslissing wordt niet genomen dan nadat de betrokkene in de gelegenheid is gesteld zich terzake te verantwoorden.

Artikel 11

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

De voorzitter, de eventuele plaatsvervangende voorzitters en de leden van de Commissie ontvangen een vergoeding overeenkomstig het bepaalde in de Verordening Vergoedingen Bestuur, Dagelijks Bestuur en Commissies van het PVV.

Artikel 12

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2001.

Artikel 13

[Regeling vervallen per 01-01-2015]

Dit besluit kan worden geciteerd als ‘Instellingsbesluit Commissie Vleesindustrie’.

Voor het bestuur,

R.J. Tazelaar

voorzitter

S.B.M. Jongerius

secretaris

Naar boven