Wijzigingsbesluit Besluit hygiëne en veiligheid zwemgelegenheden (uitbreiding tot [...] onderscheid tussen de verschillende typen bassins, enz.)

[Regeling materieel uitgewerkt per 31-12-2005.]
Geraadpleegd op 28-03-2024.
Geldend van 01-12-2000 t/m heden

Besluit van 1 november 2000, houdende wijziging van het Besluit hygiëne en veiligheid zwemgelegenheden (uitbreiding tot badinrichtingen, onderscheid tussen de verschillende typen bassins, wijziging van de normen voor zwem- en badwater, voorschriften ter preventie van legionellabesmetting, wijziging van de citeertitel)

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer van 23 februari 2000, nr. MJZ2000020590, Centrale Directie Juridische Zaken, Afdeling Wetgeving;

Gelet op de artikelen 1, 3, 4 en 10a, derde lid juncto eerste lid, van de Wet hygiëne en veiligheid badinrichtingen en zwemgelegenheden;

De Raad van State gehoord (advies van 28 april 2000, nr. W08.00.0075/V);

Gezien het nader rapport van Onze Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer van 25 oktober 2000, nr. MJZ 2000127896, Centrale Directie Juridische Zaken, Afdeling Wetgeving;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Artikel III

Artikel IV

Ten aanzien van badinrichtingen die reeds bestaan op het tijdstip waarop dit besluit in werking treedt, wordt een risicoanalyse als bedoeld in artikel 2a, tweede lid, van het Besluit hygiëne en veiligheid badinrichtingen en zwemgelegenheden, alsmede een daarop gebaseerd beheersplan als bedoeld in artikel 2b, eerste lid, van genoemd besluit, voor de eerste maal uitgevoerd respectievelijk opgesteld binnen een jaar na de inwerkingtreding van dit besluit, dan wel binnen zes maanden na dat tijdstip indien het betreft een badinrichting die uitsluitend of in hoofdzaak toegankelijk is voor de in artikel 1a, onder b, van genoemd besluit bedoelde personen.

Artikel VI

De artikelen van dit besluit treden in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip, dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

's-Gravenhage, 1 november 2000

Beatrix

De Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,

J. P. Pronk

Uitgegeven de zestiende november 2000

De Minister van Justitie,

A. H. Korthals

Naar boven