IJkregeling kilowattuurmeters

[Regeling vervallen per 01-02-2007.]
Geraadpleegd op 29-03-2024.
Geldend van 24-12-2000 t/m 31-01-2007

Hoofdstuk 1. Inleidende bepalingen

[Regeling vervallen per 01-02-2007]

Artikel 1

[Regeling vervallen per 01-02-2007]

In deze regeling wordt verstaan onder:

wet:

de IJkwet;

besluit:

het Besluit kilowattuurmeters;

inductiekilowattuurmeters:

de kilowattuurmeters, bedoeld in artikel I, onder b, van het besluit;

statische kilowattuurmeters:

de kilowattuurmeters, bedoeld in artikel I, onder c, van het besluit;

onderzoek tot toelating van een model: het onderzoek, bedoeld in artikel 11, tweede lid, van de wet;

keuring:

de keuring, bedoeld in artikel 10, eerste lid, van de wet;

herkeuring:

de herhaalde keuring, bedoeld in artikel 11, vierde lid, van de wet;

toezicht:

het onderzoek, bedoeld in artikel 5:18 van de Algemene wet bestuursrecht;

verklaring van toelating: de verklaring, bedoeld in artikel 11a, tweede lid, van de wet;

energie:

een elektrische energie;

spanning:

een elektrische spanning;

stroom of I:

een elektrische stroom;

basisstroom of Ib:

de waarde van de stroom, afhankelijk waarvan de waarde van bepaalde kenmerken van de kilowattuurmeter wordt vastgesteld;

maximale stroom of Imax:

de grootste stroom, waarbij de kilowattuurmeter nog moet voldoen aan de voorschriften van deze regeling;

referentiespanning of Uref:

de waarde van de spanning, waarbij de waarde van bepaalde kenmerken van de kilowattuurmeter wordt vastgesteld;

testuitgang:

de inrichting, aangebracht in een statische kilowattuurmeter, geschikt voor het onderzoek van de kilowattuurmeter op de meetnauwkeurigheid;

meterconstante:

het getal, dat de betrekking aangeeft tussen de door de kilowattuurmeter geregistreerde energie enerzijds en het daarmede corresponderende aantal omwentelingen van de rotor of aantal impulsen op de testuitgang van die meter anderzijds;

arbeidsfactor:

de verhouding van het werkelijke vermogen tot het schijnbare vermogen, welke nader wordt aangeduid door ’inductief’ onderscheidenlijk ’capacitief’, indien de stroom na- onderscheidenlijk voorijlt ten opzichte van de spanning;

registratiesignalering:

een zichtbare signalering, dat registratie van energie plaatsvindt;

nauwkeurigheidsklasse:

het getal, dat de maximaal toelaatbare fout bij keuring aangeeft bij alle waarden van de stroom tussen 0,1 Ib en Imax en een arbeidsfactor 1, dan wel draaistroomkilowattuurmeters bij symmetrische belasting, en onder de omstandigheden, bedoeld in artikel 11.

Artikel 2

[Regeling vervallen per 01-02-2007]

  • 1 De bepalingen van deze regeling moeten wat betreft kilowattuurmeters in acht worden genomen bij:

Artikel 2a

[Regeling vervallen per 01-02-2007]

Met de kilowattuurmeters die de in artikel 10, eerste lid, van de wet, bedoelde keuring hebben ondergaan, worden gelijkgesteld kilowattuurmeters, die in een andere lid-staat van de Europese Unie dan wel in een andere staat van de Europese Economische Ruimte rechtmatig zijn geproduceerd of in de handel zijn gebracht en die door een gelijkwaardige, door die andere staat erkende instantie zijn gekeurd, mits bij die keuringen aan gelijkwaardige eisen is voldaan.

Hoofdstuk 2. Technische voorschriften

[Regeling vervallen per 01-02-2007]

Artikel 3

[Regeling vervallen per 01-02-2007]

De samenstelling van een kilowattuurmeter moet waarborgen bieden tegen willekeurige verandering van de meeteigenschappen.

Artikel 4

[Regeling vervallen per 01-02-2007]

  • 1 Een kilowattuurmeter moet zijn voorzien van een stofdicht meterhuis van voldoende mechanische sterkte, dat zodanig moet kunnen worden verzegeld, dat het inwendige van de kilowattuurmeter slechts bereikbaar is na verbreking van de verzegeling.

  • 2 Het meterhuis moet zodanig zijn samengesteld, dat de aanwijzing van de geregistreerde energie, de registratiesignalering en de in artikel 24 genoemde aanduidingen onbelemmerd kunnen worden waargenomen.

Artikel 5

[Regeling vervallen per 01-02-2007]

  • 1 De aansluiting van een kilowattuurmeter moet zodanig zijn uitgevoerd, dat een eenvoudige mogelijkheid aanwezig is om de kilowattuurmeter ter plaatse van de opstelling te onderzoeken.

  • 2 De aansluiting mag slechts bereikbaar zijn na verbreking van een afzonderlijke verzegeling.

Artikel 7

[Regeling vervallen per 01-02-2007]

  • 1 De aanwijzing van de gemeten energie moet plaatsvinden in kilowattuur en moet geschieden door middel van een mechanisch of elektronisch werkende aanwijsinrichting, die een duidelijke en ondubbelzinnige aflezing waarborgt.

  • 2 De aanwijsinrichting moet zoveel elementen bevatten, dat, uitgaande van de stand 0, de energie kan worden geregistreerd, die overeenkomt met een belasting van de kilowattuurmeter gedurende ten minste 1500 uur met de maximale stroom bij de referentiespanning en een arbeidsfactor 1.

  • 3 De kleinste becijferde afleeseenheid moet 1 kWh zijn.

  • 4 Voor testdoeleinden moet de mogelijkheid aanwezig zijn om een uitlezing te realiseren in eenheden van 0,1 kWh.

Artikel 8

[Regeling vervallen per 01-02-2007]

Bij onderbreking van de spanning mag de aanwijzing van geregistreerde energie wegvallen. Het interne geheugen moet de informatie ten minste zo lang vasthouden, dat bij inschakelen van de spanning binnen een periode van 14 maanden, deze aanwijzing automatisch wordt hersteld.

Artikel 9

[Regeling vervallen per 01-02-2007]

Een kilowattuurmeter moet zijn voorzien van een registratiesignalering, die het mogelijk maakt direct vast te stellen of registratie van energie plaatsvindt.

Artikel 10

[Regeling vervallen per 01-02-2007]

  • 1 De controle van de meeteigenschappen van een kilowattuurmeter moet op eenvoudige wijze met de daarvoor geëigende middelen kunnen worden uitgevoerd, zonder dat daarvoor de verzegeling van het metende gedeelte behoeft te worden verbroken.

  • 2 Bij een meetduur van niet meer dan 4 minuten, bij een stroom van ten minste 0,1 I

Artikel 11

[Regeling vervallen per 01-02-2007]

De maximaal toelaatbare fouten voor kilowattuurmeters gelden onder de navolgende omstandigheden van onderzoek:

  • a. omgevingstemperatuur: de op de kilowattuurmeter vermelde referentietemperatuur dan wel, indien deze vermelding ontbreekt, 23 °C;

  • b. opstelling van de kilowattuurmeter: verticaal;

  • c. spanning: referentiespanning;

  • d. frequentie: de op de kilowattuurmeter vermelde referentiefrequentie;

  • e. golfvorm van spanning en stroom: sinusvormig;

  • f. extern magnetisch veld: de invloed hiervan moet zijn uitgesloten;

  • g. thermisch evenwicht: een of meer spanningsketens van de kilowattuurmeter, tevoren gedurende 1 uur aangesloten op de referentiespanning; een of meer stroomketens, zolang stroomvoerend, dat verandering van de fout in 20 minuten als gevolg van thermische effecten niet meer bedraagt dan 0,1 maal de bij de desbetreffende meting geldende maximaal toelaatbare fout of maximaal toelaatbare verschuiving van de miswijzing.

Artikel 12

[Regeling vervallen per 01-02-2007]

De maximaal toelaatbare fouten voor inductiekilowattuurmeters, uitgedrukt in procenten van de werkelijke waarde van de gemeten energie, bedragen:

  • a. bij wisselstroomkilowattuurmeters en bij draaistroomkilowattuurmeters bij symmetrische belasting:

       

    Maximaal toelaatbare fouten

    bij een stroom van

    arbeidsfactor

    bij het onderzoek tot

    toelating van een

    model en de keuring

    bij de herkeuring, het

    onderzoek, bedoeld in

    artikel 16, eerste lid, van de

    wet en het toezicht

    0,05 Ib

    1

    2,5

    5

    0,1 Ib tot Imax

    1

    2

    4

    0,1 Ib

    0,5 inductief

    2,5

    5

    0,2 Ib tot Imax

    0,5 inductief

    2

    4

  • b. bij draaistroomkilowattuurmeters, bij aansluiting op een symmetrisch draaistroomsysteem, met slechts één fase belast:

       

    Maximaal toelaatbare fouten

    bij een stroom van

    arbeidsfactor

    bij het onderzoek tot

    toelating van een

    model en de keuring

    bij de herkeuring, het

    onderzoek, bedoeld in

    artikel 16, eerste lid, van de

    wet en het toezicht

    0,2 Ib tot Ib

    1

    3

    6

    Ib

    0,5 inductief

    3

    6

Artikel 13

[Regeling vervallen per 01-02-2007]

De maximaal toelaatbare fouten voor statische kilowattuurmeters, uitgedrukt in procenten van de werkelijke waarde van de gemeten energie, bedragen:

  • a. bij wisselstroomkilowattuurmeters en bij draaistroomkilowattuurmeters bij symmetrische belasting:

    Maximaal toelaatbare fouten bij het onderzoek tot bij de herkeuring, het toelating van een onderzoek, bedoeld in model en de keuring artikel 16, eerste lid, van de wet en het toezicht

    0 tot 0,05 I 1

    de absolute waarde van de fout, overeen komend met de maximaal toelaatbare

    relatieve fout bij 0,05 Ib, met inachtneming

    van artikel 14

       

    Maximaal toelaatbare fouten

       

    bij het onderzoek tot

    toelating van een

    model en de keuring

    bij de herkeuring, het

    onderzoek, bedoeld in

    artikel 16, eerste lid, van de

    wet en het toezicht

    bij een stroom van

    arbeidsfactor

    nauwkeurigheidsklasse

       

    1

    2

    1

    2

    0,05 Ib

    1

    1,2

    2,5

    2,5

    5

    0,1Ib tot Imax

    1

    1

    2

    2

    4

    0,1 Ib

    0,5 inductief

    1,2

    2,5

    2,5

    5

    0,1 Ib

    0,8 capacitief

    1,2

    -

    2,5

    -

    0,2Ib tot Imax

    0,5 inductief

    1

    2

    2

    4

    0,2Ib tot Imax

    0,8 capacitief

    1

    -

    2

    -

  • b. bij draaistroomkilowattuurmeters, bij aansluiting op een symmetrisch draaistroomsysteem, met slechts één fase belast:

       

    Maximaal toelaatbare fouten

       

    bij het onderzoek tot

    toelating van een

    model en de keuring

    bij de herkeuring, het

    onderzoek, bedoeld in

    artikel 16, eerste lid, van de

    wet en het toezicht

    bij een stroom van

    arbeidsfactor

    nauwkeurigheidsklasse

       
       

    1

    2

    1

    2

    0,1 Ib tot Imax

    1

    1

    2

    2

    4

    0,2 Ib tot Imax

    0,5 inductief

    1

    2

    2

    4

Artikel 14

[Regeling vervallen per 01-02-2007]

  • 1 Bij het onderzoek tot toelating van een model en de keuring mag bij een of meer open stroomketens, bij een spanning tussen 80% en 110% van U

  • 2 Bij de herkeuring, het onderzoek, bedoeld in artikel 16, eerste lid, van de wet en het toezicht moet aan het bepaalde in het eerste lid worden voldaan:

    • a. bij inductiekilowattuurmeters bij een stroom in de stroomketens, gelijk aan 0,1% van Iben bij Uref;

    • b. bij statische kilowattuurmeters met open stroomketens en bij een spanning tussen 80% en 110% van Uref.

  • 3 Bij inductiekilowattuurmeters mag onder de omstandigheden, bedoeld in het eerste en tweede lid, de rotor geen volledige omwenteling maken.

  • 4 Bij statische kilowattuurmeters mag een inrichting zijn ingebouwd, die registratie van energie verhindert tot een belasting van ten hoogste 0,5% van I

Artikel 15

[Regeling vervallen per 01-02-2007]

  • 1 Bij het onderzoek tot toelating van een model en de keuring van inductiekilowattuurmeters moet bij een belasting van ten hoogste 0,6% van Ib, bij Uref en een arbeidsfactor 1 de oorspronkelijk stilstaande rotor in beweging komen en blijven lopen.

  • 2 Bij de herkeuring, het onderzoek, bedoeld in artikel 16, eerste lid, van de wet en het toezicht moet bij een belasting van ten hoogste 0,8% van Ib aan het bepaalde in het eerste lid worden voldaan.

  • 3 Aan het bepaalde in het eerste lid moet tevens worden voldaan bij kilowattuurmeters met een rollentelwerk, indien de snelst draaiende rol de volgende aandrijft.

  • 4 Voor draaistroomkilowattuurmeters geldt het eerste lid bij symmetrische belasting.

Artikel 16

[Regeling vervallen per 01-02-2007]

  • 1 De invloed van de eigen verwarming van een kilowattuurmeter op de fout wordt bepaald door het verschil dat optreedt in de fout bij meting direct na het inschakelen van de stroom ten opzichte van een tweede meting ten minste één uur na het inschakelen van de stroom. Slechts bij de tweede meting moet worden gewacht totdat het thermisch evenwicht is bereikt. Voor de meetprocedure moet de kilowattuurmeter ten minste één uur op spanning zijn aangesloten.

  • 2 De maximaal toelaatbare fouten als gevolg van de invloed van de eigen verwarming van een kilowattuurmeter, uitgedrukt in procenten van de werkelijke waarde van de gemeten energie, bedragen voor statische kilowattuurmeters van nauwkeurigheidsklasse 1 en voor inductiekilowattuurmeters en statische kilowattuurmeters van nauwkeurigheidsklasse 2:

       

    Maximaal toelaatbare fouten

    bij een stroom van

    arbeidsfactor

    statische

    kilowattuurmeters

    nauwkeurigheids

    inductiekilowattuurmeters

    en statische kilowattuur-

    meters nauwkeurigheids-

       

    klasse 1

    klasse 2

    Imax

    1

    0,5

    1

    Imax

    0,5 inductief

    0,7

    1,5

Artikel 17

[Regeling vervallen per 01-02-2007]

Veranderingen van de in artikel 11 genoemde omstandigheden van onderzoek, ter grootte als vermeld in de onderstaande tabel, mogen geen grotere verschuiving van de miswijzing van statische kilowattuurmeters van nauwkeurigheidsklasse 1 en van inductiekilowattuurmeters en statische kilowattuurmeters van nauwkeurigheidsklasse 2 ten gevolge hebben dan in die tabel in procenten van de werkelijke waarde van de gemeten energie is aangegeven:

Verandering

van

Grootte van

van de

verandering

Bij een

stroom van

Arbeidsfactor

Verschuiving van de

miswijzing

       

Statische

kilowatt

meters

Inductiekilo

wattuurs-

meters en

statische

kilowattuur-

meters

       

nauwkeurig-

nauwkeurig-

       

heidsklasse 1

heidsklasse 2

omgevings-

20°C

0,1 Ib tot Imax

1

1

2

temperatuur

 

0,2 Ib tot Imax

0,5 inductief

1,5

3

opstelling van

0,05 Ib

1

-

3

de kilowattuur-

 

Ib en Imax

1

-

1

meter

         

spanning

10%

0,1 Ib

1

0,7

1,5

   

0,5 Imax

l

0,5

1

   

0,5 Imax

0,5 inductief

0,7

1,5

frequentie

5%

0,1 Ib

1

0,7

1,5

   

0,5 Imax

1

0,5

1,3

   

0,5 Imax

0,5 inductief

0,7

1,5

golfvorm

10% x 3e)

Ib

1

0,4

0,8

 

harmonische

       
 

in stroomketen(s)

       

magnetische

0,5 mT

Ib

1

1,5

3

fluxdichtheid

         

van een

         

extern veld

         

omgekeerde

-

0,5 Ib tot Imax

1

0,7

1,5

fasevolgorde

 

0,5 Ib

1

1

2

   

enkelzijdig

     

Artikel 18

[Regeling vervallen per 01-02-2007]

In aanvulling op artikel 17 is op statische kilowattuurmeters voorts de onderstaande tabel van toepassing:

Verandering

van

Grootte van

de verande-

ring

bij een

stroom van

arbeidsfactor

verschuiving van de miswijzing

       

nauwkeurig-

nauwkeurig-

       

heidsklasse 1

heidsklasse 2

omgevings-

40 °C

0,1 Ib tot Imax

1

3

6

temperatuur

 

0,2 Ib tot Imax

0,5 inductief

4,5

9

gelijkstroom-

5% van de

0,05Ib tot Imax

1

0,5

1

component

ingestelde

       

in stroom-

stroomonder-

       

keten(s)

breking

Ib

1

2

4

onbalans in

onderbreking

       

spanning

van 1 of 2

       
 

fasen of de

       
 

nulleider

       

Artikel 19

[Regeling vervallen per 01-02-2007]

  • 1 In aanvulling op artikel 17 geldt voorts dat de verschuiving van de miswijzing van statische kilowattuurmeters bij referentiespanning en een stroom van Ib en een arbeidsfactor 1 worden onderzocht in een elektromagnetisch veld met een veldsterkte van 3 V/m.

  • 2 Het onderzoek wordt uitgevoerd overeenkomstig IEC-publicatie 801-3, 1984.

  • 3 De frequentie van het HF-veld wordt bij het onderzoek over het gebied van 27 MHz tot 500 MHz doorlopen, waarbij het HF-signaal voor 50% is gemoduleerd met een blokspanning van 1 kHz.

  • 4 De veranderingen mogen geen grotere verschuiving van de miswijzing van statische kilowattuurmeters van nauwkeurigheidsklasse 1 respectievelijk nauwkeurigheidsklasse 2 ten gevolge hebben dan 0,5% respectievelijk 1% van de werkelijke waarde van de energie.

Artikel 20

[Regeling vervallen per 01-02-2007]

  • 1 In aanvulling op artikel 17 geldt voorts dat de verschuiving van de miswijzing van statische kilowattuurmeters wordt onderzocht onder de navolgende verstoringen in de spanning:

    • a. kortdurende spanningsonderbreking: gedurende 10 halve aaneengesloten perioden wordt de spanning op 0 V gebracht; deze spanningsreductie vindt 10 maal plaats waarbij het tijdsinterval tussen twee spanningsreducties ten minste 10 seconden bedraagt;

    • b. serie van spanningspieken (burstsignaal): elke spannings- en stroomketen wordt blootgesteld aan ten minste 10 series positieve en ten minste 10 series negatieve spanningspieken volgens de navolgende specificatie:

      • piekspanning: 1000 V

      • stijgtijd: 5 ns

      • piekbreedte: 50 ns

      • piekafstand: 200 ms

      • burstduur: 15 ms

      • burstafstand: 300 ms.

  • 2 Het signaal, bedoeld in het eerste lid, onder b, wordt toegevoerd aan de ketens die aangesloten zijn of bestemd zijn om aangesloten te zijn op de netspanning op de volgende wijze:

    • a. tussen beide leidingen van een keten;

    • b. tussen een leiding van een keten en aarde;

    • c. tussen twee onafhankelijke ketens.

  • 3 De veranderingen mogen geen grotere verschuiving van de miswijzing van statische kilowattuurmeters van nauwkeurigheidsklasse 1 respectievelijk nauwkeurigheidsklasse 2 ten gevolge hebben dan:

    • a. bij een stroom van Ib en een arbeidsfactor 1: 1,5% respectievelijk 3% van de werkelijke waarde van de energie;

    • b. bij een stroom van 0: 0% van de werkelijke waarde van de energie.

  • 4 Bij de bepaling van de maximaal toelaatbare fout moet worden gecorrigeerd voor de eventuele feitelijke verandering van de te meten energie. Bij Ib= 0 mag, met inachtneming van het bepaalde in de eerste volzin, geen registratie plaatsvinden.

Artikel 21

[Regeling vervallen per 01-02-2007]

  • 1 Kilowattuurmeters moeten zodanig zijn opgebouwd, dat de verschuiving van de miswijzing als gevolg van veroudering gering is.

  • 2 Statische kilowattuurmeters voldoen aan het bepaalde in het eerste lid, indien de verschuiving van de miswijzing niet meer verandert dan in onderstaande tabel is aangegeven.

    Meetomstandigheden

    Duur (in dagen)

    Verschuiving van de miswijzing (in %)

       

    nauwkeurigheidsklasse

       

    1

    2

    I max

    10

    0,05

    0,1

    omgevingstemperatuur 55 °C

         
  • 3 Indien de in het tweede lid bedoelde grenzen worden overschreden met niet meer dan een factor 2, moet de meting worden herhaald. De verschuiving van de miswijzing als gevolg van veroudering is te groot, indien bij de tweede meting opnieuw de in de tabel opgenomen grenzen worden overschreden.

Artikel 22

[Regeling vervallen per 01-02-2007]

Het opgenomen vermogen respectievelijk het schijnbaar opgenomen vermogen in spanningsketens en stroomketens mag onder de in onderstaande tabel vermelde omstandigheden niet meer bedragen dan de in die tabel aangegeven waarden:

Meetomstandigheden

In spanningsketens

Instroomketens

 

opgenomen

schijnbaar

schijnbaar

 

vermogen

opgenomen

opgenomen vermogen

   

vermogen

 

Inductiekilowattuurmeter

2 W

8 VA

2,5 VA

Uref en Ib

     

Statische kilowattuurmeter

3 W

12 VA

5 VA

Uref en l max

     

Artikel 23

[Regeling vervallen per 01-02-2007]

  • 1 Een kilowattuurmeter moet in staat zijn een stroom te geleiden volgens de specificaties in onderstaande tabel. Daarbij is de spanningsketen aangesloten op de referentiespanning en is de belasting niet inductief.

    Stroom

    Stroomsterkte

    Tijdsduur

    Imax= 140 A of minder

    50 x Imax

    gedurende 1 ms groter dan 25 x Imax

    Imax = meer dan 140 A

    7000 A

    gedurende 1 ms groter dan 3500 A

  • 2 Na de proef wordt de kilowattuurmeter belast met de basisstroom en referentiespanning en een arbeidsfactor 1. Na het bereiken van thermisch evenwicht mag de miswijzing niet meer dan 0,7% voor statische kilowattuurmeters van nauwkeurigheidsklasse 1 en niet meer dan 1,5% voor inductiekilowattuurmeters en statische kilowattuurmeters van nauwkeurigheidsklasse 2 zijn veranderd ten opzichte van de miswijzing, vastgesteld onder dezelfde omstandigheden voor de proef.

Artikel 24

[Regeling vervallen per 01-02-2007]

Op elke kilowattuurmeter moeten, hetzij direct, hetzij door middel van een plaat, die vast aan de kilowattuurmeter is verbonden, zijn vermeld:

  • a. het nummer van de betrokken verklaring van toelating;

  • b. de identificatie van de fabrikant;

  • c. het jaar, waarin de kilowattuurmeter is vervaardigd, en het fabrieksnummer;

  • d. een type-aanduiding van de kilowattuurmeter;

  • e. het aantal fasen en het aantal geleiders van het net, waarop de kilowattuurmeter bestemd is te worden aangesloten; deze vermelding kan geschieden door middel van de symbolen, vastgelegd in de norm NEN 10521 (eerste druk, februari 1977);

  • f. de referentiespanning;

  • g. de basisstroom en de maximale stroom;

  • h. de frequentie van spanning en stroom in het net, waarop de kilowattuurmeter bestemd is te worden aangesloten;

  • i. de meterconstante, bij inductiekilowattuurmeters uitgedrukt in wattuur per omwenteling of in omwentelingen per kilowattuur en bij statische kilowattuurmeters uitgedrukt in wattuur per impuls of in impulsen per kilowattuur;

  • j. de nauwkeurigheidsklasse, uitsluitend voor zover het statische kilowattuurmeters betreft;

  • k. elke andere aanduiding, welke in verband met de identificatie, de samenstelling of de werking van de kilowattuurmeter door de ijkinstelling noodzakelijk wordt geacht, als aangegeven in de verklaring van toelating.

Hoofdstuk 2a. Statistisch onderzoek

[Regeling vervallen per 01-02-2007]

Artikel 24a

[Regeling vervallen per 01-02-2007]

In dit hoofdstuk wordt verstaan onder:

partij:

een partij als bedoeld in artikel 3, eerste lid, van het Besluit statistisch onderzoek IJkwet;

steekproef:

een aantal kilowattuurmeters dat aselect uit een partij is getrokken;

spreidingsbreedte (w):

het verschil tussen de grootste en kleinste waarde in de steekproef.

keuring op attributen:

een keuring waarbij de waarden van bepaalde kenmerken van de meter in de steekproef worden vastgesteld, waarbij deze waarden worden gerangschikt naar het al dan niet overeenstemmen met de eisen en waarbij het aantal fouten wordt geteld dat als basis dient voor de beoordeling van de partij;

keuring op variabelen:

een keuring waarbij de waarden van bepaalde kenmerken van de meter in de steekproef worden gemeten ten opzichte van een continue schaalverdeling en waarbij hun gemiddelde waarde en de standaardafwijking als basis dienen voor de beoordeling van de partij;

goedkeurcriterium:

het grootste aantal foutieve kilowattuurmeters in een bepaalde steekproef waarbij de partij nog wordt goedgekeurd;

afkeurcriterium:

het kleinste aantal foutieve kilowattuurmeters in een bepaalde steekproef waarbij de partij wordt afgekeurd.

Artikel 24b

[Regeling vervallen per 01-02-2007]

Een partij bestaat uit ten minste 100 en ten hoogste 1000 kilowattuurmeters.

Artikel 24c

[Regeling vervallen per 01-02-2007]

  • 1 De keuring en de herkeuring van een partij kilowattuurmeters vinden plaats door middel van de keuring op attributen volgens het enkelvoudig steekproefschema, vermeld in artikel 24d, eerste lid.

  • 2 In afwijking van het eerste lid worden de kilowattuurmeters:

    • a. met betrekking tot de maximaal toelaatbare fouten onderzocht door middel van de keuring of herkeuring op variabelen, vermeld in artikel 24e;

    • b. met betrekking tot de voorschriften, gegeven in de artikelen 14 en 15, onderzocht door middel van de keuring of herkeuring op attributen volgens het dubbel steekproefschema, vermeld in artikel 24d, tweede lid.

  • 3 De fouten van de kilowattuurmeters dienen te voldoen aan de voorschriften met betrekking tot de normale verdeling, gegeven in artikel 24f.

Artikel 24d

[Regeling vervallen per 01-02-2007]

  • 1 Keuring op attributen volgens het enkelvoudig steekproefschema dient te worden uitgevoerd volgens onderstaande tabel.

    Partijgrootte

    100 < N < 500

    501 < N < 1000

    grootte steekproef

    30

    40

    - goedkeurcriterium

    0

    0

    - afkeurcriterium

    1

    1

  • 2 Keuring op attributen volgens het dubbel steekproefschema dient te worden uitgevoerd volgens onderstaande tabel.

    Partijgrootte

    100 < N < 500

    501 < N < 1000

    grootte eerste steekproef

    30

    40

         

    - goedkeurcriterium

    0

    0

    - afkeurcriterium

    2

    2

         

    grootte tweede steekproef

    30

    40

         

    - goedkeurcriterium eerste

    1

    2

    en tweede steekproef samen

       

    - afkeurcriterium eerste

       

    en tweede steekproef samen

    2

    3

Artikel 24e

[Regeling vervallen per 01-02-2007]

  • 1 Bij de keuring op variabelen is de steekproefgrootte afhankelijk van de partijgrootte zoals aangegeven in onderstaande tabel.

    Partijgrootte

    100 < N < 500

    501 < N < 1000

    grootte steekproef

    30

    40

  • 2 Het steekproefgemiddelde wordt berekend volgens onderstaande formule.

    Bijlage 41644.png

    met: x steekproefgemiddelde

    n steekproefgrootte

    xiwaarde van meter i

  • 3 De standaardafwijking wordt berekend volgens onderstaande formule.

    Bijlage 41645.png

    met: s standaardafwijking

    x steekproefgemiddelde

    n steekproefgrootte

    xi waarde van meter i

  • 4 Het beproevingsresultaat wordt als voldoende beschouwd indien de beide grootheden en s gelijktijdig voldoen aan de volgende drie vergelijkingen:

    (1) x + k.s < + T

    (2) - k.s > - T

    (3)s < sadm

    met: k een factor afhankelijk van de

    x steekproefgrootte

    s standaardafwijking

    sadm toelaatbare spreiding

    T maximaal toelaatbare fout zoals vermeld in de artikelen 12 en 13

    steekproefgemiddelde

    De waarden van k en sadmzijn vermeld in onderstaande tabel.

    n

    k

    s adm

       

    2T

    30

    1,86

    0,23

    40

    1,89

    0,23

Artikel 24f

[Regeling vervallen per 01-02-2007]

De fouten van de kilowattuurmeters in een partij worden geacht normaal verdeeld te zijn, indien het quotiënt van de spreidingsbreedte (w) en de standaardafwijking (s) valt tussen de grenzen, vermeld in onderstaande tabel.

Partijgrootte

100 < N < 500

501 < N < 1000

grootte

   

steekproef

30

40

bovengrens

   

w/s

4,70

4,96

ondergrens

   

w/s

3,59

3,79

Artikel 24g

[Regeling vervallen per 01-02-2007]

De keuring wordt niet voltooid indien het voortzetten van de keuring geen invloed meer kan hebben op de beslissing tot afkeuren van een partij, tenzij de aanbieder verzoekt de keuring te voltooien.

Hoofdstuk 3. Overgangs- en slotbepalingen

[Regeling vervallen per 01-02-2007]

Artikel 25

[Regeling vervallen per 01-02-2007]

In afwijking van het bepaalde in hoofdstuk 2 geldt dat kilowattuurmeters, die

  • a. zijn vervaardigd overeenkomstig een model dat voor 1 mei 1989 is goedgekeurd, of

  • b. zijn vervaardigd overeenkomstig een toegelaten model dat is onderzocht overeenkomstig de bepalingen van de IJkbeschikking, zoals deze luidden tot 1 mei 1989,

    bij de keuring, de herkeuring, het onderzoek, bedoeld in artikel 16, eerste lid, van de wet en het toezicht moeten voldoen aan de bepalingen van de IJkbeschikking, zoals deze luidden tot 1 mei 1989.

Artikel 26

[Regeling vervallen per 01-02-2007]

Na de inwerkingtreding van deze regeling berusten de krachtens de IJkregeling kilowattuurmeters (Stcrt. 1989, 81) vastgestelde besluiten op deze regeling.

Artikel 28

[Regeling vervallen per 01-02-2007]

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Artikel 29

[Regeling vervallen per 01-02-2007]

Deze regeling kan worden aangehaald als: IJkregeling kilowattuurmeters.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 12 december 1997

De

Minister

van Economische Zaken,

G.J. Wijers

Naar boven