Wet van 4 juli 1996, houdende wijziging van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk
onderzoek in verband met de bevordering van de kwaliteit en de studeerbaarheid van
het onderwijs
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is voorzieningen te treffen
in verband met de voortgaande bevordering van de kwaliteit van het hoger onderwijs
en de verbetering van de organisatie en de inrichting van de onderwijsprogramma's;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal,
hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze: