Faillissementskosten

Geraadpleegd op 25-04-2024.
Geldend van 13-10-1995 t/m heden

Faillissementskosten

De plv. Directeur-Generaal der Belastingen heeft namens de Staatssecretaris van Financiën het volgende besloten.

Op 30 juni jl. heeft de Hoge Raad uitspraak gedaan in een zaak – waarin overigens de Belastingdienst geen partij was – waarin o.a. ter discussie stond welke kosten in aanmerking moeten worden genomen bij de omslag van de faillissementskosten (artikel 182 Faillissementswet (Fw)) jegens een hypotheekhouder die geen gebruik heeft gemaakt van zijn recht om op grond van artikel 57, eerste lid, Fw zelf over te gaan tot executie van (in casu) het verhypothekeerde erfpachtsrecht (HR 30 juni 1995, RvdW 1995, 148). De beschikking die de Hoge Raad in deze zaak heeft gegeven, is ook voor de invordering van belastingen van belang.

Uit de beschikking van de Hoge Raad kan het volgende worden afgeleid. De begrippen ‘faillissementskosten’ en ‘boedelschulden’ zijn synoniemen. Faillissementskosten kunnen slechts worden onderscheiden in algemene faillissementskosten en bijzondere faillissementskosten. Voor een derde catego-rie ‘overige boedelschulden’ zoals men die tot op heden in de literatuur vaak tegenkomt, is geen plaats. Alle algemene faillissementskosten vallen onder de omslag van artikel 182 Fw.

Wanneer de curator op grond van artikel 57, derde lid, tweede volzin, Fw voor faillissementsschulden gelden heeft geïncasseerd van de bezitloos pandhouder van bodemzaken, kan een uitkering aan de ontvanger alleen plaatsvinden onder de last van de omslag ex artikel 182 Fw. Wanneer de boedel onvoldoende baten bevat om alle faillissementskosten te voldoen, vallen de door de curator van de pandhouder geïncasseerde gelden volledig toe aan de boedelschuldeisers en ontvangt de ontvanger geen enkele uitkering op de belastingschuld ten behoeve waarvan de curator de opbrengst heeft opgeëist. Uiteraard kan de ontvanger wel (een deel van) de opbrengst tegemoet zien in het geval hij tevens boedelschuldeiser is, ongeacht voor welke belastingsoort. Boedelschulden worden onderling voldaan volgens de gewone regels van voorrang (HR 28 september 1990, NJ 1991 305).

Naar boven