Wijzigingswet Wet op de jeugdhulpverlening enz.

[Regeling vervallen per 01-01-2007.]
Geraadpleegd op 05-05-2024.
Geldend van 01-05-1995 t/m 31-12-2006

Wet van 2 februari 1995, tot wijziging van de Wet op de jeugdhulpverlening en enige andere wetten

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is de regels voor de ouderbijdragen bij justitiële jeugdbescherming en vrijwillige jeugdhulpverlening te harmoniseren, de regels voor de invordering van de ouderbijdragen te vereenvoudigen en enkele voor de ouderbijdragen geldende regels wettelijk vast te leggen;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Artikel I

[Regeling vervallen per 01-01-2007]

[Red: Bevat wijzigingen in andere regelgeving.]

Artikel II

[Regeling vervallen per 01-01-2007]

[Red: Bevat wijzigingen in andere regelgeving.]

Artikel III

[Regeling vervallen per 01-01-2007]

[Red: Bevat wijzigingen in andere regelgeving.]

Artikel IV

[Regeling vervallen per 01-01-2007]

[Red: Bevat wijzigingen in andere regelgeving.]

Artikel V

[Regeling vervallen per 01-01-2007]

  • 1 Geen ouderbijdrage op grond van deze wet is verschuldigd, indien de verzorging en het verblijf vóór 1 mei 1985 zijn aangevangen en voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze wet geen bijdrage in de kosten van verzorging en verblijf dan wel een onderhoudsbijdrage of een bijdrage in de kosten van een maatregel van justitiële kinderbescherming is opgelegd.

  • 2 Indien de verzorging en het verblijf zijn aangevangen na 1 mei 1985 en vóór de dag van inwerkingtreding van deze wet en op laatstbedoeld tijdstip door een ouder of stiefouder nog geen bijdrage verschuldigd was, bedraagt de bijdrage voor die ouder of stiefouder gedurende een half jaar na inwerkingtreding van deze wet de helft van de op grond van Hoofdstuk VII van de Wet op de jeugdhulpverlening verschuldigde bijdrage.

Artikel VI

[Regeling vervallen per 01-01-2007]

Deze wet treedt in werking met ingang van de eerste dag van de maand volgend op die waarin zij in het Staatsblad wordt geplaatst.

Lasten en bevelen, dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren, wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven te 's-Gravenhage, 2 februari 1995

Beatrix

De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

E. G. Terpstra

De Staatssecretaris van Justitie,

E. M. A. Schmitz

Uitgegeven de zevenentwintigste april 1995

De Minister van Justitie,

W. Sorgdrager

Naar boven