Aanpassingsregeling pensioenen 1993

[Regeling vervallen per 04-05-2007.]
Geraadpleegd op 28-03-2024.
Geldend van 23-09-1994 t/m 03-05-2007

Besluit van 5 september 1994, houdende vaststelling van een algemene maatregel van bestuur als bedoeld in artikel A8 van de Algemene burgerlijke pensioenwet en in daarmee overeenkomende bepalingen in andere pensioenwetten

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Binnenlandse Zaken van 8 juli 1994, nr. AB94/410, directoraat-generaal Management en Personeelsbeleid, directie Arbeidszaken Overheid, afdeling Uitkeringen en Pensioenen, gedaan mede namens Onze Minister van Defensie;

Gelet op de artikelen A8 van de Algemene burgerlijke pensioenwet en de Spoorwegpensioenwet; de artikelen 105 en 157 van de Algemene pensioenwet politieke ambtsdragers; artikel L1 van de Algemene militaire pensioenwet en daarmee overeenkomende bepalingen van de vroegere militaire pensioenwetten; artikel 8 van de Wet aanpassing pensioenvoorzieningen Bijstandkorps alsmede artikel 30g van de Toeslagwet Indonesische pensioenen 1956;

De Raad van State gehoord (advies van 1 augustus 1994, no. WO4.940432);

Gezien het nader rapport van Onze Minister van Binnenlandse Zaken van 30 augustus 1994, nr. AB94/1278, directoraat-generaal Management en Personeelsbeleid, directie Arbeidszaken Overheid, afdeling Uitkeringen en Pensioenen, uitgebracht mede namens de Staatssecretaris van Defensie;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Hoofdstuk 1. Algemene burgerlijke pensioenwet

[Regeling vervallen per 04-05-2007]

Begripsomschrijvingen

[Regeling vervallen per 04-05-2007]

Artikel 1

[Regeling vervallen per 04-05-2007]

In dit hoofdstuk wordt verstaan onder:

  • a. pensioen: een pensioen dat is toegekend krachtens de Algemene burgerlijke pensioenwet dan wel een pensioen of uitkering als bedoeld in artikel T3 van die wet, met inbegrip van de wettelijke verhogingen en aanvullingen, uitgezonderd de verhogingen krachtens de artikelen 66, 102 en 148 van de pensioenwet 1922, zoals die wet luidde op 31 december 1956, en uitgezonderd de toeslagen krachtens de artikelen F7c, F9a, H3a, H7a, H9a en H9b van de Algemene burgerlijke pensioenwet;

  • b. middelsom: de middelsom van berekeningsgrondslagen, bedoeld in artikel F6 van de Algemene burgerlijke pensioenwet, of wat daarmee overeenkomt, doch indien een pensioen is afgeleid van een ander pensioen, wordt onder middelsom verstaan de middelsom waarnaar dat andere pensioen is berekend;

  • c. pensioengrondslag: de pensioengrondslag, bedoeld in artikel F7a, tweede lid, van de Algemene burgerlijke pensioenwet; indien een pensioen is afgeleid van een ander pensioen, wordt onder pensioengrondslag verstaan de pensioengrondslag waarnaar dat andere pensioen is berekend;

  • d. aangepaste middelsom: de middelsom zoals die laatstelijk is aangepast overeenkomstig de Aanpassingsregeling pensioenen 1992.

Aanpassing middelsommen en pensioenen

[Regeling vervallen per 04-05-2007]

Artikel 2

[Regeling vervallen per 04-05-2007]

  • 1 De aangepaste middelsommen van de pensioenen die zijn toegekend met ingang van een datum voor 1 april 1993 worden met ingang van 1 april 1993 nader aangepast door vermenigvuldiging met de factor 1,018.

  • 2 Het eerste lid is van overeenkomstige toepassing op de middelsommen, bedoeld in artikel 4, eerste lid, eerste en tweede volzin, nadat vermenigvuldiging met de daar vermelde factoren heeft plaatsgevonden en voor zover de ingangsdatum van de desbetreffende pensioenen ligt tussen respectievelijk 1 januari 1993 en 1 april 1993.

  • 3 Een pensioen of gedeelte van een pensioen als bedoeld in het eerste lid wordt met ingang van 1 april 1993 aangepast in evenredigheid aan de wijzigingen van de aangepaste middelsommen dan wel van de daarvan afgeleide pensioengrondslagen.

Artikel 3

[Regeling vervallen per 04-05-2007]

  • 1 De aangepaste middelsommen van de pensioenen toegekend op of na 1 april 1993 worden, indien die middelsommen worden gevormd door berekeningsgrondslagen voor jaren voorafgaand aan 1992 nader aangepast door vermenigvuldiging met de factor 1,018.

  • 2 Een pensioen of gedeelte van een pensioen als bedoeld in het eerste lid wordt met ingang van de ingangsdatum van dat pensioen berekend naar de nader aangepaste middelsom, met inachtneming van de bedragen, genoemd in artikel 5.

Artikel 4

[Regeling vervallen per 04-05-2007]

  • 1 De middelsommen van de pensioenen toegekend met ingang van een datum na 1 januari 1993 worden, indien die middelsommen worden gevormd door berekeningsgrondslagen voor de jaren 1991 en 1992 vermenigvuldigd met de factor volgens de bij dit besluit behorende bijlage P en vervolgens met de factor 1,01. Indien de middelsom wordt gevormd door de berekeningsgrondslag voor het jaar 1992 wordt die middelsom vermenigvuldigd met de factor volgens de bij dit besluit behorende bijlage R en vervolgens met de factor 1,01. Indien de ingangsdatum ligt op of na 1 april 1993 dient vervolgens vermenigvuldigd te worden met de factor 1,018.

  • 2 Een pensioen of gedeelte van een pensioen als bedoeld in het eerste lid wordt met ingang van de ingangsdatum van dat pensioen berekend naar de overeenkomstig dat lid vastgestelde middelsom. Indien de ingangsdatum van dat pensioen ligt op of na 1 april 1993 geschiedt de berekening met inachtneming van de bedragen, genoemd in artikel 5.

Bedragen in de Algemene burgerlijke pensioenwet

[Regeling vervallen per 04-05-2007]

Artikel 5

[Regeling vervallen per 04-05-2007]

  • 1 Met ingang van 1 april 1993 luiden de in de ondergenoemde artikelen van de Algemene burgerlijke pensioenwet genoemde bedragen:

    artikel F6, vierde lid:

    f. 7 242,06

    artikel F7, tweede lid:

    f. 39 366,00

     

    f. 22 026,00

    artikel F9a, vierde lid:

    f. 72 420,58

     

    f. 63 247,69

    artikel F12, zesde lid:

    f. 7 242,06

    artikel H9a, vierde lid:

    f. 63 247,69

    artikel H9b, derde lid:

    f. 63 247,69

    artikel J12, eerste lid:

    f. 28 072,00

    artikel R4, eerste lid:

    f. 442,00.

  • 2 Het bedrag in artikel J1a, eerste en tweede lid, van de Algemene burgerlijke pensioenwet, zoals dat artikel luidde op 31 december 1985, luidt met ingang van 1 april 1993: f. 160 234,00.

Hoofdstuk 2. Spoorwegpensioenwet

[Regeling vervallen per 04-05-2007]

Begripsomschrijvingen

[Regeling vervallen per 04-05-2007]

Artikel 6

[Regeling vervallen per 04-05-2007]

  • 1 In dit hoofdstuk wordt onder pensioen verstaan: een pensioen dat is toegekend krachtens de Spoorwegpensioenwet, zoals die wet luidde op 31 december 1993, dan wel een pensioen of uitkering, bedoeld in artikel T3 van die wet, met inbegrip van de wettelijke verhogingen en aanvullingen, uitgezonderd de verhogingen krachtens de artikelen 32, 51 en 99 van de Pensioenwet voor de Spoorwegambtenaren 1925, zoals die wet luidde op 31 december 1956, en uitgezonderd de toeslagen krachtens de artikelen F6c, F7a, H3a, H7a, H9a en H9b van de Spoorwegpensioenwet.

  • 2 Artikel 1, onderdelen b tot en met d, is van overeenkomstige toepassing.

Aanpassing middelsommen en pensioenen

[Regeling vervallen per 04-05-2007]

Artikel 7

[Regeling vervallen per 04-05-2007]

De aanpassing van de middelsommen en van de pensioenen geschiedt overeenkomstig de artikelen 2 tot en met 4, met inachtneming van de bedragen, genoemd in artikel 8.

Bedragen in Spoorwegpensioenwet

[Regeling vervallen per 04-05-2007]

Artikel 8

[Regeling vervallen per 04-05-2007]

  • 1 Met ingang van 1 april 1993 luiden de in de ondergenoemde artikelen van de Spoorwegpensioenwet genoemde bedragen:

    artikel F5, vierde lid:

    f. 7 242,06

    artikel F6, tweede lid:

    f. 39 366,00

     

    f. 22 026,00

    artikel F7a, vierde lid:

    f. 72 420,58

     

    f. 63 247,69

    artikel F10, zesde lid:

    f. 7 242,06

    artikel H9a, vierde lid:

    f. 63 247,69

    artikel H9b, derde lid:

    f. 63 247,69

    artikel J12, eerste lid:

    f. 28 072,00

    artikel R4, eerste lid:

    f. 442,00.

  • 2 Het bedrag in artikel J1a, eerste en tweede lid, van de Algemene burgerlijke pensioenwet, zoals dat artikel luidde op 31 december 1985, luidt met ingang van 1 april 1993:

    f. 160 234,00.

Hoofdstuk 3. Algemene pensioenwet politieke ambtsdragers

[Regeling vervallen per 04-05-2007]

Begripsomschrijvingen

[Regeling vervallen per 04-05-2007]

Artikel 9

[Regeling vervallen per 04-05-2007]

In dit hoofdstuk wordt verstaan onder:

  • a. pensioen: een pensioen dat is toegekend krachtens de Algemene pensioenwet politieke ambtsdragers dan wel een pensioen of uitkering als bedoeld in artikel 37 en 82 van die wet, benevens een pensioen dat is toegekend krachtens een provinciale of gemeentelijke verordening als bedoeld in de vijfde afdeling van die wet;

  • b. berekeningsgrondslag: het bedrag waarnaar een pensioen wordt berekend, doch indien een pensioen wordt afgeleid van een ander pensioen, wordt onder berekeningsgrondslag verstaan het bedrag waarnaar dat andere pensioen wordt berekend;

  • c. aangepaste berekeningsgrondslag: de berekeningsgrondslag zoals die laatstelijk is aangepast overeenkomstig de Aanpassingsregeling pensioenen 1992.

Aanpassing berekeningsgrondslagen en pensioenen

[Regeling vervallen per 04-05-2007]

Artikel 10

[Regeling vervallen per 04-05-2007]

  • 1 De aangepaste berekeningsgrondslagen van de pensioenen die zijn toegekend met ingang van een datum voor 1 april 1993 worden met ingang van 1 april 1993 vermenigvuldigd met de factor 1,018.

  • 2 Een pensioen als bedoeld in het eerste lid wordt met ingang van 1 april 1993 aangepast in evenredigheid aan de wijziging van de aangepaste berekeningsgrondslag, behoudens artikel 12, derde lid.

Artikel 11

[Regeling vervallen per 04-05-2007]

  • 1 De aangepaste berekeningsgrondslagen van de pensioenen die zijn of worden toegekend op of na 1 april 1993 worden, indien die berekeningsgrondslagen betrekking hebben op tijd voor 1 april 1993, nader aangepast door vermenigvuldiging met de factor 1,018.

  • 2 Een pensioen als bedoeld in het eerste lid wordt met ingang van de ingangsdatum van dat pensioen berekend naar de nader aangepaste berekeningsgrondslag, met inachtneming van de bedragen, genoemd in artikel 12.

Bedragen in de Algemene pensioenwet politieke ambtsdragers

[Regeling vervallen per 04-05-2007]

Artikel 12

[Regeling vervallen per 04-05-2007]

  • 1 Met ingang van 1 april 1993 luiden de bedragen in de artikelen 93 en 94 van de Algemene pensioenwet politieke ambtsdragers, zoals die artikelen luidden op 31 december 1985, als volgt:

    artikel 93, eerste, tweede en derde lid:

    f. 160 234,00

    artikel 94, onder a:

    f. 160 234,00

     

    f. 114 452,00

    artikel 94, onder b:

    f. 160 234,00

     

    f. 22 890,00

     

    f. 45 780,00

Hoofdstuk 4. Nieuw-Guinea pensioenen

[Regeling vervallen per 04-05-2007]

Begripsomschrijvingen

[Regeling vervallen per 04-05-2007]

Artikel 13

[Regeling vervallen per 04-05-2007]

In dit hoofdstuk wordt verstaan onder:

  • a. pensioen: een pensioen dat is toegekend dat wel mede toegekend krachtens de Wet van 25 mei 1962, houdende instelling van een Bijstandkorps van burgerlijke rijksambtenaren dat bestemd is voor dienst in Nederlands-Nieuw-Guinea (Stb. 196);

  • b. pensioenuitkering: een pensioen vermeerderd met de aanpassingstoeslag, bedoeld in artikel 21, vierde lid, van de Aanpassingsregeling pensioenen 1976 en met de bijzondere uitkering, bedoeld in artikel 31 van die regeling, zoals laatstelijk vastgesteld overeenkomstig de Aanpassingsregeling pensioenen 1992.

Aanpassing van aanpassingstoeslagen en bijzondere uitkeringen

[Regeling vervallen per 04-05-2007]

Artikel 14

[Regeling vervallen per 04-05-2007]

Met ingang van 1 april 1993 worden de aanpassingstoeslagen en bijzondere uitkeringen, bedoeld in artikel 13, onderdeel b, op de voor of op die datum ingegane pensioenen nader aangepast zodanig, dat de pensioenuitkeringen worden verhoogd met 1,8 procent.

Artikel 15

[Regeling vervallen per 04-05-2007]

De aanpassingstoeslag en de bijzondere uitkering, bedoeld in artikel 13, onderdeel b, op een pensioen dat is of wordt toegekend op of na 1 april 1993 worden met ingang van de ingangsdatum van dat pensioen vastgesteld overeenkomstig artikel 14.

Hoofdstuk 5. Indonesische pensioenen

[Regeling vervallen per 04-05-2007]

Begripsomschrijving

[Regeling vervallen per 04-05-2007]

Artikel 16

[Regeling vervallen per 04-05-2007]

In dit hoofdstuk wordt verstaan onder:

  • a. pensioen: een pensioen, weduwenpensioen, wezenonderstand of uitkering als bedoeld in artikel 2, eerste lid, onderdeel c of d, van de Toeslagwet Indonesische pensioenen 1956 dan wel een krachtens het tweede lid van dat artikel daarmee gelijkgestelde uitkering;

  • b. aanpassingstoeslag: de aanpassingstoeslag, zoals geregeld in de in onderdeel a genoemde wet;

  • c. pensioenuitkering: een pensioen vermeerderd met de bij of krachtens de in onderdeel a genoemde wet verleende toeslagen, uitgezonderd de aanvulling op de invaliditeitstoeslag, bedoeld in artikel 3a van die wet, zoals laatstelijk vastgesteld overeenkomstig de Aanpassingsregeling pensioenen 1992.

Aanpassing van aanpassingstoeslagen

[Regeling vervallen per 04-05-2007]

Artikel 17

[Regeling vervallen per 04-05-2007]

Met ingang van 1 april 1993 worden de aanpassingstoeslagen op de voor of op die datum ingegane pensioenen zodanig nader aangepast, dat de pensioenuitkeringen worden verhoogd met 1,8 procent.

Artikel 18

[Regeling vervallen per 04-05-2007]

De aanpassingstoeslag op een pensioen toegekend op of na 1 april 1993 wordt met ingang van de ingangsdatum van dat pensioen vastgesteld overeenkomstig artikel 17.

Hoofdstuk 6. Algemene militaire pensioenwet

[Regeling vervallen per 04-05-2007]

Begripsomschrijvingen

[Regeling vervallen per 04-05-2007]

Artikel 19

[Regeling vervallen per 04-05-2007]

In de hoofdstuk wordt verstaan onder:

  • a. pensioen: een pensioen of uitkering toegekend krachtens of op de voet van de Algemene militaire pensioenwet of een vroegere militaire pensioenwet in de zin van die wet, met inbegrip van de wettelijke verhogingen en aanvullingen, uitgezonderd de pensioenverhogingen krachtens de artikelen 22 van de Pensioenwet voor de zeemacht 1922 en van de Pensioenwet voor de landmacht 1922 dan wel krachtens de artikelen 25 en 28 van de Militaire weduwenwet 1922, zoals die wetten luidden op 31 december 1956, en uitgezonderd de toeslagen krachtens de artikelen F7a, F11a, H1, elfde en veertiende lid, en H4, vijfde en zevende lid, van de Algemene militaire pensioenwet;

  • b. grondslagperiode: het inkomenstijdvak dat voor de vaststelling van de in onderdeel c omschreven berekeningsgrondslag in aanmerking is genomen;

  • c. berekeningsgrondslag:

    • 1°. voor pensioenen waarvan de grondslagperiode eindigt voor 1 april 1993: de berekeningsgrondslag van die pensioenen, zoals laatstelijk aangepast overeenkomstig de Aanpassingsregeling pensioenen 1992;

    • 2°. voor pensioenen waarvan de grondslagperiode aanvangt voor 1 april 1993 en eindigt na 31 maart 1993: de pensioen- of berekeningsgrondslag in de zin van de Algemene militaire pensioenwet, doch indien een pensioen is afgeleid van een ander pensioen, wordt ten aanzien van dat pensioen onder pensioen- of berekeningsgrondslag verstaan de pensioen- of berekeningsgrondslag van dat andere pensioen;

    • 3°. voor pensioenen die geheel of gedeeltelijk zijn of worden berekenend met toepassing van artikel F10b van de Algemene militaire pensioenwet: de bedragen die ingevolge dat artikel zijn afgeleid van pensioengrondslagen, bedoeld onder 1° of 2°.

Aanpassing berekeningsgrondslagen en pensioenen

[Regeling vervallen per 04-05-2007]

Artikel 20

[Regeling vervallen per 04-05-2007]

  • 1 De berekeningsgrondslagen, bedoeld in artikel 19, onderdeel c, onder 1° of 3° juncto 1°, worden met ingang van 1 april 1993 of zoveel later als het pensioen is ingegaan nader aangepast door vermenigvuldiging met de factor 1,018.

  • 2 De berekeningsgrondslagen, bedoeld in artikel 19, onderdeel c, onder 2° of 3° juncto 2°, worden aangepast met gebruikmaking van de factor 1,018 met dien verstande dat die factor wordt vermenigvuldigd met een breuk, waarvan de noemer 360 bedraagt en de teller gelijk is aan dat in dagen uitgedrukt deel van de grondslagperiode waarin de aanpassing van de bezoldiging voor het jaar 1993 niet doorwerkt waarbij volle kalendermaanden worden gesteld op dertig dagen.

Artikel 21

[Regeling vervallen per 04-05-2007]

Een pensioen of gedeelte van een pensioen wordt met ingang van 1 april 1993 of zoveel later als het pensioen is ingegaan aangepast in evenredigheid aan de wijziging van de berekeningsgrondslag ingevolge artikel 22.

Bedragen in de Algemene militaire pensioenwet

[Regeling vervallen per 04-05-2007]

Artikel 22

[Regeling vervallen per 04-05-2007]

  • 1 Met ingang van 1 april 1993 luiden de in de ondergenoemde artikelen van de Algemene militaire pensioenwet genoemde bedragen:

    artikel C5, onderdeel d:

    f. 26 097,20

    artikel E3, tweede lid:

    f. 2 224,00

    artikel E4:

    f. 2 224,00

    artikel F3, eerste lid:

    f. 43 304,00

     

    f. 22 026,00

    artikel F4, eerste lid:

    f. 43 304,00

     

    f. 22 026,00

    artikel F7, zevende lid, onderdeel e:

    f. 32 834,10

    artikel F7, tiende lid:

    f. 229 800,62

    artikel F7a, tweede lid:

    f. 72 420,57

     

    f. 63 247,69

    artikel F10a, tweede lid:

    f. 32 834,10

    artikel F10b, eerste lid:

    f. 72 420,57

    artikel F10b, tweede en derde lid:

    f. 7 242,06

    artikel H1, zestiende lid:

    f. 63 247,69

    artikel M4, eerste lid:

    f. 28 080,00

    artikel V13, tweede en derde lid:

    f. 443,00.

  • 2 Het bedrag in artikel J1a, tweede lid, van de Algemene militaire pensioenwet, zoals dat artikel luidde op 31 december 1985, luidt met ingang van 1 april 1993: f. 160 234,00.

Hoofdstuk 7. Slotbepalingen

[Regeling vervallen per 04-05-2007]

Artikel 23

[Regeling vervallen per 04-05-2007]

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin het wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 april 1993.

Artikel 24

[Regeling vervallen per 04-05-2007]

Dit besluit wordt aangehaald als: Aanpassingsregeling pensioenen 1993.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

's-Gravenhage, 5 september 1994

Beatrix

De Minister van Binnenlandse Zaken,

H. F. Dijkstal

De Staatssecretaris van Defensie,

J. C. Gmelich Meijling

Uitgegeven de tweeëntwintigste september 1994

De Minister van Justitie,

W. Sorgdrager

Bijlage P

[Regeling vervallen per 04-05-2007]

De middelsom uit de berekeningsgrondslag voor de jaren 1991 en 1992 wordt vermenigvuldigd met de factor 1,0227.

Bijlage R

[Regeling vervallen per 04-05-2007]

De middelsom uit de berekeningsgrondslag voor het jaar 1992 wordt vermenigvuldigd met de factor 1,0073.

Naar boven