Regeling vermelding nummer op akten burgerlijke stand (1995)

Geraadpleegd op 24-04-2024.
Geldend van 01-01-1995 t/m heden

Regeling vermelding nummer op akten burgerlijke stand

De Staatssecretaris van Justitie,

Gelet op de artikelen 38, derde lid, en 39, derde lid, van het Besluit burgerlijke stand 1994;

Besluit:

Artikel 1

In het hoofd van elke akte van geboorte, van huwelijk of van overlijden en van elke akte van inschrijving van een buitenlandse akte of van een rechterlijke uitspraak wordt een aktenummer vermeld. Dat nummer beslaat zes posities.

Artikel 2

De eerste positie van het in artikel 1 bedoelde nummer is bestemd voor de aanduiding van het register waarin de akte wordt opgenomen. De registersoort wordt als volgt aangeduid:

1 =

register van geboorten

2 =

register van overlijden

3 =

register van huwelijken

4 =

register van echtscheidingen,

bedoeld in afdeling 6 van Titel 4 van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek.

Artikel 3

De tweede positie van het in artikel 1 bedoelde nummer is bestemd voor de aanduiding van het registerdeel waarin de akte wordt opgenomen. Het registerdeel wordt aangeduid door een cijfer of een letter. Een consulair register wordt aangeduid door de letter Z.

Artikel 4

De derde tot en met de zesde positie van het in artikel 1 bedoelde nummer zijn bestemd voor de aanduiding van de plaats van de akte in het register of het registerdeel. Deze plaats wordt aangeduid door vier cijfers, oplopend van 0001 tot en met 9999.

Artikel 5

In het hoofd van elke akte van erkenning en elke akte van ontkenning van het vaderschap door de moeder met gelijktijdige erkenning door de vader wordt een aktenummer vermeld. Dat nummer beslaat vier posities, bestemd voor de aanduiding van de volgorde waarin deze akten zijn opgemaakt.

Deze volgorde wordt aangeduid door vier cijfers, oplopend van 0001 tot 9999.

Artikel 6

Indien de wet van 14 oktober 1993 tot herziening van Titel 4 van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek en wijziging van enige andere bepalingen van Boek 1 van dat wetboek, het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering en het Wetboek van Strafvordering in werking treedt, treedt deze regeling op hetzelfde tijdstip in werking.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

's-Gravenhage, 18 maart 1994

De

Staatssecretaris

voornoemd,

A. Kosto

Naar boven