Besluit van 25 februari 1994, houdende vaststelling van een algemene maatregel van
bestuur ter uitvoering van het bepaalde in Titel 4 van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek,
als vastgesteld bij wet van 14 oktober 1993, Stb. 555
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Op voordracht van de Staatssecretaris van Justitie van 19 oktober 1993, stafafdeling
Wetgeving Privaatrecht, nr 401184/93/6;
Gelet op de artikelen 16d, 17c, 18, derde lid, 18c, 19j, tweede lid, onder b, 20d,
21, derde lid en 24b, tweede lid, van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek, als vastgesteld
bij wet van 14 oktober 1993, Stb. 555;
De Raad van State gehoord (advies van 8 februari 1994 nr W03.93.0690);
Gezien het nader rapport van de Staatssecretaris van Justitie van 22 februari 1994
stafafdeling Wetgeving Privaatrecht, nr 426987/94/6;
Hebben goedgevonden en verstaan: