Wijzigingswet Wet op de Registeraccountants en Wet op de Accountants-Administratieconsulenten [...] Gemeenschappen inzake het vennootschapsrecht)

[Regeling vervallen per 01-01-2013.]
Geraadpleegd op 29-03-2024.
Geldend van 10-09-1993 t/m 31-12-2012

Wet van 6 augustus 1993, tot wijziging van de Wet op de Registeraccountants en de Wet op de Accountants-Administratieconsulenten (wijziging in verband met de invoering van de Achtste Richtlijn van de Raad van de Europese Gemeenschappen inzake het vennootschapsrecht)

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het ingevolge de achtste richtlijn van de Raad van de Europese Gemeenschappen inzake het vennootschapsrecht (PbEg 1984, L 126) en de richtlijn aan de Raad van de Europese Gemeenschappen betreffende een algemeen stelsel van erkenning van hoger-onderwijsdiploma's waarmee beroepsopleidingen van ten minste drie jaar worden afgesloten (PbEg 1989, L 19) noodzakelijk is wijzigingen aan te brengen in de wettelijke bepalingen inzake registeraccountants en accountants-administratieconsulenten en daarbij toepassing te geven aan artikel 134 van de Grondwet.

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Artikel II. Overgangsbepalingen Wet op de Registeraccountants

[Regeling vervallen per 01-01-2013]

  • C Degenen, die op het tijdstip van inwerkingtreding van deze wet beschikken over een vergunning als bedoeld in het bij deze wet vervallen artikel 70b, eerste lid, onder b, van de Wet op de Registeraccountants, worden aangemerkt als ingeschreven in het in artikel 55 van genoemde wet bedoelde accountantsregister. Het bestuur van de Orde draagt zorg voor de opneming van de op grond van het genoemde artikel 55 vereiste gegevens in het accountantsregister.

  • D Aanvragen om een vergunning als bedoeld in het bij deze wet vervallen artikel 70b, eerste lid, onder b, van de Wet op de Registeraccountants, ten aanzien waarvan nog geen beslissing is genomen op het moment van inwerkingtreding van deze wet, worden behandeld met toepassing van het voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze wet geldende recht, met dien verstande dat, wanneer de aanvrager voldoet aan de voor de vergunningverlening gestelde eisen, hij geen vergunning verkrijgt maar in het in artikel 55 van de Wet op de Registeraccountants bedoelde accountantsregister wordt ingeschreven. Het bestuur van de Orde draagt zorg voor de inschrijving en de opneming van de vereiste gegevens.

  • F

    • 1. De op grond van het vervallen artikel 36 van de Wet op de Registeraccountants ingestelde raad van tucht blijft in stand, met toepassing van het voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze wet geldende recht, ten behoeve van de behandeling van op dat tijdstip bij die raad van tucht aanhangige bezwaren, totdat de beslissingen aangaande die bezwaren onherroepelijk zijn geworden.

    • 2. De op het moment van inwerkingtreding van deze wet in de raad van tucht zitting hebbende leden blijven, in afwijking van het aftredingsrooster, daarin zitting houden tot de raad wordt ontbonden.

    • 3. De behandeling van een op het tijdstip van inwerkingtreding van deze wet bij de in het eerste lid bedoelde raad van tucht aanhangig bezwaar tegen een registeraccountant wordt voortgezet door die raad van tucht, met toepassing van het voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze wet geldende recht.

    • 4. Ten aanzien van een beslissing op een bezwaar als bedoeld in het derde lid is artikel 52 van de Wet op de Registeraccountants, zoals dit luidde voor de inwerkingtreding van deze wet, van toepassing. De raad van beroep behandelt het beroep overeenkomstig het in onderdeel G, eerste lid, bepaalde.

    • 5. Artikel 35 van de Wet op de Registeraccountants is van toepassing op de door de raad van tucht gegeven beslissingen.

  • G

    • 1. De behandeling van een op het tijdstip van inwerkingtreding van deze wet bij de in het vervallen artikel 46 van de Wet op de Registeraccountants bedoelde raad van beroep aanhangig beroep wordt voortgezet door die raad van beroep, met toepassing van het voor dat tijdstip geldende recht.

    • 2. De raad van beroep blijft in stand, met toepassing van het voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze wet geldende recht, totdat op alle ingestelde beroepen, daaronder begrepen beroepen ingesteld op grond van onderdeel F, vierde lid, onherroepelijk is beslist.

    • 3. De op het moment van inwerkingtreding van deze wet in de raad van beroep zitting hebbende leden, blijven in afwijking van het aftredingsrooster daarin zitting houden tot de raad wordt ontbonden.

    • 4. Artikel 35 van de Wet op de Registeraccountants is van toepassing op de door de raad van beroep gegeven beslissingen.

  • H

    • 1. Binnen achttien maanden na de datum van inwerkingtreding van deze wet stelt de ledenvergadering van de Orde een verordening inzake de gedrags- en beroepsregels voor registeraccountants vast, die voldoet aan artikel 19a, eerste lid, van de Wet op de Registeraccountants.

    • 2. Totdat de in het eerste lid bedoelde verordening in werking is getreden, geldt het in dat lid genoemde artikel 19a, eerste lid, niet.

    • 3. Indien de ledenvergadering de in het eerste lid bedoelde verordening niet binnen achttien maanden na de inwerkingtreding van deze wet heeft vastgesteld, worden de in artikel 19a, eerste lid, bedoelde voorschriften vastgesteld door Onze Minister van Economische Zaken, in overeenstemming met Onze Minister van Justitie. Deze voorschriften gelden totdat de in het eerste lid bedoelde verordening in werking is getreden.

Artikel IV. Overgangsbepalingen Wet op de accountants-administratieconsulenten

[Regeling vervallen per 01-01-2013]

  • A

    § 1 Overgangsregeling Raad voor Accountants-Administratieconsulenten

    Artikel 1.

    De op grond van artikel 2 van de Wet op de Accountants-Administratieconsulenten, zoals dit artikel luidde voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze wet, ingestelde Raad voor Accountants-Administratieconsulenten blijft, met toepassing van het vóór het tijdstip van inwerkingtreding van deze wet geldende recht, ten behoeve van de afhandeling van de bij de raad aanhangig zijnde adviesaanvragen, tot één jaar na de inwerkingtreding van deze wet in stand.

  • C

    § 3 Overgangsregeling Accountants-Administratieconsulenten

    Artikel 7.

    • 1. Er is een overgangsregeling voor Accountants-Administratieconsulenten, die ten doel heeft de bij deze accountants bestaande kennisdeficiënties in de vakken externe verslaggeving, administratieve organisatie en controleleer te overbruggen opdat zij de status van wettelijk controleur kunnen verwerven.

    • 2. De in het eerste lid bedoelde deficiënties kunnen gedeeltelijk worden gecompenseerd door verkregen beroepservaring op financieel, juridisch en boekhoudkundig gebied. Het aantal jaren beroepservaring bepaalt de mate waarin compensatie kan worden verkregen.

    • 3. Degenen, die op de datum van inwerkingtreding van deze wet ten minste elf jaar beroepservaring hebben als bedoeld in het tweede lid, leggen in het kader van de in het eerste lid bedoelde overgangsregeling een aanvullend examen af in het vak controleleer.

    • 4. Degenen, die op de datum van inwerkingtreding van deze wet minder dan elf jaar, maar ten minste zeven jaar beroepservaring hebben als bedoeld in het tweede lid, leggen in het kader van de in het eerste lid bedoelde overgangsregeling een aanvullend examen af in de vakken verdieping externe verslaggeving, verdieping administratieve organisatie en controleleer.

    • 5. Degenen, die op de datum van inwerkingtreding van deze wet minder dan zeven jaar beroepservaring hebben als bedoeld in het tweede lid, leggen in het kader van de in het eerste lid bedoelde overgangsregeling een aanvullend examen af in de in het vierde lid genoemde vakken, met dien verstande dat het examen in de vakken verdieping externe verslaggeving en verdieping administratieve organisatie uitgebreider is dan het in het vierde lid bedoelde examen.

    • 6. Het aantal jaren beroepservaring kan worden aangetoond door het bewijs van inschrijving als Accountant-Administratieconsulent ingevolge artikel 7 van de Wet op de Accountants-Administratieconsulenten, zoals dat luidde voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze wet, dan wel op andere gronden, zulks ten genoegen van het bestuur van de NOvAA.

    • 7. Aan de overgangsregeling kunnen slechts deelnemen Accountants-Administratieconsulenten die zich daarvoor voor de datum van inwerkingtreding van deze wet hebben aangemeld bij het bestuur van de privaatrechtelijke vereniging Nederlandse Orde van Accountants-Administratieconsulenten. Op het tijdstip van inwerkingtreding van deze wet worden deze aanmeldingen beschouwd als aanmeldingen bij het bestuur van de NOvAA.

    • 8. Het bestuur van de NOvAA bepaalt, aan welke van de in het derde, vierde en vijfde lid bedoelde examens de Accountant-Administratieconsulent, die zich ingevolge het zevende lid heeft aangemeld, moet deelnemen. Artikel 98 van de Wet op de Accountants-Administratieconsulenten is van toepassing op de door het bestuur genomen beslissingen.

    Artikel 8.

    • 1. De ledenvergadering van de NOvAA stelt met inachtneming van artikel 7, tweede tot en met achtste lid bij verordening nadere regelen vast over de overgangsregeling bedoeld in artikel 7, eerste lid.

    • 2. Onze Minister van Economische Zaken kan de verordening bedoeld in het eerste lid, slechts vernietigen wegens strijd met het recht of het algemeen belang.

    Artikel 9.

    Artikel 10.

    Zij, die aan de overgangsregeling bedoeld in artikel 7 wensen deel te nemen, worden daartoe niet toegelaten dan na betaling van een door de NOvAA vast te stellen opleidings- en examengeld, dat dient ter vergoeding van de aan de opleiding en aan het examen verbonden kosten.

    Artikel 11.

    Zij, die het examen bedoeld in artikel 9 met goed gevolg hebben afgelegd, ontvangen een diploma.

    Artikel 12.

    • 1. Het examen, bedoeld in artikel 60 van de Wet op de Accountants-Administratieconsulenten, zoals dit artikel luidde voor de datum van inwerkingtreding van deze wet, wordt uiterlijk zes jaar na deze datum voor de laatste maal afgenomen.

    • 2. Na de datum van inwerkingtreding van deze wet kunnen slechts aan het in het eerste lid bedoelde examen deelnemen degenen die reeds voor die datum tot dat examen waren toegelaten.

    • 3. Het in het eerste lid bedoelde examen wordt afgenomen door het examenbureau, bedoeld in artikel 85 van de Wet op de Accountants-Administratieconsulenten, met toepassing van het voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze wet geldende recht.

  • D

    § 4 Overgangsregeling gedrags- en beroepsregels

    Artikel 13.

    • 1. De ledenvergadering van de NOvAA stelt de in artikel 24, tweede lid, van de Wet op de Accountants-Administratieconsulenten bedoelde verordening vast binnen achttien maanden na de inwerkingtreding van deze wet.

    • 2. Het Besluit regelen beroepsuitoefening Accountants-Administratieconsulenten (Stb. 1974, 17) blijft van toepassing totdat de in het eerste lid bedoelde verordening in werking is getreden. Tot dat tijdstip geldt artikel 25, eerste lid, van de Wet op de Accountants-Administratieconsulenten niet.

    • 3. Indien de ledenvergadering de in het eerste lid bedoelde verordening niet binnen achttien maanden na de inwerkingtreding van deze wet heeft vastgesteld, worden de in artikel 25, eerste lid, bedoelde voorschriften vastgesteld door Onze Minister, in overeenstemming met Onze Minister van Justitie. Deze voorschriften gelden totdat de in het eerste lid bedoelde verordening in werking is getreden.

  • E

    § 5 Overgangsregeling tuchtzaken

    Artikel 14.

    • 1. De op grond van artikel 30 van de Wet op de Accountants-Administratieconsulenten, zoals dit artikel luidde voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze wet, ingestelde raad van tucht blijft in stand, met toepassing van het voor dat tijdstip geldende recht, ten behoeve van de behandeling van op dat tijdstip bij die raad van tucht aanhangige bezwaren, totdat de beslissingen aangaande die bezwaren onherroepelijk zijn geworden.

    • 2. De behandeling van een op het tijdstip van inwerkingtreding van deze wet bij de in het eerste lid bedoelde raad van tucht aanhangig bezwaar tegen een Accountant-Administratieconsulent wordt voortgezet door die raad van tucht, met toepassing van het voor dat tijdstip geldende recht.

    Artikel 15.

    De behandeling van een op het tijdstip van inwerkingtreding van deze wet bij het College van Beroep voor het bedrijfsleven bedoeld in artikel 47 van de Wet op de Accountants-Administratieconsulenten, zoals dit artikel luidde voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze wet, aanhangig beroep wordt voortgezet door het College van Beroep voor het bedrijfsleven, met toepassing van het vóór het tijdstip van inwerkingtreding van deze wet geldende recht.

    Artikel 16.

    Ten aanzien van een in artikel 14 bedoelde beslissing is artikel 47 van de Wet op de Accountants-Administratieconsulenten, zoals dit luidde voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze wet, van toepassing. Het College van Beroep voor het bedrijfsleven behandelt het beroep overeenkomstig het in artikel 15 bepaalde.

    Artikel 17.

    De tenuitvoerlegging van een maatregel als bedoeld in artikel 32, van de Wet op de Accountants-Administratieconsulenten, zoals dit artikel luidde voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze wet, ten aanzien waarvan de beslissing onherroepelijk is geworden, en die nog niet is uitgevoerd op het tijdstip van inwerkingtreding van deze wet, en van een maatregel die is opgelegd op grond van de artikelen 14 tot en met 16, geschiedt met toepassing van het voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze wet geldende recht.

Artikel V. Evaluatiebepaling

[Regeling vervallen per 01-01-2013]

  • 1 Onze Minister van Economische Zaken zendt binnen zes maanden na het verstrijken van zes jaar na het in werking treden van deze wet aan de Staten-Generaal een verslag omtrent de wijze waarop de accountantswetgeving in Nederland na de invoering van de Achtste EEG-Richtlijn (PbEG 1984 L126) en de Richtlijn algemeen stelsel van erkenning van hoger-onderwijsdiploma's (PbEG 1989 L19) heeft gefunctioneerd.

  • 2 Onze Minister van Economische Zaken stelt de inhoud van het in het eerste lid bedoelde verslag niet vast dan na de besturen van het NIVRA en de NOvAA daarover advies te hebben gevraagd.

Artikel VI. Wijzingen andere wetten

[Regeling vervallen per 01-01-2013]

[Red: Bevat wijzigingen in andere regelgeving.]

Artikel VII. Slotbepaling

[Regeling vervallen per 01-01-2013]

  • 2 Deze wet treedt in werking met ingang van 1 januari 1993. Indien het Staatsblad waarin deze wet wordt geplaatst, wordt uitgegeven na 31 december 1992, treedt zij in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin zij wordt geplaatst.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven te 's-Gravenhage, 6 augustus 1993

Beatrix

De Minister van Economische Zaken,

J. E. Andriessen

De Minister van Justitie,

E. M. H. Hirsch Ballin

Uitgegeven de negende september 1993

De Minister van Justitie,

E. M. H. Hirsch Ballin

Naar boven