Wet van 13 mei 1993, tot uitbreiding en wijziging van de Wet milieubeheer (afvalstoffen)
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is de huidige regelingen
inzake het voorkomen en beperken van het ontstaan van afvalstoffen en het verwijderen
van afvalstoffen, zoals die zijn opgenomen in de Afvalstoffenwet en de Wet chemische
afvalstoffen, te verbeteren en aan te vullen en daarbij in het bijzonder aandacht
te schenken aan de mogelijkheden tot preventie en hergebruik;
dat het tevens wenselijk is die regelingen, gezien hun samenhang, te integreren en
de geïntegreerde regeling op te nemen in de Wet milieubeheer;
dat daarbij tevens uitvoering moet worden gegeven aan de richtlijnen van de Raad en
van de Commissie van de Europese Gemeenschappen inzake afvalstoffen;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal,
hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze: