Wet van 24 december 1992, tot vaststelling van de Wet op de belasting van personenauto's
en motorrijwielen 1992
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het met het oog op de opheffing van de
fiscale grenzen binnen de Europese Gemeenschap wenselijk is het stelsel van heffing
van de bijzondere verbruiksbelastingen van personenauto’s en van motorrijwielen te
herzien, alsmede om deze belastingen op te nemen in een afzonderlijke wet en voorts
dat het gewenst is in het tarief te differentiëren naar een milieu- en een energiegrondslag
en het begrip personenauto nader te definiëren;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal,
hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze: