Wet van 29 oktober 1992, tot vervanging van de Wet van 27 april 1884, Stb. 96, tot
regeling van het Staatstoezicht op krankzinnigen
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is de wet van 27 april 1884,
Stb. 96, tot regeling van het Staatstoezicht op krankzinnigen door een nieuwe wet te vervangen
en de nieuwe wet, in aanmerking genomen de in het algemeen op het gebied van de zorg
voor de volksgezondheid bestaande regelingen, in hoofdzaak betrekking te doen hebben
op personen die op grond van een rechterlijke uitspraak in een psychiatrisch ziekenhuis
worden opgenomen of verblijven;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal,
hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze: