Regeling navordering van heffingen van minerale oliën 1991

Geraadpleegd op 19-04-2024.
Geldend van 01-03-1991 t/m heden

Regeling navordering van heffingen van minerale oliën 1991

De Staatssecretaris van Financiën,

Gelet op de artikelen I, II en III van de Tarievenwet brandstofheffingen milieu 1991 (Stb. 79) alsmede op artikel 33b, zesde lid, van de Wet op de accijns van minerale oliën (Stb. 1964, 207), artikel 61c, derde lid, van de Wet algemene bepalingen milieuhygiëne (Stb. 1988, 133) en artikel 5 van de Wet tijdelijke toeslag op de accijns van gelode lichte olie (Stb. 1989, 187);

Besluit:

Artikel 1

De navordering van de ingevolge de Wet algemene bepalingen milieuhygiëne (Stb. 1988, 133) ingestelde heffingen op aan accijns van minerale oliën onderworpen minerale oliën ter zake van de verhoging van de tarieven van die heffingen met ingang van 1 maart 1991 en de navordering van de ingevolge de Wet tijdelijke toeslag accijns van gelode lichte olie (Stb. 1989, 187) ingestelde tijdelijke toeslag op de accijns van gelode lichte olie ter zake van de verhoging van die toeslag met ingang van 1 maart 1991 blijven achterwege indien het na te vorderen bedrag voor heffingen en toeslag gezamenlijk niet meer bedraagt dan f 300.

Artikel 2

  • 1 Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 maart 1991.

  • 2 Deze regeling kan worden aangehaald als Regeling navordering van heffingen van minerale oliën 1991.

De

Staatssecretaris

van Financiën,
Namens deze,
De

plv. Directeur-Generaal voor Fiscale Zaken,

D. E. Witteveen

Naar boven