Besluit van 28 april 1988, houdende uitvoering van artikel 32, tweede en derde lid,
van de Wet milieugevaarlijke stoffen
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Op de voordracht van Onze Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer
van 26 juni 1987, no. MJZ 2667007, Centrale Directie Juridische Zaken, Afdeling Wetgeving;
Gelet op artikel 32, tweede en derde lid, van de Wet milieugevaarlijke stoffen (Stb. 1985, 639);
De Raad van State gehoord (advies van 27 januari 1988, Nr. W08.87.0301);
Gezien het nader rapport van Onze Minister van Volksgezondheid, Ruimtelijke Ordening
en Milieubeheer van 21 april 1988, no. MJZ 2148044, Centrale Directie Juridische Zaken,
Afdeling Wetgeving;
Hebben goedgevonden en verstaan: